Erika en Bart nodigen ons uit om weer met hen op te trekken tijdens deze rustdag. We rijden naar Alcoutim aan de grens met Spanje. Het is een mooi stadje met kleine witte huisjes en veel azulejos aan de natuurlijke grensstroom Guadiana. Hier werd uiteraard vroeger heel veel aan smokkelarij gedaan. Er staan dan ook leuke marmeren beelden van smokkelaars en agenten. Ook aan de overkant een mooi wit dorpje, maar vandaag steken we de grens niet over.
Het stadje werd bewaakt door een castelo, opgericht door koning Dinis (1279-1325), in het aanpalend museum ook archeologische vondsten.
We hobbelen over een aarden weg naar de ruïnes van een Moors kasteel “castelo Velho” bovenop een berg. Deze werd ronde de 8/9 e eeuw opgericht door de Moren maar reeds in de 12 e eeuw verlaten. Langs een grindweg deze keer op zoek naar de aangekondigde menhirs. Uiteindelijk vinden we ze, maar ze vallen nogal klein uit.
We rijden dan maar terug naar het dorpje waar we alweer bijzonder lekker en goedkoop eten.
Daarna verder naar Castro Marim waar we het castelo da vila bezoeken. Het blijkt de eerste nederzetting te zijn van de van naam veranderde tempeliers, die nu de orde van Jezus Christus noemen. In het castel worden een aantal folterpraktijken uitgebeeld.
We rijden terug langs de Salinas en krijgen een noodtelefoontje van een van de medereizigers. Ze waren gaan fietsen en staan met een lekke band op zo’n 15 km van de camping. Aangezien de auto van Bart 6 zitplaatsen heeft en een grote koffer, gaan we hen oppikken en weer naar de camping terug brengen.
Dan volgt een spontane vergadering op de ruimte tussen ons en onze overburen, heel leuk in het begin, maar aangezien een paar koppels van geen ophouden weten, wordt het wel onaangenaam. Pas om 23u30 wordt het stil.
Geschreven door Tgsvb.reizen