Voordat ik net voor zonsopgang het strand van Selingan Island op loop, sist er een meer dan een meter lange monitor lizard keihard naar me. Verstoorde ik zijn jacht of zijn schoonheidsslaapje? Wat een engerd! Het geluid suist nog na in mijn oren.
Deze vroege ochtend een gladde zee. Een roze lucht. Het is eb en de sporen die de schildpadden 's nachts in het zand hebben achtergelaten zijn nog duidelijk zichtbaar. Zolang als het kan genieten van dit bijzondere plekje.
Rond zeven uur varen we terug naar de haven. Deze keer gelukkig zonder nat pak. Onderweg zien we vissersboten met enorme stellages waarin netten neergelaten worden. Een soort mobiel bassin waarin ze de gevangen vis langere tijd kunnen bewaren, voordat ze die aan land brengen.
Eenmaal terug in Sandakan vertrekken we direct richting Sepilok. Eerste stop: het Orangutan Rehabilitation Centre. Hier vangen ze weesjes op in een beschermd en nooit gekapt regenwoud van 43 vierkante kilometer.
Eerst zien we vanachter getint glas de nursery waar de jonkies van 5 tot 10 jaar met elkaar ravotten. Wat zijn ze leuk! En wat hebben ze veel energie en doen ze gekke stunts. Zij krijgen nog 2 keer per dag bijgevoerd, maar dienen ook al veel van hun eten in de jungle te vinden.
Op het moment dat de ranger met een grote mand groente en fruit richting de platforms loopt, komt er vanuit het niets een gigantische mannetjesorang-oetan aangestierd. Wat een machtig beest! In verhouding vele malen groter en met de kenmerkende wangplaten in zijn gezicht. Hij eigent zich meteen een van beide platforms toe met al het eten dat daarbij hoort. Malim is zijn naam, driftig op zoek een vrouwtje en hij schijnt enkele keren per maand langs te komen. In de komende dagen zal ik van bijna iedereen die ik spreek horen dat zij Malim ook gezien hebben, dus zo sporadisch zijn die bezoekjes niet.
Daarna gaan we naar een ander voederplatform, al iets in de jungle. Hier komen soms orang-oetans met jonkies. We hebben geluk. Er zitten een moeder en zoon te wachten op de ranger. Wat een lief kleintje! Later begrijpen we dat moeder en zoon ouder zijn dan hun grootte doet vermoeden, maar ze zijn na ziekte en diarree flink ondervoed. Ik geniet van dit mooie duo en schiet foto na foto.
Dan is het tijd voor de volgende stop, namelijk een opvang om de hoek. Deze behoort toe aan de Maleise beer of honingbeer, de kleinste van de berensoorten. Maar met flinke klauwen als poten en een goudkleurige kraag in hun vacht. Deze dieren lijken minder de ruimte te hebben met hekken om hun verblijf, al zal dat ter bescherming zijn. Ze komen hier om aan te sterken, voordat ze weer worden uitgezet in de wildernis. Langs het verhoogde houten wandelpad spotten we ook nog een flinke groene gifslang.
De ochtend is nog niet eens voorbij en we hebben nog een hele middag en avond te gaan. Worden jullie alle verhalen al zat? Deze paar dagen zitten namelijk ramvol, vol met jungle, natuur, dieren... Ik kom ogen en oren tekort, laat staan dat er tijd is om m'n foto's uit te zoeken en blogs te schrijven. Trouwens, het internetnetwerk heeft ook halverwege de rit naar het oerwoud zijn beste tijd wel gehad. Geen bereik meer.
Maar het is geweldig! Ik heb zo'n goede keuze gemaakt door Borneo toe te voegen aan mijn reisplan. Herinneringen voor het leven.
Geschreven door Karianne