Om 03;30 uur kreeg ik een berichtje van Kimlay dat hij last had van zijn maag. Als we vandaag al zouden gaan dan niet eerder dan 06:00 uur. Om 05:30 uur kreeg ik een berichtje dat we om 07:30 uur zouden vertrekken. En dat deden we gelukkig. Nadat we Phnom Penh uit waren hebben we voornamelijk door het platteland gereden. Veel rijstvelden, palmbomen en zo nu en dan ook wat bergen. Prachtig. Jammer genoeg geen foto's, want de foto's die ik gemaakt heb vanuit de auto waren nu niet echt heel erg goed gelukt (ze zagen er niet uit). Hoe dichter wij bij de boerderij kwamen waar Kimlay werkt, hoe slechter en smaller de wegen werden Op het laatst schraapten de struiken langs beide zijden van de auto. Maar wat een idyllische plek. Niets anders te horen dan de natuur zelf. Geweldig. Het is een peperplantage. Het schijnt dat peper uit Kampot de beste peper van de wereld is. Na een rondleiding te hebben gehad over de peperplantage heb ik samen met de mensen die op de plantage werken gegeten. Het was fried rice en smaakte prima. Ik hoop dat mijn maag het houdt. Overigens is mij duidelijk gemaakt dat de verschillende pepers die wij in Nederland hebben voornamelijk marketing is. Het zijn allemaal dezelfde pepers, alleen ze ondergaan een verschillend procedé. Vervolgens heb ik een 'vergadering' bijgewoond, Ze hadden veel tijd nodig voor iets wat al snel klip en klaar was. Althans dat vond ik. Klaarblijkelijk waren zij een andere mening toegedaan. Wel bleek al snel daarna dat Kimlay dit weekend niet veel tijd voor mij ging hebben. Er waren wat problemen en die moest hij oplossen. Ik was dus op mijzelf aangewezen. Gelukkig heeft de Duitse eigenaar van de plantage mij afgezet in Kampot, waar ik gelijk een hostel heb gezocht, omdat slapen op de plantage er ook niet in zat. Daar hoefde ik overigens niet rouwig om te zijn, want ik heb de slaapplekken gezien. En geloof me, daar wil jij ook liever niet slapen.
Die middag heb ik Kampot wat bezocht. Een beetje een slapend stadje waar de tijd lijkt stil te hebben gestaan en nog veel koloniale panden te vinden zijn. Verder is de waterkant erg gezellig. Het is vooral een plek om te chillen, wat ik dan ook maar heb gedaan. Ook hier komen steeds meer Chinezen, net als in Phnom Penh. En lijken ze de stad te willen overnemen. En ze bouwen panden die daar niet thuis horen. Als je weet dat het hoogste gebouw in Kampot zo'n 5 verdiepingen hoog is, is het wat vreemd dat midden tussen de prachtige koloniale gebouwen een complex wordt neergezet dat 22 verdiepingen gaat tellen. Ook nog in de wetenschap dat er geen behoefte is aan extra woonruimte. Als de helft waar is wat ik de afgelopen 2 weken heb gehoord over de invloed van de Chinezen in Cambodja en hoe de overheid daar in mee gaat, dan gaat het niet snel heel veel beter worden in Cambodja. Maar laat ik wat ik daarvan vind maar bewaren voor als ik thuis ben. Na het avondeten kwam ik mijn hostel erachter dat mijn powerbank dienst weigerde en dat mijn toestel nog maar 40% stroom had. Dat is niet veel voor nog een nacht en een dag. En dus maar in stealth modus gegaan. Alles uit en af en toe aan. Uiteraard was het thuisfront hiervan op de hoogte. Het hostel was overigens prima. Ik had twee 2-persoonsbedden tot mijn beschikking en een ruime douche. Uiteraard was er airco. En dat voor het astronomische bedrag van $ 15,--. Mocht je een keer toevallig langsgaan in Kampot, dan is Aspara een prima hotelletje.
Geschreven door Marco.goovers.op.reis