Moin!
Om 8u30 rij ik de drukke weg af maar in Busdorf vind ik de rust terug. Hier zie ik de eerste vikingsporen: een runensteen met rood opschrift van koning Sven ter nagedachtenis van zijn overleden knecht. Vlakbij bereik ik de wal Haithabu, een vikingvesting uit 800 en lang een belangrijk handelscentrum in Noord-Europa. Van hier heb je een prachtig uitzicht op een diepe zijarm (want officieel geen fjord) van de Oostzee, de Schrei. Bezoek aan het vikingdorp zit er nu niet in. Ik ga verder langs een zanderig pad en zie al gauw de Wikingturm (de inspiratie was zoek) van Schleswig. Imposanter is dan het slot Gottorf. Renovatiewerken leiden me om naar een zijingang, doorheen het domein.
Ik stippelde hier een variant uit op de Jutlandroute die me door een mooi stuk bos leidt, wel over los grind en zand.
Het blijft vandaag lang bewolkt, de zon heeft er even geen zin in maar dat is ideaal fietsweer. De route is her en der aangeduid met een zwart kruis van eurovelo en valt ook samen met een pelgrimsroute én de Ochsenwegroute.
Af en toe gaat het de hoogte in, maar dalen mag ik ook.
Voorbij Schmedeby trek ik door een prachtige vallei met moerasweiland met koeien en reeën.
In Oeversee zorgt de bakker voor mijn bevoorrading en dan volg ik een wel zeer smal (wandel)pad langs een groot meer (Sankelmacher See), gelukkig zonder tegenliggers. Wellicht toch een foutje in mijn routeplanner, want wandelweg, maar de picknickplek is snel gevonden.
Na een steil stukje te voet kom ik weer op wat drukkere wegen maar dan is het weerom genieten in het bos, hier vooral naaldbomen. De paden blijven onverhard en dat rijdt iets minder vlot.
Ten westen van de stad Flensburg die ik wegens drukte en fietsonvriendelijk vermijd, sta ik ineens in Denemarken; in Padborg gaat het fietspad netjes rond de douanepost. Ik vind vreemd genoeg geen bank of wisselkantoor om Deense kronen te kopen.
Na een rustige industriezone mag ik opnieuw het bos in (Frøslev Plantage). Ik fiets tussen tientallen rode paviljoentjes, die me doen denken aan nazitijden. Maar de wegwijzers geven aan dat het een school is. De fietsgids verduidelijkt me later: het is wel degelijk een voormalig interneringskamp uit 1944. Vooral politiek gevangenen werden hier 'heropgevoed' of kregen hier een tussenstop op weg naar Duitse concentratiekampen. Nu geeft men in deze gebouwen (Frøsleverjen) een soort bosklassen en zijn er ook enkele musea.
Een grindweggetje brengt me naar een idyllischer plekje: Gejlå bro, ofte brug over riviertje Gejl Å.
Verderop is het wat sukkelen om rechtop te blijven op een pad vol losliggende kiezels. Stofwolken van voorbijrijdende auto's maken het er niet beter op. Reden zou zijn dat door de beschermstatus van dit gebied (Hærvejen) niet verhard mag worden.
Nochtans ga ik in Uge verderop op een drukke asfaltweg zonder fietspad. Gelukkig vind ik daar meteen de camping. De uitbater heeft geen probleem met een kronenloze trekker. Hij wijst me het tentenveldje aan waar ik helemaal alleen sta. De camping is zeer populair bij vissers omwille van de meertjes. Er is zelfs een plek om de gevangen vis te kuisen. Maar ook voor niet vissers is dit een schitterend uitgeruste camping (grote douches, keukentje) en enorm rustig. Ik blijf hier en kook zelf mijn potje (water). De dichtste eetplek ligt immers op 4km verderop de drukke baan.
Enig minpuntje zijn hier voorlopig de niet aflatende merels en koekoeken. Maar wat een fijne route was dit vandaag!
Gefietst: 21km
Op: 500m
Neer: 488m
Max hoogte: 60m
Route: 4 sterren
Geschreven door Eriks.reisverslag