Vanmorgen hoefde ik de wekker gelukkig niet te zetten, want op de kop af om 4.15 uur kwamen ze in de straat de flessencontainers legen. En geef ze eens ongelijk, met deze temperaturen. Volgens mij hadden we in Nederland in 1976 ook een heuse hittegolf, waar toen ook het vuilnis heel vroeg werd opgehaald. Een unicum was dat! Op tijd uit bed dus en de bagage en de fiets 3 verdiepingen lager gebracht en alles weer geïnstalleerd. Dit kostte me al meer zweet dan het fietsen zelf vandaag.
Het was een zeer afwisselende route vandaag. Eenmaal uit Barletta fietste ik over een soort Afsluitdijk met aan mijn rechterhand de zee en aan de linkerkant waterbedden, waar volgens mij zout gewonnen wordt, maar nog mooier: het was een half beschermd natuurgebied waar veel verschillende watervogels gehuisvest waren. Mijn vrolijke vogelvrienden moeten vanuit Costa Rica en vanuit Tilburg maar eens kijken hoe bijzonder die vogels waren die er voorkomen. Ik heb er een paar op de foto gezet en en een foto genomen van een informatiebord. Ik geef er vast een weg: flamingo. Ik hoor wel wat de rest was.
Daarna ging het landschap over in velden van kleine boertjes voor zover ik het kon overzien. Relatief kleine akkers die ze in de volle zon aan het bewerken waren. Het lijkt me een uitzichtloze opgave. De grond was kurkdroog en lek meer op een vlakte met mul duinzand dan op een akker. De gereedschappen waren vooral handgereedschappen. Een zwaar leven.
Ik draai daarna soepel in een hele grote bocht richting de Gargano, de spoor in de laars van Italië. Oorspronkelijk een eiland, maar later aan Italië vast gegroeid. Het gebied in Italië met de meest woeste kusten. Nou, dat belooft wat…. De Gargano ademt buiten prachtige natuur (hier ligt onder meer het Foresta Umbra, waar beuken en eiken voorkomen tot een omvang van 5 meter), maar de Gargano is vooral ook de plek van Padre Pio. Dat was een bijzonder kereltje. Herman Finkers zong er al over:
“Pater Pio was een Capucijn
Die kon op 2 locaties zijn
Maar, en dat was de bijzonderheid,
Hij kon dat tegelijkertijd
En de stigmata had hij ook nog,
En hij vloog ook door de lucht,
Maar toch, maar toch, maar toch, maar toch…..
De vrouwelijke geest, de vrouwelijke geest,
Verbaast het allermeest”
De tekst van dit liedje van Herman Finkers vat het eigenlijk goed samen. Pater Pio was inderdaad en Kapucijner pater die tijdens het bidden kon leviteren, dat wil zeggen, hij zweefde. Nu hadden wij dat vroeger toen we jong waren ook wel eens als we teveel drank op hadden of verkeerde sigaretjes hadden gerookt, maar van het zweven van deze pater zijn vele getuigenissen (echt waar!). Hij verstond ook de kunst van de zogenaamde bilocatie, dat wil zeggen dat hij tegelijkertijd op 2 plaatsen kon zijn. Een dubbelleven als het ware. Hij heeft blinden laten zien, 20 dagen geleefd zonder eten en drinken, met alleen een dagelijkse hostie, hij kon in tongen spreken (ook anderstaligen konden hem verstaan) en nog veel meer. En dat allemaal nog relatief recent; hij stierf pas in 1968. Het grootste wonder werd gevormd door zijn stigmata: De wonden van Christus aan de handen, opgelopen bij de kruisiging. Pio was gedurende 50 jaar bekend om zijn bloedende handen, als waren er spijkers door zijn handen geslagen. Erg omstreden, want boze tongen beweren dat het allemaal fakes was: hij zou een voorraadje carbolzuur in huis hebben waarmee hij zichzelf verwondde. Hoe het ook zij: Pater Pio is een razend populaire geestelijke in Italië en meer speciaal in de Gargano in San Giovanni Rotondo waar hij geleefd heeft en gestorven is. Deze plaats is uitgegroeid tot een gigantische bedevaartplaats in het midden van het schiereiland.
De Gargano is ook de plek waar wij 13 jaar geleden met Hans en Corrie op vakantie waren, toen wij in de ochtend onaangenaam verrast werden door een telefoontje van Con uit Tilburg. Het was op of rond de datum van vandaag. Tante Bets, de lievelingstante van alle neven en nichten, had een beroerte gehad en lag in het ziekenhuis in coma en het zag er niet goed uit. Rianne en ik hebben toen geen moment geaarzeld, hebben alles ingepakt en zijn in de auto terug naar Tilburg gestapt. Het was inderdaad niet goed; enkele dagen later overleed zij helaas. Deze tocht brengt ook dit soort herinneringen weer boven.
De kustweg die ik vandaag fiets is verschrikkelijk mooi met steile rotswanden (waar ik echt bij uit de buurt blijf Rianne…). Ondanks de schoonheid kent de kust ook hartverscheurende verhalen. Het gebeurt met regelmaat dat ook hier bootvluchtelingen aankomen. De Italiaanse bard Gianmaria Testa verhaalt daarover in een van zijn liedjes naar aanleiding van een gebeurtenis in 1991 toen hij op vakantie was in de Gargano. Gianmaria Testa, de zingende stationschef uit Turijn, zag, liggend op het strand, een vissersbootje de haven in varen. Bij het strand aangekomen tilde de bemanning iets groots en zwaars uit de boot, wat later de lichamen van 2 overleden Afrikanen bleken te zijn. De indruk die dit op hem maakte heeft hem gebracht tot een aantal mooie liedjes.
Nu aangekomen in Mattinata na weer eens een kort maar stevig klimmetje en een heerlijke afdaling. Mattinata is een van de weinige steden die in een dal is gebouwd. Dit betekent wel dat ik morgen ook weer uit dat dal moet. Er wachten stevige klimmen richting Vieste. Ik schat in dat het morgen harkdag wordt, maar we gaan het zien. Op dit moment valt er hier regen. Hoe lang of hoeveel is nog onduidelijk. Zorgt wel voor een heerlijke verfrissing.
Geschreven door Nies.reisdagboek