Als ik het liedje van Louis Neefs 'wat een leven' hoor, moet ik spontaan denken aan het filmpje uit een echo-reportage over gemeentearbeiders van Aarschot die wel heel veel tijd nodig hadden om een straat te plaveien. Voor de jonge generatie, Ik heb het terug gevonden op youtube:
https://www.youtube.com/watch?v=ckVYxBxdpY0 .
Dit gevoel overkwam me deze morgen ook. Opstaan om vijf uur - ik stond precies terug met de vroege - om dan net na zonsopgang te belanden in een baai waar we de zeldzame geeloogpinguin zouden kunnen spotten. De locatie was in elk geval prachtig en het geluid van de branding enorm rustgevend. We waren maar net op de locatie aangekomen of daar was er al een. In alle haast mijne kodak bovengehaald om alles deftig op papier te krijgen. Dit bleek zeker niet nodig te zijn. Als een echte Jomme Dockx had meneer (of mevrouw) meer dan een half uur nodig om de laatste 50 m tot aan de Pacific af te leggen.
Eens die in het water was verdwenen hebben wij nog een klein uur moeten wachten op de volgende. Ik herkende hierin een echte Makrolon-medewerker. In minder dan vijf minuten had hij hetzelfde traject afgelegd. Het volgende duo kwam iets later op het toneel en dit vanuit de graskant. Wat hebben die daar gedaan? Ze waren in elk geval zo verliefd dat ze de Pacific nooit hebben bereikt. Althans niet toen wij er waren want ze hebben elkaar lopen entertainen.
Volgens onze gids hebben we veel geluk gehad. Op de klip leven acht geeloogpinguins waarvan er twee op hun nest zitten. Van de zes andere hebben we er vier gezien. Dus zeker waar voor ons geld.
Na onze brunch trokken we naar het strand van Cannibal Bay. Het was de bedoeling om door te steken naar Surat Bay in de hoop om op één van deze stranden een zeeleeuw tegen het lijf te lopen. Voor alle veiligheid had ik Chantal haar lintmeter meegenomen want het wordt afgeraden om deze dieren op minder dan 20 m afstand te benaderen. Op het eind van Cannibal Bay kregen wij een eerste zeeleeuw te zien. Meneer keek even op en ging dan verder met zijn middagdutje. Dan maar via de duinen richting Surat Bay. Daar zijn we nooit geraakt omdat de toegang tot het strand werd versperd door een tweede exemplaar. Zonder het te beseffen stonden we op minder dan 5 meter oog in oog met dit dier. Oog in oog is enigszins overdreven omdat de zeeleeuw het niet nodig vond om zijn ogen open te doen.
Op de terugweg is Cédric in de ban geraakt van mijn fototoestel. Als kenner van de Nieuw-Zeelandse vogelpopulatie - iets waar ik nog altijd versteld van sta - is hij er in geslaagd om in enkele uren tijd knappe foto's van vogels te maken. Iets waar ik zelf toch enkele maanden nodig voor had.
Op de terugweg zijn we opnieuw gepasseerd langs de Purakaunui-waterval. Ik was gisteren mijn ND-filters vergeten, vandaag dus een nieuwe poging waarvan ik graag het resultaat meegeef.
Morgen staat er een nieuwe transfer op het programma. We verlaten de Catlins aan de zuidoostkust en begeven ons naar Te Anau in Fiordland aan de zuidwestkust, het gebied waar Cédric zijn veldwerk doet. Ik heb zo een klein vermoeden dat we daar een seismometer te zien zullen krijgen.
Geschreven door DDM.reisblog