Gisterenavond, na het eten dompelde ik een paar keer in, ik vocht tegen de vaak. Ik wilde mijn kleinste kleinkind nog even zien, hij is zondag, late namiddag, hij is bij ons thuis. De interesse is niet wederzijds, maar dat hoeft ook niet, ik zie genoeg aan zijn ogen en de enkele bewegingen voor de camera.
Waarschijnlijk zijn er belangrijker dingen in het leven, dan een Bompa, op een scherm in de gsm . Auto's parkeren en een legoblokkenmuur die dreigt om te vallen, dat zijn de zaken die er om doen nu. Ik zag hem, meer is beter, maar dit is al genoeg, slapen kan nu.
Wakker worden als steeds, vroeg genoeg om niemand te wekken.
Het is overtrokken, pas rond acht uur priemt de zon erdoor, af en toe, geen overhaasting of is het van niet willen, ik zal het vanavond weten.
De file gisterenavond is wat een domper op het verkeer van voorbije week. En veel, veel toeristen, mag ik de woorden te veel uit spreken?
Na ontbijt en planning voor de volgende dagen, het overlopen van de plaatsbezoeken met de eigenaar(?), over wat kan en wat kan niet, ligt het besluit vast, dus het schema ook.
Voor vandaag, wat kalmer aan, maar dat wil niet zeggen dat we de benen stil houden. Het is hier dalen en klimmen, hier wordt een aanslag gepleegd op de dijspieren, en daar mis ik stukken van.
We storten ons naar beneden en in het verkeer. Als je denkt file te kennen in een dorp, dan zeg ik dat je liegt. File dat is hier. Hier is een groot ononderbroken file. Het grote verschil, met wat ik gewoon ben, is dat dit een stille file is, d.w.z. niemand windt zich op, niemand toetert, iedereen blijft beleeft. Zelfs als iemand beslist dat het welletjes is geweest en nog durft te draaien midden de file, wordt er niet gereageerd, geordende waanzin. Brommers en auto's, geen fietsers. Tussen al dat plaatselijk geweld rijden ook veel toeristen op "vespa's" en door hen gaat het niet vooruit. Zij denken dat ze hier kunnen meedraaien in deze carousel, deze knikkerbaan, niet dus. Ik herinner me de knikkerbanen aan het strand van Wenduine of Blankenberge. Een berg zand met daartegen een parcours gemaakt met het plat van je hand, dan je zak knikkers op loslaten. Een opstopping is eminent, je neemt het obstakel weg, en voort gaan ze dan tot de volgende bocht, elkaar op een haardikte volgend. Hier is het net hetzelfde. Zoals een rups op de nerven van een blad kruipt, zich af en toe opricht en weer verder kruipt, zo vordert het verkeerslint. We passeren hen een paar keer, want we lopen wat verkeerd, de ene zegt naar daar, de andere naar ginder.
Ons eerste doel is museum the Blanco, volledig gewijd aan de schilder Antonio Maria Blanco. Een artiest in Manilla geboren uit Spaanse ouders en hier blijven plakken en gestorven.
Ara's in de tuin, waarom weet ik niet.
Museum met zeer veel werk van de schilder. Ofwel heeft de man niks verkocht ofwel moet die een ongelofelijke werkijver gehad hebben. Het grote thema is vrouwen, ik kan niet uitmaken of het verschillende vrouwen zijn of twee of drie. Kwistig is hij in elk geval wel met het vrouwelijk schoon en met de borstels en met wat hij daarmee schilderde.
Het is intussen warm geworden, en we besluiten om even te pauzeren, vlak bij in bistro naast het museum, denken we zwarte thee.
We praten over de Kring voor Heemkunde. Gewoon wat van gedachten wisselen. Frank laat wel wat leegte na. Het beroert me even.
Alsof het een teken is kijk ik naar het bestek, een bijna gouden lepeltje . Het kan niet symbolischer, ik kan niet nalaten dit te fotograferen, verder heeft het geen waarde.
We besluiten toch om wat benedenwaarts te eten. We zagen het restaurant van boven in het Bistro en het leek goed om dit ook eens te testen. Paul verzamelt zo de goede locaties en leuke tenten om te eten.
We eten heerlijke eend met gele rijst. Twee sneetjes komkommer en 1 sneetje tomaat, een snoeisel groenten met pindanootjes er onder maakt het af.
Had ik al gezegd dat er veel Nederlanders in Bali zitten, nee? O ja hoor, er zitten er hier wel wat!
Mocht je toevallig thuis de tafel klaarzetten, ga dan eerst even naar de tuin, trek het mooiste blad, van de mooiste boom en maak er een kommetje van, ik durf te wedden dat het niet kan tippen aan de exemplaren die we kregen waarin Sambal en een ander sausje zit.
Ik ga mijn handen wassen en zoek het toilet op. Aan de binnenzijde staat het volgende bericht - Leave the door open. When leaving. Het Bruno Mars lied klinkt in mijn oren en is een tijd mijn compagnon.
Museum Piri Lukisan verder op is groot en herbergt meerdere paviljoenen met hoofdzakelijk textielkunst , soort van Batik, maar niet echt dezelfde techniek.
De verhaallijn van de voorstelling in Jogyakarta komt terug, hier met tekst en uitleg, nu wordt het een en ander duidelijk. Het is en blijft een uitgebreid en moeilijk verhaal en plotlijn die je niet gemakkelijk perfect juist doorverteld. Ik begin er niet aan.
Ik kan dit wel smaken, spijtig genoeg mag ik geen foto's nemen. En dat doe ik dan ook niet.
Prachtige doeken, in sommige ervan denk ik ook aan Permeke, andere aan Gaugain. Deze zijn ouder, ik zal me wel vergissen.
We verlaten de musea en lopen rond in de drukke straten, ik kijk voor een hemd en verder wat halen voor Moeders.
Opdracht volbracht.
Terug aan hotel, zwembad in en het doet goed, daarna douche en later eten, lekker en speciaal.
Geschreven door Chris.op.weg