Waar ben ik in hemelsnaam nu toch weer beland? Net aangekomen in Cancún en het contrast met Cuba kan niet groter.
Nog in het vliegtuig begint de verbazing al. Hoog vanuit de lucht is de zee er echt niet meer of minder blauw om, maar waar het laatste stukje Cuba eruit ziet als groen bebosde niksigheid, is het eerste (vaste)land dat vervolgens opdoemt een brede strook spierwit strand waarlangs ontelbare gigantische wolkenkrabbers opeengepakt staan. De een is nog pompeuzer dan de ander. Welkom op de Zona Hotelera, Cancún Mexico. Het is even wennen.
Eenmaal op de grond beland ik al snel tussen massa's knauwende (Noord-)Amerikanen die meteen beginnen te (excusez le mot) bitchen over de lange rij bij de douane (zeker nog nooit in een Cubaanse cola gestaan?), de onoverzichtelijke ongeorganiseerdheid van de aankomsthal (Cancún is een hartstikke modern vliegveld) en dat niemand Engels spreekt (duh, je bent in Mexico!). Verder klinken er vooral veel diepe zuchten en aanstellerige smeekbedes om het kunnen aansteken van de eerste sigaret en de wens om bier, veel bier. Kijk, nu wil ik heus niet alle Amerikanen over een kam scheren, maar wat kunnen ze zeuren zeg! Ik heb hun afwezigheid in Cuba volgens mij onvoldoende gewaardeerd. Nog een reden om het eiland nu al te missen... Het is even wennen.
Gelukkig laat ik het gros van de piepdozen snel achter me als ik in de vrieskist (hé, toch iets vertrouwds, ook hier zijn ze in de bussen overenthousiast met de airco) richting Cancún Centro stap. Waar in Cuba langs de weg overal slogans zichtbaar waren met woorden als 'marchar' (op weg gaan, marcheren), 'luchar' (vechten), 'vencer' (overwinnen), het vaderland of de dood, revolutie in elke wijk, dat educatie het allerbelangrijkste is voor kinderen etc, zijn de billboards hier het domein van McDonald's, Burger King, Sears, Wallmart, biergiganten, tandenblekers... Ze schreeuwen om het hardst om aandacht. Groot, groter, grootst. Oh ja, zo zag commercie en kapitalisme eruit. Het is even wennen.
Tegenover al die grootsheid staat dat de mensen juist nogal klein van stuk zijn. Eenmaal in het centrum(pje) aangekomen klets ik kort met een volwassen kerel die niet verder dan mijn middel komt! Wat moet ik een angstaanjagende witte reus zijn. Het is even wennen.
Maf is ook hoe verbaasd ik ben winkels te zien. Of winkels zoals ik ze gewend ben. Ook op Cuba komen levensmiddelen, huisraad en kleding natuurlijk ergens vandaan, maar waar precies? De winkels waren voor mij nooit zo opvallend in het straatbeeld. Ik snap nog steeds niet goed wie nou wat verkocht en waar ik als toerist wel/niet kon kopen. Bij de winkels die er waren, was het aanbod miniem. Met wat water, refrescos (frisdrank), rijst, paar rollen koekjes, (zelfgebakken hihi) muffins, ketchup, groot vriesvak met wat verdwaalde stukken vlees, (dure!) olie en een misplaatste ventilator of stereo-installatie is de gemiddelde Cubaanse 'supermarkt' wel aardig omschreven. Vaak waren er diverse planken leeg. Alleen Havana leek wat westerser wat dat betreft. In Mexico hebben de winkels grote, lichte etalages en zijn de schappen grotendeels gevuld. Dat kun je bovendien al vanaf buitenaf zien! Geen geblindeerde ramen of schotten meer. Het is even wennen.
Het Spaans lijkt over het algemeen wel beter verstaanbaar, maar er zijn weer zoveel plaatselijke uitdrukkingen om me eigen te maken, dat het net zo goed plat Cubaans had kunnen zijn. Begon aan dat laatste na vijf weken net een beetje te wennen, dus het is op alle fronten schakelen. Even rust nemen en acclimatiseren misschien?
Geschreven door Karianne