Vandaag is, als het goed is, de laatste regendag. Die moeten we nog even door zien te komen. Maar dan niet in Ålesund, daar hebben we alles wel gezien. Na het ontbijt start Ries de motor en gaan we op weg. Eerste stop? Een winkelcentrum op tien minuten rijden bij ons vandaan. Niet om te shoppen maar voor data. We dachten een aardig eind te komen met 50 GB maar gisteravond waren we er ineens doorheen. En geen verhalen doorpiepen naar het thuisfront? Dat is geen optie.
Het blijkt een megagroot overdekt winkelgebeuren te zijn. Het duurt wel even voor we de winkel hebben gevonden. Ja hoor, hij verkoopt een losse databundel. Of hij ons Noorse paspoort even mag zien. Huh? Oh, zegt hij, als jullie geen Noorse nationaliteit hebben, dan mag ik jullie geen datakaart verkopen. Het waarom is ons een raadsel maar hij stuurt ons naar Telenor, zeg maar de T-mobile van Noorwegen. Misschien dat ze daar iets voor ons kunnen betekenen?
Wederom dwalen we door het winkelcentrum. En als we de moed bijna hebben opgegeven, zien we de winkel die we nodig hebben. Ook deze jongen vraagt of we Noren zijn. Gelukkig heeft hij nog een alternatief dat we kunnen proberen. Via de site airalo.com kan je data kopen en die via de QR-code op je telefoon zetten. Daarna kan je een hotspotje maken. Zo gezegd, zo gedaan. Het moeilijkste deel, de aanschaf van data en die op je mobiel zien te toveren, lukt wonderwel goed en snel. Het maken van een hotspot gaat ons minder goed af. Nou ja, hopelijk heeft het geen invloed op het doorpiepen van onze Noorse belevenissen…
Na een goede bak koffie stellen we de route in op Åndalsnes. De vraag is even wat we vanaf daar gaan doen. Direct rechtsaf richting het Geiranger fjord? Linksaf en dan over de Trollstigen? Of zoeken we hier een plek om te overnachten en gaan we beide locaties morgen met mooi weer afvinken? De laatste optie valt vrijwel gelijk af. Nog een dag opgesloten in je camper, in een dorpje waar niets te doen is behalve wandeltochten maken in de miezerregen? Nope. Maar ja, wat dan… De Trollstigen schijnt geweldig mooi te zijn. Een weg vol haarspelden strak de berg op langs een adembenemende waterval, is dat niet leuker met mooi weer? Maar ja, gaan we nu richting Geiranger dan gaan we niet meer terug naar de trollenweg. We hakken de knoop door: het worden de trollen!
Grote, houten trollen markeren het startpunt van de Trollstigen. Oké. Gordels vast. En daar gaat ‘ie dan. In de verte zie je de waterval al van de rotsen afkletteren en hee, kijk eens goed? Ja hoor, als je goed kijkt, zie je tegen diezelfde steile rots kleine vlakjes bewegen. Juist, auto’s die richting de top rijden. De haarspelden zijn messcherp. De stijgingspercentages enorm. En na elke bocht is het weer spannend of er een tegenligger aankomt want de weg zelf? Die is echt niet zo breed. Gelukkig zitten wij vlak achter een grote bus. Als die het kan, kunnen wij het ook. En de bus schrikt gelijk het tegemoetkomende verkeer wat af. Het gaat niet snel maar dat hoeft niet. Want waar je ook kijkt, is het mooi. Overweldigend mooi. Gelukkig zijn er veel plekken waar je de camper even stil kan zetten voor een foto. Daar maken we dan ook veelvuldig gebruik van. Na 27 bochten over een van de snelst stijgende wegen van Europa bereiken we na 11 kilometer het hoogste punt: 858 meter boven zeeniveau. Op het grote parkeerterrein parkeren we de camper. Er is hier een wandelpad vlak langs de waterval met uitzicht over het dal en de weg die we zojuist hebben afgelegd. Wow. Indrukwekkend. Prachtig. We zijn er stil van. En maken veel foto’s.
Het vervolg van de weg is nog steeds mooi maar lang niet zo indrukwekkend als wat we net hebben gereden. Vanaf hier is het nog een kleine twee uur richting Geiranger, waar we vannacht hopen te slapen. En zoals dat gaat in fjordenland, je komt alleen van A naar B als je zo nu en dan de veerboot pakt. Het laatste half uur rijden is ook weer veel bochtenwerk. En ook weer zó mooi. Dan zien we in de verte het Geiranger fjord. Met daarin een zelfde soort flatgebouw-op-water die we ook in Ålesund aan de kade hebben zien liggen. Het cruiseschip is groot, weten we dan ook uit ervaring, maar valt in de immense hoeveelheid water van het fjord redelijk in het niet. En sorry voor de vele herhalingen, maar mijn hemel, wat is het hier weer mooi!
Geiranger zelf is één grote toeristenfuik. De camping in het centrum zit tot zijn strot toe vol. We proberen een andere camping. Het pad daarnaartoe is nou niet om te zeggen om over naar huis te schrijven dus als we aan het eind van de weg de camping niet zien liggen, besluiten we maar om om te keren en ons geluk ergens anders te beproeven. De berg op is nog een optie. Dan hebben we uitzicht over het fjord. Ook leuk! Maar helaas. Ook hier is het vol. De dame verwijst ons naar een camping nog eens tien minuten verderop. En ja hoor, plek zat. Maar, zegt ze er wel bij, ik moet even creatief zijn waar jullie kunnen staan want het grasveld is behoorlijk zompig. Daar heeft ze niets van gelogen. Met moeite en slippende wielen, en de belofte dat als wij ‘m er morgen niet meer uit krijgen ze ons met de tractor komt helpen, krijgen wij de camper op een plek. Na ons komen er nog een aantal campers. Iedereen glibbert, slipt en glijdt naar een plekje voor de nacht. Het veld? Dat ziet er ondertussen niet meer uit. Ik ben zeer benieuwd hoe het er hier morgen aan toe gaat als de meeste van onze buren er, net als wij, weer vandoor gaan…
We hebben wel weer uitzicht. Oh jongens, en wat voor een uitzicht. Waar je ook kijkt, bergen. Rotswanden. Bos. Watervallen. Groen. Omdat het – eindelijk eens – droog is, zetten we de stoelen buiten. Jeetje, dat is lang geleden. Nog even denken we dat we wel buiten kunnen eten maar net als het eten zo goed als klaar is, barst er toch nog een klein buitje voor het stof los. Nou goed. Morgen beter. Tenminste, als de weergoden doen wat de weerberichten ons laten geloven...
Geschreven door Nienkoen