Daar sta ik dan, onder het afdakje van een schuurtje waar het personeel van het Four Seasons Resort in Tanjung Ruh hun scooters parkeert... Echt chic is het allemaal niet. Maar, het is enigszins droog. Naast het afdakje is het namelijk alsof er een niet aflatende douche uit de hemel is aangezet. HET GIET! Met hoofdletters, uitroeptekens en héél veel nattigheid dus. Het zijn van die momenten waarop ik mezelf afvraag: wat ben ik nou toch helemaal aan het doen? Zeker omdat ik er inmiddels al een goed uur sta en die regen van geen ophouden weet. De eerste de beste nummerplaat waarop ik scherp stel, dekt direct de lading: kak.
De dag begon al met regen. Het zijn de laatste stuiptrekkingen van het natte seizoen in het noordwesten, is me verteld. Al is het hier nooit helemaal droog, de komende maanden blijft het bij een tropische bui, geen urenlang regengordijn. Mensen lijken het gewend. Poncho aan of gewoon een jasje achterstevoren en die scooter op.
De online weersvoorspellingen zijn weinig betrouwbaar - het blijft een eiland - maar halverwege de ochtend zou het een paar uur droog moeten worden.
Bij de eerste voorzichtige en direct verzengende zonnestralen sprint ik dus naar buiten en bestel ik een Grab (de lokale Uber). Daarmee laat ik me naar de Skybridge Cable Car brengen, zo'n half uur verderop.
Er is hier op het eiland een berg. En als je berg zegt, dan moet Karianne er natuurlijk op. Er is daarvoor een kabelbaan beschikbaar en bovenaan is er bovendien een brug aangelegd waarmee je bij goed weer prachtig uitzicht hebt. Je moet Thailand kunnen zien liggen. Ik wil dus omhoog! Ondanks dat het zicht vandaag beperkt zal zijn.
Eenmaal in de buurt van de kabelbaan begint helaas de volgende hoosbui alweer. Dat is wel een beetje zonde. Dan zou het alleen de ervaring en een nat pak opleveren. Niet goed genoeg. Kans dat het snel opentrekt, lijkt beperkt, zo dik is het wolkendek dat tegen de berghelling hangt. Gisteren was dat niet anders.
Dan maar door met diezelfde taxi in de hoop dat het vanmiddag opklaart en ik een herkansing krijg. Je snapt wel meteen waarom het hier zo groen is, ondanks de bloedhitte.
Ik vraag de chauffeur mij naar Tanjung Ruh te brengen. Dit is me door locals getipt als mooiste strand van Langkawi. Waarschijnlijk regent het daar natuurlijk ook, maar zal toch iets met m'n dag moeten. Zie ik meteen wat meer van het eiland, want met dit volgende half uur in de auto zijn we haast halfrond.
Ik laat me aan de rand van het verste strand afzetten. Ik heb al gezien dat ik terug kan lopen naar een voorliggende baai. Het regent nog als ik aankom, maar toch is het uitzicht hier anders dan in Pantai Cenang, waar ik deze nachten verblijf. Hier steken zandstenen rotsen boven de zee uit. Karstgebergte. Nee, het is geen Halong Bay, maar toch best aardig. Zeker als de lucht begint te breken en het blauw nog wat blauwer, het wit nog wat witter en het groen nog wat groener wordt. De paraplu kan weer ingeklapt. Om de hoek meer landinwaarts liggen mangrovebossen.
Een groep Maleisiërs heeft op het strand gekampeerd en is net wakker. Een Russische dame met opgespoten lippen waggelt in een fuchsiaroze galajurk de zee in voor een fotoshoot met haar vriendin als fotograaf. Even later proosten ze met champagne in kartonnen bekertjes. Ik loop door naar waar een provisorische schommel aan een boomtak gemaakt is. De zon komt bijna door. Hier kan ik wel even van het uitzicht genieten.
Ondertussen schieten de snelle bootjes me voorbij: lokale vissers en groepjes toeristen die gaan kijken wat de mangrovebossen hen vandaag te bieden hebben.
Als de zon wel kort doorkomt, smelt ik bijna. Die brandt niet, die schroeit! Er cirkelen arenden boven mijn hoofd op zoek naar hun volgende prooi. Daar ben ik vast niet handzaam genoeg voor.
De waterlijn volgend loop ik langs een prachtig resort met privéstrand. O wee als je hier even op een strandbedje gaat zitten. Dan staat er direct een serieuze meneer naast je.
Ik probeer via een wandelpad door mangrovebossen naar de volgende baai te komen. Hoezo moet ik zo'n bootje in? Zo sta ik er vanzelf middenin.
Helaas loopt het pad dood en word ik gedwongen rechtsomkeert te maken en via de openbare weg te gaan. Echt uitwijken voor wandelaars, ook al is er geen tegenligger in velden of wegen te bekennen, doen auto's hier niet. Dat betekent dus af en toe een hupsje de berm in.
En dan begint het halverwege die weg te regenen en al snel te gieten en kom ik gelukkig langs dit afdakje. Ik probeer de tijd nuttig te gebruiken en het vervolg van m'n reis te plannen. Ik weet tenslotte nog niet waar ik morgen slaap. Meerdere opties zet ik op een rij, maar kiezen kan ik niet. Vanavond maar.
Als het eindelijk iets minder hard plenst, besluit ik de gok te nemen en met een regenhoes om mijn rugzak en paraplu boven mijn hoofd door te lopen. Ik kan hier toch niet de hele middag blijven staan? Koud is het gelukkig niet, stel je voor.
Ik bereik het volgende strand. Daar zit een fish 'n chips tent (zoveel Britten hier), waar ik een witvisje bestel. Eens kijken of m'n buik dat al aan kan. Er zal wel weer eens iets in moeten.
De regen stopt niet meer en ik moet daarmee de Skybridge opgeven. Terug naar m'n hotel met de taxi, waarbij ik voor de zoveelste keer mag/moet uitleggen dat ik alleen reis en waarom.
Vlak voor zonsondergang knapt het op buiten. Of nou ja, het wordt droog. Toch weer naar het strand dus, hopende op nog zo'n prachtige lucht. Deze keer niet, maar het geruis van de zee en het windje doen me goed.
Mensen dobberen nog in het water terwijl het al donker wordt, ondanks dat een lifeguard uitgebreid heeft staan zwaaien en draaien met een rode vlag. Teveel kwallen? Te onrustig water? Geen idee. Zij genieten.
Nadat ik met iemand van hier praat en die me zegt dat het de komende dagen hoogstwaarschijnlijk hetzelfde weer blijft, weet ik wat ik moet doen en dat is door. Gedag zeggen tegen dit eiland dat toch een welkome rust boodt en waar ik m'n zieke lijf wat hersteltijd kon geven.
Het gaat nog niet top, maar na een reisdag morgen doe ik nog een tussenstop, voordat ik m'n eindpunt in Kuala Lumpur bereik. Het moet er ook groen zijn, maar anders groen. Ben toch weer benieuwd.
Geschreven door Karianne