Half zes in de ochtend komt het schip langzaam tot leven. De kok is in de keuken bezig met het ontbijt en voor de gasten is dat de tijd om op te staan. Het is weer heerlijk passen en meten, maar iedereen is meegaand en we zijn allemaal in no time aan dek.
Na het eten is het klaar maken voor de eerste te water lating. We gaan snorkelen op het rif bij het eiland. Gisteren werd ons gevraagd wie er een proefduik wilde doen met onze zeer ervaren duikinstructrice. Geen extra kosten, hoort erbij. Hans had hier wel oren naar. Dus hij heeft gisteren al op de boot een theoretische minicursus duiken gevolgd en gaat samen met drie anderen een nu korte maar echte duik maken onder water maken. Met extra gewichten omgehangen en een duikfles op z’n rug stapt hij samen met de instructrice en twee andere beginners in de rubberboot, om vlak bij de kust op een ondiep stukje achterwaarts overboord te gaan. Hij vond het achteraf een heel leuke ervaring om het eens mee te maken. Maar hij laat het bij die ene keer (hij had ook nog een tweede keer mogen duiken) Hij kreeg toch te veel last van de oren. Het klaren ( druk van de oren krijgen) lukte niet goed.
Nadat alle proefduikers weer aan boord waren werden de ervaren duikers naar een duikpunt gevaren. En toen zij in het water lagen was het de beurt aan alle snorkelers. We hadden gisteren al allemaal stinger-suits gekregen. Van die pakken om je tegen kwallen te beschermen. Zo’n aanraking met een kwal kan zeer schadelijk en pijnlijk voor je zijn. Fijn dus om zo’n pak aan te hebben. Het pak aandoen is een heel andere zaak. Het pak zit strak, is vochtig en glijdt voor geen centimeter. Het is bijna een gevecht met het pak. Het pak heeft een rits die op de rug moet zitten, maar dat doe je natuurlijk eerst verkeerd en dan mag je eerst weer proberen om er uit komen, het pak om te draaien en opnieuw met de worsteling te starten. Eenmaal in zo’n pak gewurmd kreeg je ook nog een soort van bodysuit om je tegen de kou te beschermen. Eenmaal klaar voor de duik zijn we allemaal net een stel Michelin mannetjes. Bewegen in het pak is een hele uitdaging. Maar goed, alles voor het goede doel. We gaan snorkelen op het inner reef. Dat is het rif dat dicht tegen de kust van de Whitsunday eilanden aan ligt. We moeten plaatsnemen in de motorboot. We hebben de flippers en het masker bij ons en in de boot zit iedereen zijn voeten in die absoluut niet meewerkende flippers te proppen. Het is gewoon een lachwekkend gezicht. Daarna spugen in de maskers tegen het beslaan en dan gaan de maskers op en zijn we klaar om over boord te “vallen”. Ademstuk in de mond en gaan met die banaan. En dan op het moment dat je je masker in het water houdt gaat er een wereld voor je open die je bijna weer de adem beneemt. Niet zo handig onder water, dus snel door je ademstuk lucht inademen. Het koraal bevindt zich onder ons en we zwemmen er rustig boven. Je betreedt ineens zo’n totaal andere wereld. Koraal in alle soorten en maten en vissen in alle kleuren van de regenboog. Zo prachtig. Je weet wat je te wachten staat, maar verder kun je je er geen voorstelling van maken. Het is zo’n rustgevende wereld. We dobberen zo een tijdje rond. Het is genieten. Zo veel te zien. Allerlei soorten koraal, vissen in allerlei soorten en maten, schelpen, zeekomkommers. Vissen die in scholen zwemmen, vissen die snel van je weg zwemmen of juist nieuwsgierig komen kijken. Kleine vissen en hele grote. Te veel om op te noemen.
Na een tijdje komt het motorbootje ons weer ophalen. De kapitein hengelt ons naar binnen. Zeer ongalant belandt iedereen op de bodem en gaat met moeite op de rand van de boot zitten. Onze eerste snorkelervaring (van deze vakantie) zit er op. We zitten elkaar allemaal even stil aan te kijken tot er iemand begint met: heb je die vis gezien, en dat ene koraal was zo groen en en. Iedereen buitelde over elkaar heen om zijn of haar ervaring te delen.
Eenmaal terug aan boord kleden we ons snel om. Het is koud eenmaal weer op de boot. Het weer is voor de tijd van het jaar heel goed en de zon schijnt volop, maar het blijft winter en vooral de wind koelt je natte lijf rap af. Na deze snorkelervaring gaat het schip varen naar het Outer reef. Dit vereist een bootreis van drie uur. Het rif waar wij nu naar toe gaan ligt ongeveer 60 kilometer uit de kust van Airlie Beach, daarvan hebben we nog zo’n 40 km te gaan. Daar zijn we nog wel even zoet mee. Ik heb mijn voorzorgsmaatregelen genomen. Ik heb nooit last gehad van zeeziekte, maar tijdens de walvisexcursie voelde ik me niet helemaal senang. Kan van alles geweest zijn, maar ik dacht: better safe than sorry! Ik heb een zeeziektepilletje genomen. Maar er was een man aan boord die de eerste dag geen last had en dacht er wel mee weg te komen vandaag. Die man kwam zeer bedrogen uit en is de hele heenreis heel ziek geweest.
De kapitein had gisteren ook tegen Hans zitten vertellen dat als de wind nog sterker zou aanwakkeren hij niet richting het Outer reef zou (kunnen) uitvaren. Gelukkig voor ons was de windkracht vandaag minder sterk, maar het schip ging toch flink op en neer.
Na zo’n drie uur bereiken we de plek waar de kapitein voor anker wil gaan. Het is in een gebiedje in het Great Barrier Reef dat Bait Reef heet, Daar gaat de duikinstructrice voor op het schip staan en loodst de kapitein, en dus het schip, tussen het koraalrif door. Het is laagtij en een deel van het rif ligt boven het water. Zo’n vreemd gezicht, er is geen land te zien en toch is er land te zien, koraal. En heel helder zeewater. Hier gaan we eerst lekker lunchen en daarna is er tijd voor snorkelronde nummer twee. Deze keer dus het Outer Reef. Dat is dus het rif dat in open zee ligt. We trekken onze, nu echt natte, stinger-suits aan met daarover de bodysuit en weg zijn we weer. We krijgen nu wel de instructie mee veel beter op te letten. Omdat het laagtij is kun je dus niet over het koraal heen zwemmen, je kijkt er als het ware tegen aan. Maar de stroming drijft je wel daar tegenaan. Je moet dus steeds goed opletten dat je weer weg flippert bij het rif. Je moet natuurlijk te allen tijde vermijden dat je het rif beschadigt.
Eenmaal in het water begint het grote genieten weer. Het ziet er dus anders uit omdat je tegen dat koraal aankijkt en het rif veel dieper gaat dan de vorige dag bij de kust van Whitsundays. Maar de onderwaterwereld is qua visjes meest hetzelfde. Het zal ongetwijfeld verschillende vissoorten hebben en zo, maar dat verschil zien we toch niet. Wel is het rif hier veel dieper, tot wel 20 meter diep en het zijn grote hoge aparte kolommen van koraal zo’n 10 m breed en enkele keren zo lang. Je kan er zo tussendoor slalommen. Het Great Barrier Reef! En daar snorkelen we zo maar een beetje in het rond. Ikzelf vond het wel een dingetje dat je steeds moest opletten om bij het rif weg te blijven. De golfslag is hier hoger, maar verder was het weer prachtig. Deze keer konden we zelf naar het schip toe snorkelen als je er genoeg van had. Ik ben gestopt toen ik het koud kreeg, dat was mijn sein. Het kost me best veel moeite op te warmen, zeker ook omdat je dus de hele dag op blote voeten rondloopt en zo veel warmte verliest. Maar de onderwaterwereld maakt veel goed.
Om een volgende snorkelbeurt weer op een andere stroming van het water te laten verlopen verplaatst de kapitein het schip een klein stukje. We hebben een middagsnack en de duikers gaan weer te water. Daarna wurmen de snorkelaars zich weer in hun pakken. Hans en Fieke gaan te water, ik sla deze ronde over. Ik heb het zo koud en ik vond het prettiger en mooier om over het rif te zwemmen en niet zo te moeten werken om er bij weg te blijven, het leidt af. Ik heb wat gefotografeerd en zitten genieten van de rust, de omgeving en alles wat er gebeurt rondom het duiken en snorkelen. Ik hoef hier niet te vertellen dat Hans en Fieke weer genoten hebben.
Als iedereen weer aan boord is vaart de kapitein weer een stukje verder. De duikinstructrice staat weer voor op het schip en zo bereiken we een rustig plekje midden tussen het rif waar het schip wat stiller ligt en waar we de nacht gaan doorbrengen. We zullen aan het begin van de nacht wat last hebben van het opkomende tij, maar daarna zou het rustiger worden.
We krijgen weer een heerlijk diner en daarna vertelt de kapitein van alles over het rif en de bescherming daarvan. Daarna is het weer vroeg bedtijd. Morgen weer om zes uur ontbijt. En al snel is het hele schip in rust.
Geschreven door Hmf.gaan.opweg