Route: GR5
Gelopen afstand: 23,7 km.
Totaal gelopen: 437,5 km.
Weer:
Overnachting: N., Zichem (Welcome to my Garden)
En na een heerlijke nacht (in een écht bed!) werd ik mooi op tijd wakker voor een nieuwe dag. De jeugdherberg voorzag me van een heerlijk uitgebreid ontbijt met verse broodjes, allerlei soorten beleg, groente, fruit en sinaasappelsap, en een paar medelogé’s zorgden nog voor een prettig gesprek voor vertrek. Geen greintje last van welk gewricht dan ook, al met al dus een uitstekend begin van de dag!
De jeugdherberg staat midden in het bos dus na vertrek kon direct het grote genieten beginnen. Het begon wat kaal, een naaldbos met brede lanen door duingebied, dus het pad slingerde wat op en neer. Het eerste deel was duidelijk ingericht voor recreatie en werd ook druk gebruikt. Ik heb nog een tijdje staan kletsen met een man die hier iedere dag kwam voor zijn heupoefeningen; helaas bleef hij op een hoge trap achter.
Even verderop werd het een stuk rustiger; ik hoorde enorm veel vogels zingen, ook geluiden die ik nooit eerder had gehoord naast de heerlijk herkenbare specht, en zag nog een ree naar me staren tussen de bomen door. En zelfs toen ik het bos uitkwam ging het genieten door, want toen mocht ik zo’n twee kilometer langs de oevers van de Nete, een prachtig snelstromend riviertje. De vogels bleven maar fluiten, de omgeving naast het pad werd wel flink moerassig maar het wandelpad zelf slingerde heerlijk overal tussendoor.
Ik ging de brug over langs kasteel Merode en liep heel even Westerlo in, waar ik op zondagochtend een open kerk hoopte te treffen. Perfecte timing, ze zaten na te kletsen en vonden het prima even een stempel te zetten. Check, ook weer gelukt! Even verderop langs het pad kwam ik langs (de zoveelste) lourdesgrot, met daaraan hartjes van ‘alle kleuters van juf Lizzy’. Die waren aan sommige mensen echter niet besteed: een man kwam aanfietsen, stopte, stak een kaarsje aan en reed weg zonder boe of bah te zeggen – of zelfs maar op of om te kijken. Ik probeerde me er niet druk om te maken en nam toch maar even pauze nu ik toch een bankje had. De grond was vrij vochtig, dus pauze in de berm leek me niet zo’n handig plan – ik moest nog door bewoond gebied en het was toch handig lichtelijk toonbaar te blijven.
Rustig verder daarna, en ineens leek iedereen vrolijk en vriendelijk. Mensen groetten uit zichzelf, zelfs fietsers en een clubje wielrenners – wat was hier gaande? We waren de Nete overgestoken, was dat de grote Scheidslijn der Vriendelijkheid? Nou ja, ik heb er maar mooi van genoten, want het is geweldig voor het humeur.
Ook heel goed was dat ik nu natuurgebied Averbode binnenliep, een prachtig gebied met heidevelden met dopheide van wel meer dan een meter hoog. Ook veel en grote vennen hier die soms droogvallen en daarom geen vissen bevatten; een paradijs dus voor insecten, heb ik me laten vertellen (het viel mee met de muggen), en bovendien een plek waar veel bijzondere plantjes groeiden.
Dichter bij de abdij gingen we steeds hogere duinen op – of misschien voelden ze alleen maar hoog omdat ik aan pauze toe was. 🙂 Slingerpaadjes, welk pad je precies nam deed er niet toe want overal waren wel weer doorsteekjes in de goede richting. Ik raakte al zwervend de bepijling dan ook al snel kwijt, maar zat inmiddels in toeristengebied, dus het was heel simpel: volg de borden ‘Abdij’.
En dat bleek een prachtig gebouw! Pure barok met van binnen één en al wit en goud, met de mooiste schilderijen. Prachtig, maar wel iets te toeristisch en druk om er echt van te genieten. Nou ja, ik was zelf toerist en had geen recht van spreken, maar groepen rondleidingen komen een rustige sfeer niet écht ten goede. Aan de andere kant is het leuke dan weer dat zulke gebouwen ook de mensen uit de omgeving aantrekken, en ik had dan ook niet verbaasd moeten zijn om op het plein voor de kerk Peter weer te treffen, met wie ik gisteren uitgebreid had staan praten. Hij stelde nog voor om morgen samen wat te eten in Diest; een heel leuk voorstel, maar ik had te weinig zicht op mijn plannen voor die dag en wilde geen haast en druk creëren. Ik ga het echter wel onthouden – dit soort dingen kun je gewoon doen natuurlijk, als alleenwandelaar.
Het was een leuke ontmoeting om op te teren toen ik verder liep, het laatste stukje naar Zichem door de Diemerbroeken. En dát was een feest! Een zogenaamd broekbos, een permanent nat en af en toe plaatselijk overstroomd bos. Het bos deed zijn naam eer aan: blubber, natte grond, af en toe klauteren om nog ongeveer droog te blijven, en wandelen over vlonders op plekken waar er echt geen redden meer aan was. Geweldig! Er stond een omleiding aangegeven ‘voor natte seizoenen’, maar ik waagde het er eerst maar eens op op de normale route, die goed genoeg begaanbaar bleek. Het was prachtig en ik heb genoten.
Het landschap trok wat meer open en na een tijdje zag ik dat ik in de buurt kwam van het spoor, wat betekende dat Zichem met mijn logeeradres van N. niet ver meer was, en inderdaad kwam ik daar vrij snel aan. Ik werd binnengelaten door een dochter en kon mijn tentje in een mooie ruime tuin opzetten. Een grote open schuur met tafel en leunstoelen (en stroom!), een gebouwtje met keukentje en douche – ongelofelijk wat een luxe. Wilde ik de barbecue gebruiken, of de houtkachel? Het was geweldig, maar ik vond het allemaal best. Ik heb een lekker avondmaaltje bij elkaar geprutteld op mijn brandertje, een paar koppen thee gedronken (de waterkoker in de keuken was wel erg handig…) en wat nog wat geschreven en ben toen na een heerlijk warme douche lekker in mijn nieuwe, donzen slaapzak gekropen. Kijken hoe het gaat!
Geschreven door Polderplodder