We rusten dus heerlijk uit in onze eigen Quinta. De tuinman komt de tuin doen en maakt het zwembad schoon.
Wij besluiten om na twee dagen rust het plaatsje Vilmieiro (waar dit huis bij ligt) te bezoeken.
Onderweg ernaar toe komen we hele kuddes schapen tegen met vogels op hun rug.
Vimieiro zelf valt tegen. Behalve een paar simpele kerken is er niet veel te doen.
We gaan verder naar het volgende dorp. We zoeken ff een terrasje in het plaatsje dat Arraiolos heet. Als we aan komen rijden schittert er op de heuvel een burcht. Geen terrasje, wel een prachtige moderne school. We klimmen naar boven....door de poort zien we een oude kerk.
Eenmaal boven gaan we de wandeling rond de kantelen beginnen. We kijken uit op het moderne gebouw van de school met sportfaciliteiten en een grote ronde open ruimte in het midden. Overal tieners die (net zoals vaak bij ons) opgehaald worden door ouders..Het uitzicht is prachtig. Het kasteel bijzonder.
We zien een cirkelvormige burcht, met een muur met kantelen , een vierkante donjon bevestigd aan de muur, en in het midden van de omheining staat een kerk.
In tegenstelling tot wat gebruikelijk is in de gotische vestingwerken van Alentejo, heeft het kasteel van Arraiolos torentjes met een vierkant in plaats van een halfrond gedeelte.
Het blijkt een Nationaal monument te zijn.
Uiterst tevreden gaan we weer wandelend naar beneden en bezoeken we de plaatselijke Intermarché om nog wat van die heerlijke Portugese kaasjes te kopen.
Morgen gaan we een bezoek brengen aan een deel van de pré-historische monumenten hier in de omgeving. Eerst 'thuis' nog ff zwemmen.
Cees heeft gebeld een juffrouw van de grotten van Escoural om tickets en die hebben we voor morgen half elf gereserveerd.
Het moet met rondleiding. De grot is ontdekt op een middag in april 1963, na een explosie in een marmergroeve. Volgens onze gids is toen per toeval de huidige ingang die nu gebruikt wordt ontdekt. Volgens haar was het ook de plaats waar ceremonies als begrafenissen werden gehouden. Men veronderstelt dat men met een toorts naar binnen ging .
De tekeningen in de grot werden gemaakt met houtskool van verbrande takken of botten en zijn van 10.000 tot 20.000 voor Christus. Het is aan het droge klimaat te danken, waardoor er niet veel water in de grot loopt en de tekeningen aantast, dat ze er nog gedeeltelijk zijn.
De vroegste overblijfselen van menselijke bewoning dateren uit 50.000 jaar voor Christus. De eerste bewoners van de grot kwamen uit groepen Neanderthalers -jagers-verzamelaars, die de grot gebruikten als tijdelijke schuilplaats bij het jagen. Gebaseerd op botten in de grot, jaagden deze groepen op oerossen , herten en paarden . Daarna werd het interieur gebruikt als een begrafenisplaats. De dame die ons privé rondleidde sprak perfect Engels en vertelde veel over de geschiedenis.
Daarna op naar Almendres.
De Cromeleque dos Almendres is een megalithisch monument. Het begin van de bouw is einde van het 6e millennium voor Christus. Het einde van de bouw is begin van het 3e millennium voor Christus.Het is een Nationaal erfgoed en een Nationaal Monument.
De cromlech van Almendres werd in 1964 ontdekt door de onderzoeker Henrique Leonor de Pina. Blijkbaar vertelde een arbeider in het gebied hem dat hij op een plek was geweest waar verschillende van"die stenen" waren.
In feite is de Cromlech van Almendres ongeveer 2000 jaar ouder dan Stonehenge in Engeland. Stonehenge, ook een cromlech, dateert van rond 3000 voor Christus
Het bestaat uit een prehistorische steencirkel ( cromlech ) met 95 stenen monolieten. Het is het belangrijkste megalithische monument in zijn soort op het Iberisch schiereiland. De regio Évora is dicht bedekt met archeologische vindplaatsen , variërend van het vroege Neolithicum (7000 tot 8000 jaar geleden) tot de ijzertijd , met menhirs , dolmens , necropolissen en prehistorische nederzettingen.
Moe keren we richting ons zwembad...heerlijk droog en zonnig weer.
De volgende dag gaan we naar Evora. We parkeren de auto buiten de stadsmuren dicht bij het aquaduct.
Door de poort komen we in het ommuurde deel van deze gezellig aandoende stad. De goed behouden stadsmuren en het aquaduct zijn onderdeel van de bouw van huizen gemaakt. Huizen staan tegen de muren en vormen zo samen een geheel. De hoogte van de bogen van het aquaduct wordt naarmate we het einde daarvan naderen steeds kleiner. Door smalle steegjes wandelen we richting het centrum. We zijn blij dat we hier niet met de auto doorheen hoeven!!!! Het is geen lange wandeling als we in het deel van de stad aankomen waar je alleen te voet mag komen.
Er zijn in tegenstelling tot de andere stadjes veel terrassen en natuurlijk weer heeeel veeel kerken. Wat hebben die Portugezen toch met kerken? En met geloof? Wat googelen levert het volgende op;
De Portugees is blijkbaar ook een trouwe bezoeker van kerken en men viert er veel religieuze feesten.
De katholieke kerk heeft tijdens het tijdperk van ontdekking een grote inspanning geleverd om het christendom in de Nieuwe Wereld te verspreiden en om de inheemse volkeren van Amerika en andere inheemse volkeren met alle mogelijke middelen te bekeren . De evangelische inspanning was een belangrijk onderdeel. Christelijke missies naar de inheemse volkeren gingen hand in hand met de koloniale inspanningen van katholieke naties. In Amerika en andere kolonies in Azië en Afrika werden de meeste missies geleid door religieuze ordes zoals de franciscanen, dominicanen, augustijnen en jezuïeten . In Mexico werd de vroege systematische evangelisatie door bedelmonniken bekend als de "Geestelijke verovering van Mexico". Ook werden er veel kerken gebouwd. In het verleden was het katholicisme zelfs staatsgodsdienst. Niet zo vreemd dus dat er veel kerken staan.
Zo ook in Evora. We lopen door de steegjes en zien in de verte veel kerktorens.
Je merkt onmiddellijk aan de rustige en gezellige sfeer waarom de Portugese koningen zich in de 15e eeuw in deze stad, die dateert uit de Romeinse tijd, kwamen vestigen. Door deze lange geschiedenis én een aantal representatieve gebouwen uit de 16e tot de 18e eeuw die tot op vandaag bewaard zijn gebleven, is Évora door UNESCO erkend als werelderfgoed.
We beginnen met een koffietje op het driehoekige plein Praça do Giraldo.
Daar staat ook het marmeren fontein (marmer uit Estremoz?) met 8 spuiters die verwijzen naar de 8 straten die op dit plein uitkomen.
We bezoeken de belangrijkste bezienswaardigheden: De Romeinse Tempel en thermen, de middeleeuwse stadsmuren, de kathedraal Sé, de Igreja de São Francisco, met de eigenaardige Capela dos Ossos (bottenkapel, waar botten en schedels van 5000 mensen liggen) het plaatselijke museum (met een mooie visie op de monolieten ) en de universiteit.
De thermen zijn verstopt in een stadhuis en wat moeilijk te vinden voor ons. De Romeinse tempel die tegen het einde van de 2e eeuw gebouwd zou zijn is hét visitekaartje van de stad is. Veel van de elegante pilaren, die eindigen in fijn gedecoreerde Korintische kapitelen uit Estremoz-marmer, staan nog overeind.
De Sé van Évora is ook de grootste middeleeuwse kathedraal van Portugal.De toren van de Sé is gemakkelijk te herkennen door haar vreemde vorm, een combinatie van kegelvormige torens die ongebruikelijk zijn in de Portugese architectuur.
We slenteren door de kleine straatjes en ik pas nog een paar schoenen van kurk..ze zitten me niet echt comfortabel. In Portugal maken ze veel van kurk.
Het verhaal van kurk is even natuurlijk als oud. Het heeft beschavingen en eeuwen doorkruist.
Uit duizendjarige verslagen blijkt hoe de isolerende eigenschappen van kurk al eeuwen geleden bekend waren. Een amfoor uit de eerste eeuw voor Christus werd gevonden in Efeze, verzegeld met een kurken stop en nog steeds met wijn erin. In Pompeii, de oude Romeinse stad die werd verwoest door de vulkaan Vesuvius, werden ook wijnamforen gevonden die met kurk waren verzegeld.
Door de geschiedenis heen werd kurk ook gebruikt in voorwerpen als schoenen, boeien en vistuig, maar ook in de woningbouw, zoals de kurk die op de wanden van kloostercellen werd aangebracht.
Toch heeft kurk in geen enkel ander land zo'n belangrijke rol gespeeld als in Portugal. In Portugal is de kurkeik nu zo belangrijk dat niemand ze mag kappen!
Economisch gezien is kurk ook een van de grootste en belangrijkste exportproducten van Portugal. Momenteel heeft Portugal 730 duizend hectare kurkeikenbos (25% van de kurkeiken in de wereld) en is het de belangrijkste wereldproducent van kurk met meer dan 100 duizend ton per jaar .
Kurk is een licht, plantaardig materiaal dat wordt gewonnen uit de schors van de kurkeik ( Quercus suber, of "sobreiro" in het Portugees) in een proces dat 100% duurzaam is en geen schade toebrengt aan de boom waarvan het wordt gewonnen. De kurkeik is de enige boomsoort die kurk duurzaam en met de hoogste kwaliteit kan produceren.
De eerste extractie van de kurk vindt plaats wanneer de boom tussen de 25 en 30 jaar oud is, normaal gesproken tussen de maanden juni en augustus. Vanaf dat moment wordt de kurk om de negen jaar gewonnen.
Kurk wordt overal voor gebruikt. In het vorige hotel werden er zelfs nachtkastjes van gemaakt en muren van gebouwen, sportuitrusting, zoals wedstrijdkajaks, tennis- en cricketballen, skateboards en surfplanken en spaceshuttles . Kurk is zeer licht, maar ondoorlaatbaar voor vloeistoffen en gassen. Het is elastisch en samendrukbaar, een uitstekende isolator, vuurvast en slijtvast. Maar boven alles, is kurk volledig natuurlijk, groeit vanzelf weer aan, en het is zelfs recyclebaar.
Een kurkeik kan 200 jaar oud worden. Vaak zie je kurkeiken met een nummer erop.
Het cijfer, geschreven op een geschilde kurkeik, verwijst naar het jaar waarin de boom van zijn schors werd ontdaan. Bijvoorbeeld "9" verwijst naar "2019".
Dan bezoeken we nog de universiteit van Evora.De universiteit van Évora, de op één na oudste in Portugal, werd in de 16e eeuw gesticht. Ze wedijvert met die van Coimbra.
Veel originele tegelplateaus versieren de klaslokalen. Veel plateaus geven ook aan welke vakken hier onderwezen worden.
We zijn druk bezig geweest. Het is warm en we besluiten lekker te gaan zwemmen in
ons zwembad....de volgende dag hebben we ingeruimd om onze koffers te pakken en orde op zaken te stellen. Daarna gaan we naar het zuiden. We doen dat via de toeristische route.
We vertrekken vroeg vanuit onze quinta. Onze eerste stop is in Outero. De granieten monoliet is 5,6 meter hoog en weegt ongeveer 8 ton. Via een moeilijk te bereiken zandpad komen we er. Er staat niets aangegeven. Gelukkig begrijpt google maps wat we zoeken!!!! Het is al vroeg warm en we rijden door naar Monsaraz.
Als we er bijna zijn rijdt Cees, goed voorbereid, de parkeerplaats op dicht bij het kasteel. Prachtig zoals de contouren van dit ommuurde Middeleeuwse stadje in de zon liggen te schitteren.
Als we de auto parkeren zien we in de verte grote stuwmeren en een lange brug...wat een adembenemend landschap....daar gaan we straks door. Nu eerst Monsaraz in. De poort door en de weg leidt naar het dertiende-eeuwse kasteel, dat jarenlang deel uitmaakte van de grensbeveiliging tegen Spaanse aanvallen. Op de binnenplaats van de burcht vinden regelmatig festviteiten plaats, waaronder stierengevechten. Vanaf de muren van het kasteel heb je een schitterend uitzicht over een met olijven, steeneiken en kurkeiken begroeid landschap en op het Alqueva meer, of zoals de Portugezen het noemen "El Grande Lago". Het meer is het grootse stuwmeer van Europa en het heeft meer dan 4 jaar geduurd voordat het meer zijn definitieve peil bereikt had. (Nu staat het vele meters onder dat peil)
Eerst kijken we onze ogen uit in het stadje. Zelden zulk een mooi stadje gezien. We drinken er nog koffie en vervolgen de route richting het stuwmeer. Even later rijden we over de lange brug die ik steeds op foto's probeerde vast te leggen. Wat een prachtig stuk Portugal. Als we over de brug rijden is er een opstopping. Wat gebeurt er?? Drie platte karren voortgetrokken door 3 paarden met een complete zigeunerfamilie. Op een stapel bagage ligt een jong kind te slapen in de zon. ....ik krijg het niet gauw genoeg op mijn lens!!! Het lijkt wel of we de geschiedenis in gaan.... We kijken nog eens ongelovig achterom. Dan weer verder.....weer een ommuurd kasteel. Deze keer heet het stadje Maurao....en allemaal prachtig en Middeleeuws...
Het wordt te veel dus we kiezen nog een stadje uit voordat we naar ons einddoel gaan. Het wordt Serpa.
Serpa staat bekend om zijn geweldige wijnen en zijn fantastische Serpa kaas.... Als we ook hier weer het ommuurde stadsdeel bereiken en het oude stadsdeel in de zon in wandelen worden we verrast door vrolijk mannen-gezang. Wij erop af. Het blijkt een restaurant te zijn dat ons trekt...wij naar binnen in restaurant Molhó Bico. Dit is typisch Alentejo van de gewelven van het interieur tot en met de decoratie met werken van lokale kunstenaars. Aan lange tafels vol met vrolijke mensen eten ze onder het genot van gezang. Hier schuiven we zonder woorden aan...er is nog een leeg niet gereserveerd tafeltje. We bestellen de DOP Serpa kaas en meloen met ham uit de streek en een glaasje wijn. Dit is genieten van een onverwachte authentieke middagmaal!!! Na een wandeling door het oude centrum een koffietje en nemen de snelweg.
We naderen de Algarve. Een heel ander Portugal met veel Engelstalige borden komen we nu tegen. Grote supermarkten van de Aldi en de Lidl worden aangegeven. Gevolgd door nog grotere toeristencomplexen.
Albufeira wordt gezien als "the place to be"...en die hebben we zoveel mogelijk geprobeerd te omzeilen.
Wij hebben een kleiner bungalowcomplex gevonden op 5 minuten lopen van het strand....Aldeia da Falesia. Het was even zoeken want alles heet in dit stuk Aldeia da Falesia.....wat heel begrijpelijk is als ik de Portugese vertaling opzoek; klifdorp.
We komen op een kleinschalig parkje terecht, auto onder de pijnbomen, achter het hek en een vriendelijke receptie zorgt dat we bungalowtje krijgen bij het zwembad....klein , superschoon en heerlijk uitzicht op pijnbomen en zwembad. Gauw de bagage eruit, spullen in de koelkast en op weg naar het strand.
Het is inderdaad 5 minuten lopen en dan sta je bovenop een klif met uitzicht op de Atlantische oceaan. Wat een prachtig strand en ontzettend mooie kliffen. Ze zijn van okerkleurig tot dieprood.
We gaan lekker in het zand zitten en bekijken al dit moois. De zon zakt en de lucht kleurt dieprood....(Dit doet ons denken aan de zonsondergang van onze nieuwjaarskaart van Cadiz afgelopen jaarwisseling)...We hebben weer geluk met onze plek!!! Ik wacht op de zonsondergang....Een video-oproep van Eline laten we echter niet gaan...Tess gaat morgen zwemmen (voor C met regenjas, opa)....de zon is daarna onder maar er komen vast nog meer mooie zonsondergangen....wij wandelen tevreden terug. Het valt nu op dat hier heel veel diverse soorten restaurants zijn en dat overal Engels gesproken wordt. De supermarkt is op 3 minuten loopafstand, handig voor het water dat hier niet drinkbaar is uit de kraan...we hebben zin in deze nieuwe plek...Deze hebben we gehuurd tot 22 oktober...Daarna gaan we naar het huis waar ook onze (klein)kinderen komen. (FEEST!!) Het volgende verslag zal ik na die gezamenlijke week maken aan de kust in Spanje.
Geschreven door Ceesenhenriettes.reisblog