Ons reisdoel van vandaag is Killarney en het nationale park van Killarney.
Maar dit willen we niet via de gewone weg vol met toeristen (N70) maar binnen door over bergpassen. Want dat vinden we altijd wel geinig om binnendoor weggetjes te nemen en dan te zien waar we uitkomen.
Zo ook nu. We passeren een prachtig meer en stoppen hier even. Er staat verderop een ezeltje, helemaal allen. Het beestje komt spontaan aanlopen, maar stopt op moment dat ik in de auto mijn fototoestel pak. Verbeeld ik mij dit nu, maar kijken die ezeltjes altijd zo zielig? Als ik de auto weer uit kom, komt het ezeltje enthousiast weer aangelopen en begint ineens met opgetrokken lippen enorm te balken. Aangekomen bij het hek aai en kroel ik hem/haar en blij blijft hij/zij staan.
Als ik stop, zet ze/hij de voorbenen op een steen en komt met het hoofd over het hek. Echt aandacht nodig. Ik neem de tijd om nog even te kroelen en wil hem/haar meenemen, want zo zielig alleen in het weitje.
Maar we moeten verder zonder ezel. Via smalle weggetjes, soms alleen voor 1 voertuig geschikt (andere auto’s kunnen alleen passeren op plekken waar de weg iets is verbreed) komen we in de middle of nowhere ineens een soort markt in opbouw tegen. De ijskar staat midden op de weg en we kunnen er niet door. We wachten geduldig en ineens vraagt een Ier of we uit Nederland komen. Als wij dit verbaasd bevestigen begint hij ineens Nederlands te praten. Blijkt dat hij in het verleden in de wegenbouw (dachten wij op te kunnen maken) in Nederland te hebben gewerkt. Grappig. Dan vervolgen we onze weg en komen wij de Gap of Dunloe. Een bergweg die prachtig ligt, waar men ook met paard en wagen toeristen rondrijd. Er staat echter een bord dat de weg alleen geschikt is voor paard en wagen, wandelaars en bestemmingsverkeer. We drinken eerst een bakkie koffie met een heerlijk taartje bij “the coffee pot”. Dan maken we een wandeling van 2 uur. Onderweg komen we nog 3 hertjes tegen. De tijd gaat snel en we rijden naar Killarny. We gaan eerst het park in en picknicken met onze belegde broodjes en liggen heerlijk in het gras te genieten van de zon en omgeving. Verder is het ook hier erg toeristisch en je struikelt er over de pubs, waar trouwens een vreselijke stank uit komt van gebakken vis. We lopen een rondje maar het kan ons niet bekoren. Aan de buitenrand nemen we plaats op een terras in het zonnetje voor een Guinness en een heerlijk, helder H.
Dan verder naar het nationale park, waar we een waterval (Torc waterval) willen bezoeken. Het valt ons op dat het erg druk is de andere kant op. Allemaal ring of kerry gangers? Als we bij de parkeerplaats van de waterval komen is alles vol en een drukte van jewelste. We hoeven niet lang na te denken en rijden door. Door het nationale park loopt de weg, prachtige route. Erg smal en met al die touringcarbussen een uitdaging om te rijden. Maar René doet het meer dan prima.
Boven stoppen we nog even bij “Ladies View” en we komen weer een hertje tegen. Dan door naar Molls Gap waar we weer een binnendoor avontuurlijk weggetje nemen. De weg stijgt en stijgt, en wordt smaller en smaller. Een enkele keer komen we een tegenliggen tegen en dat is best spannend.
Maar wat een prachtige weg, waarbij we slingerend en stijgend tussen twee bergtoppen rijden.
Uiteindelijk komen we het laatste stukje weer op de weg terug waar we die ochtend begonnen zijn.
We passeren weer het ezeltje dat rustig staat te grazen, ik vind het nog steeds zielig dat hij/zij alleen staat. Beestje heeft volgens mij aandacht nodig.
Aangekomen bij Glenbeigh (het dorp van onze B&B) halen we onze bekers en gaan met onze flessen wijn nog even op het strand zitten om nog even te genieten van het uitzicht en het zonnetje. Want het is nog steeds prachtig weer. Ook de ieren geven aan dit zelden te hebben meegemaakt dat het al zo lang zo warm is. In de pub werden we al aangesproken door een man die vaak vist en die nu rotsen ziet waarvan hij het bestaan niet wist, zo laat staat het water.
Dan is het tijd om eten volgens onze buikjes. We gaan weer naar Rumoers. Het eten is weer prima, de bediening minder. Wat een chagrijnige rooie staat er in de bediening, niet wat we gewend zijn in Ierland.
We gaan na het eten nog 1 klein biertje en Guinness drinken in de pub en dan is het tijd om naar de kamer te gaan.
Morgen de ring of kerry, we zijn benieuwd.
Geschreven door Petras.reisverhalen