We zijn na een paar reisdagen vanuit Caveroque in het stadje Cómpeta aangekomen. Nu gaat onze fietsvakantie pas echt beginnen. Maar eerst blijven we hier in het mooie witte stadje Cómpeta een paar dagen. We hebben een mooi plekje middenin de stad via “Vrienden op de fiets”. Op de tweede verdieping een kamer, douche en zitkamer. Maar vooral het balkon met zicht op de stad en de bergen is wat deze plek zo aantrekkelijk maakt. Ontbijt, borrelen en dineren doen we daar. Onne Schepel, die hier ook wandel reizen organiseert, zorgt ook nog voor een plek waar we onze auto een paar weken kunnen stallen. Hij heeft ons gelukkig ook verteld waar we kunnen parkeren zonder met onze auto verstrikt te raken in al die kleine smalle straatjes en steegjes en trappetjes. Op het centrale plein met zijn terrasjes is het ‘s ochtends tijd voor koffie en na een wandeling of fietstocht tijd voor een koel biertje. De eerste avond blijkt het ineens een probleem te zijn om vanuit het plein terug te lopen naar huis. Al die straatjes lijken op elkaar, kronkelen en gaan op en af. Weet jij het nog? was het nier nou links of rechts. Uiteindelijk lukt het en kunnen we de avond afsluiten op het balkon waar we de maan achter de bergen zien opkomen.
Om in Andalusië te komen moeten we eerst de grens over dan heel Spanje door. Hoe gaan we de Pyreneeën over, want er ligt zeker op de hoge passen nog sneeuw en we hebben geen sneeuwkettingen bij ons. We kiezen voor de overgang bij Saint-Jean-Pied-de-Port, want die is vast vrij voor alle Santiagogangers. We overnachten aan de Franse kant en rijden op zondag met mooi weer omhoog. De pas van 1057 meter is vrij, maar er ligt wel een heel pak sneeuw en we drinken in Spanje onze eerste café solo. We rijden over provinciale wegen en snelwegen door naar Zaragoza. De wegen zijn heel rustig, er is amper verkeer. Richting Zaragoza liggen er twee snelwegen, vaak nog geen 100 meter van elkaar. De ene is een tolweg en we snappen niet waarom je een tolweg zou nemen terwijl beide wegen even rustig zijn. De reden voor drie rijstroken hier zouden we ook wel willen weten. Op de snelweg na Zaragoza richting Teruel zien we soms een auto elke 15 minuten. Na Teruel wordt het tijd om een slaapplek te gaan zoeken. Op booking zien we een hotel met ontbijt voor € 58,-. Daar gaan we even kijken. In het café is het rumoerig, de TV staat aan en de mannen zijn druk in gesprek met een borrel er bij. “Waarom wil je de kamer zien, ze zijn allemaal gelijk” zegt de man, die ons toch meeneemt naar boven. Op de trap weten we het al, het lijkt wel of ze de gangen met petroleum hebben gereinigd. Hiervoor hoeft Hennie de kamer niet eens te ruiken. Dat wordt verder rijden, het wordt al later en het liefst willen we voor donker binnen zijn. Hennie vindt een slaapplek in Moya en dat moet je niet verwarren met Santa Domingo de Moyà zal blijken. We verlaten de mooie provinciale weg en rijden ons nog haast vast in een klein dorpje. Maar Moya is al in zicht, maar ook het Castillo de Moya waar wij moeten zijn. Een paar kilometer verder zien we het kasteel hoog boven ons liggen. Hoe komen we daar nu weer. Maar Google maps weet raad en over een zigzag weggetje kruipen we omhoog naar het historische en verlaten Moya. Nog door een stadspoort en dan komen we bij de oude abdij, waar in de abdijkerk een mooi hotel is gevestigd. Er is plek, een douche en daarna zitten we met een biertje aan de tapas. De uitbater van het hotel nodigt ons uit om om 22.30 uur mee te gaan op excursie naar de kerk en dat lijkt ons wel wat. Het historische Moyà waar we ons nu bevinden is helemaal verlaten, alleen de ruïne van het kasteel en de ommuurde stad zijn er nog. Wanneer we buiten komen worden we overweldigd door de sterrenhemel en natuurlijk de tweeling Venus en Jupiter. Samen met een groep Spanjaarden gaan we met onze gids mee naar de kerk. In rap Spaans krijgen we uitleg over de Joodse, Arabische en Christentijd van de kerk en het stadje. Niet echt te volgen voor ons, maar er is genoeg te zien. Dan op naar de klokkentoren waar het tijd wordt om de klok te luiden. Evarien voelt zich geroepen om de inwoners van Santa Domingo de Moya, die enkele kilometers verder wonen wakker te houden. De volgende ochtend een goed ontbijt en bij daglicht het historische stadje hoog op de rotsen bekijken. Wanneer we bij het afrekenen een fooi geven vraagt hij eerst een paar keer of we echt dat bedrag bedoelen en laat het nog expres op het pinapparaat zien. Hij vindt het teveel en even later verlaten we het pand met de hartelijke wensen, een fles mineraalwater en een pot honing.
Over mooie wegen rijden we door, drinken koffie op een pleintje op het terras tegenover de kerk. De plek waar we overnachten aan de snelweg tussen Jaen en Granada is iets minder romantisch dan afgelopen nacht, maar we hebben een mooie kamer en de fietsen staan er veilig. Het is een uurtje naar het Alhambra waar we morgen heen willen gaan. We hebben online de laatste tickets voor morgen om 10 uur. Het Alhambra, het middeleeuwse paleis en fort van de Moorse heersers over Granada is een Unesco erfgoed en beslaat een immens groot gebied op de heuvels bij Granada. Het meest indrukwekkende is het Nasrdin paleis, waarvoor je een strikte toegangstijd krijgt en je in groepen naar binnen mag. Maar dan heb je ook wat, wat een prachtige Moorse kunst, van slanke bewerkte zuilen, prachtige plafonds van houtsnijwerk en natuurlijk overal waterpartijen en fonteintjes. Het mooist vonden we de hof van de leeuwen met 12 marmeren leeuwtjes die water spuiten en de marmeren fontein dragen. De Generalife, het zomerpaleis ligt wat hoger op de heuvel en herbergt mooie tuinen.
Dan rijden we door naar Cómpeta, een stadje hoog in de bergen boven Malaga. We blijven er drie dagen en de eerste dag maken we een wandeling langs een paar mooie dorpjes in de omgeving. De GPX wijst ons de weg, tenminste dat denken we, maar hier tussen de bergen kan hij iets afwijken zodat we niet het pad omhoog, maar een oude rivierbedding omhoog kiezen. Dat wordt klauteren, maar boven wacht ons een pad en we pikken de route weer op. Onderweg ontmoeten we een echtpaar, Spaans/Oost-Duits waarmee we hartelijk een tijdje kletsen. In Archez komt ons een Belgisch echtpaar tegemoet, die denken dat ze vlakbij Cómpeta zijn. We vertellen hen dat het de andere kant op is en dat het nog wel een uur bergop lopen is. Dat valt ze tegen en ze blijven het idee houden dat Cómpeta om de hoek is. We stellen nog voor dat ze mee kunnen lopen, maar na een tijdje geven we het op en gaan verder. Vlak voor Cómpeta komen we een oudere man tegen, die over een hobbelig stenen pad minstens zo snel als wij omhoog loopt. Tijd voor een praatje en hij vertelt ons dat dit een onderdeel van zijn rondje is. In Competa worden we ingehaald door een taxi met……..
Om onze fietsen en onze benen even te testen maken we nog een tocht in de buurt. Dat begint al gauw met een klim met mooie uitzichten over de omgeving. We pakken onze fietstassen in, stallen de auto, nemen een biertje op het plein en een diner op ons balkon. Klaar voor de fietstocht door Andalusië. Wordt vervolgd.
Geschreven door Evarien-en-Hennie.reisverslag