We zijn nu in het zuiden van Tasmanië aangekomen en ook hier is weer heel wat te beleven. We hebben de tent bij ons, maar van kamperen is nog niet veel gekomen. In het begin speelden de jetlag en COVID ons parten en nu vinden we die huisjes best wel luxe, aangezien het rond achten donker wordt en de temperatuur ruim daarvoor al stevig daalt. Haast alle huisjes hebben bedden met electrische dekens, maar daar zijn we nog niet aan toe. Nu hebben we ook tijd en de ruimte om een spelletje te tokken. Overdag is de temperatuur tegen de twintig graden en met een zonnetje perfect om te wandelen.
Ja, Port Arthur is nog wel even een dingetje hier op Tasmanië. Stel je voor dat je als rechter iemand moet straffen, die je ook niet meer terug wilt zien, zo rond begin 19de eeuw in Engeland. Dan was er een optie om diegene naar de kolonie aan de andere zijde van de wereld, genaamd Australië te sturen. Is dat nog niet ver genoeg, dan is Tasmanië en wel het meest zuidelijke onherbergzame puntje van het eiland zelfs nog beter. We hebben het over Port Arthur, de strafgevangenis op de Tasman Peninsula, waar van 1833 tot 1877 in totaal 12.500 mensen gevangen zaten. Voor een simpele diefstal kon je in die dagen al 7 jaar krijgen en was je voor onafhankelijkheid van Ierland, dan was je in Port Arthur goed opgeborgen. Er moest zwaar werk verricht worden in de bosbouw, de kolenmijnen of op de scheepswerf. Terwijl we lopen door de prachtige tuinen en bloeiende borders kunnen we ons amper voorstellen hoe het hier geweest moet zijn. Lijfstraffen en isolatie waren heel gebruikelijk, terwijl de soldaten en het personeel met familie een goed en vrij leven leidden in Port Arthur. Er zijn vele verhalen bekend van gevangenen die hebben geprobeerd te ontsnappen. Een man die opgeleid was om op de scheepswerf te werken, bouwde zelf een boot en ging ermee vandoor. Mooi staaltje van zelfredzaamheid zou je zeggen. Een ander gruwelijke gebeurtenis speelde zich af in 1996, toen iemand hier in Port Arthur 35 mensen doodschoot. Dit was direct de reden om de strengste wapen wetgeving in te stellen.
De aboriginals hebben minimaal 42.500 jaar gewoond op Tasmanië, dat geïsoleerd raakte van het vasteland van Australië, toen ongeveer10.000 jaar geleden na de laatste ijstijd, door het smelten van het ijs de oceaan sterk steeg. Na de komst van de Engelsen op Tasmanië rond 1800 liep het niet goed af met de Aboriginals. Hun aantal liep snel terug door geïntroduceerde Europese ziekten, uitroeing en deportatie. De aboriginals in Australië hebben het nog steeds slecht. Dit jaar is nog een referendum om hen meer rechten te geven weggestemd door de Australische kiezers, die nog maar 200 jaar aanwezig zijn op dit continent.
Op het Tasmaanse schiereiland hebben we een aantal mooie wandelingen gemaakt. De wandeling naar Cape Huay was wel de top. We doen een stuk van een lange afstandspad, de “3 capes trek”, waarvan wij er 1/3 deel doen. Dat betekent eerst 15 km over een gravelweg waar je maar 40 km/hr mag rijden. Vinden we best, maar onze tegenliggers met hun 4WD Pickup Trucks denken daar anders over. Grote stofwolken achterlatend racen ze voorbij. Ach je moet ook wat met al dat testosteron en je 4WD. Vanuit de Fortescue Bay volgen we een pad door het bos omhoog over honderden traptreden. Het is de bekende 3 capes trek en dus is het een perfect aangelegd pad. Je hoeft alleen maar trap te lopen, maar wel een heleboel treden op en af en op en af en…… Onderweg veel struiken met bloemetjes. Wanneer we boven zijn opent zich een prachtig landschap voor ons en zien we dat we eerst weer pittig moeten afdalen alvorens weer te klimmen naar de Cape. Het is het echter helemaal waard, want we worden constant getrakteerd op prachtige vergezichten. Op de Cape Huay kijken we van achter een veilig hek honderden meters steil naar beneden. Terug nog maar even al die treden in tegenovergestelde richting lopen en genieten.
Een andere wandeling loopt hoog boven de kust naar de Waterfall Bay, waar we een waterval te zien krijgen die last heeft van te weinig regen de laatste weken. Ja zo heeft elk voordeel ook weer zijn nadeel. Maar de uitzichten onderweg op de grillige rotskust zijn overweldigend. De Tasman Arch is heel bijzonder, vanaf land kijk je door een grote opening onder de rotsen door naar de oceaan. Dezelfde oceaan die door een tijdje beuken op de rotsen dat gat heeft geslagen en vrolijk doorgaat met het eroderen van de kust.
Dan is het tijd voor Hobart, de hoofdstad van Tasmanië, met ca. 250.000 inwoners, terwijl Tasmanië totaal maar 500.000 inwoners telt. Vergelijk het met Nederland dat 2x kleiner is en 18 miljoen inwoners telt. Dan is het in Nederland wel heel druk, of is het hier zo rustig. We stoppen nog even in Richmond met zijn vele oude koloniale huizen. Een beetje een toeristenval, maar best mooi met zijn oude brug uit 1823, alles is hier al snel historie. Vlakbij Hobart vinden we in een holiday park onderdak in een huisje met uitzicht op het honden uitlaatveldje, waar geen hond te bekennen is. We blijven hier een paar dagen om de toppers van Hobart te doen.
Dat is allereerst de Botanische Tuin, die we in de ochtend bezoeken. Naast de rozentuin en de Japanse tuin, is er ook een inheemse tuin met vele soorten varens, met o.a. de boomvarens, te bewonderen. Dan is het tijd voor de Mona-experience. Wanneer we op internet gaan om online kaartjes te bestellen, komen we direct bij Mona Keijzer terecht. Die Experience willen we niet meemaken. De oprichter David Walsh heeft in ieder geval een gedeelte van zijn vermogen goed besteed en deze speeltuin ontworpen. Naast oude kunst, zoals honderden iconen, vind je er veel hedendaagse kunst en is er speciaal ruimte gemaakt om een kunstwerk te tonen. Dat ruimte maken is vrij letterlijk genomen. Er is een tientallen meters diep gat geboord naar beneden in de rots bodem naast de rivier de Derwent. Daarin daal je af en betreedt de Experience die op 3 in de rotsen uitgehakte verdiepingen te vinden is. Je kunt je laten verrassen door op de app in te schrijven op een ervaring. Dan kun je in een donkere ronde ruimte terecht komen met wel honderd muziekboxen om je heen en onderga je een geluid/trilling/licht ervaring. Of je kunt een biecht doen bij iemand die boven de grond bij een soort schelp staat, terwijl jij tientallen meters onder de grond staat. Via lange tunnels in de rotsen kom je in een volgend kunstwerk terecht. Aan het einde van de middag bezoeken we het jazzcafé. Het was een bijzondere en indrukwekkende belevenis.
Op zaterdagochtend is er markt en niet zo maar een markt, er zijn honderden stalletjes op Salamanca Street. Daar willen we heen en al vroeg zijn we in de stad. Maar dat is niet het enige waarvoor al die mensen de stad ingaan, want er is ook een soort van pre-kerst optocht. Veel organisaties uit Hobart doen daaraan mee, zoals scholen, de scouting, sportverenigingen en afgevaardigden van landen. Iedereen roept Marry Christmas naar ons. Wel gek hoor, want hier in het warme down-under hebben we al helemaal geen kerst gedachtes en het duurt nog wel 6 weken. Een wandeling door de wijk “the battery” brengt ons 2 eeuwen terug in de tijd en we bewonderen de oude houten huizen met smeedwerk en ruime veranda’s met kleurrijke tuinen. Eens de wijk van de werkers en nu in trek bij de mensen met meer te besteden. Het lijkt de Jordaan wel. We gaan daar lunchen en pakken nog een terrasje.
Ja dat was Hobart. Nu hebben we de stad verruild voor de Huon regio zuidelijk van Hobart. Het is er liefelijk met zijn glooiende heuvels en appelboomgaarden en mooie dorpjes met houten huisjes en bakeries met koffie en wat lekkers. Maar aan de kust en in de nationale parken kan het ruig en grillig zijn. Het is een mooi contrast waar we onze weg wel in kunnen vinden. Wordt vervolgd.
Oh ja, dan nog iets, jullie gaan toch wel stemmen vandaag. Wij hebben onze stem al geregeld, bedankt Sandra. Zag op de NOS dat Wilders de premier van alle Nederlanders wil worden. Misschien toch maar even bij de immigratie in Melbourne langs volgende week.
Liefs van ons uit een zonnig Tasmanië.
Geschreven door Evarien-en-Hennie.reisverslag