Vandaag vertrokken vanaf het jeugd-en conferentie centrum uit Chelmno, warvan de Duitse naam Culm is.De oude stad ligt op een heuvel aan de rivier en is nog volledig in tact.De Duitse bezetters hebben in deze streken en in het bijzonder in deze stad genadeloos huisgehouden. In de bossen ligt een massagraf waar 2000 Poolse geestelijken, intellectuelen e.a.door de Gestapo in 1939 zijn vermoord.
Heel Polen is doordrenkt met de naweeën van de tweede wereldoorlog. Op veel plaatsen kom je gedenkstenen tegen met namen en gebeurtenissen die herinneren aan de Duitse overrompeling.
Maar terug naar het nu, na een sobere ochtend maaltijd hebben we in Polen ons laatste traject op de R1 gereden. Inplaats van naar het Noorden gaan wij meer naar het Oosten om vervolgens Litauen binnen te kunnen rijden.We vermijden daarmee de grensovergang met Kaliningrad waarvoor weer een extra visum nodig is, en als zuinige Hollanders hebben we maar een visum.We moeten daardoor wel meer trappen!!.
Vandaag dus zoeken naar weg nummer 16 want die gaat naar het Noordoosten. Een route met af en toe veel verkeer,twee baans en weinig ruimte naast de witte streep. In dorpen zijn dan opeens betegelde fietspaden die na de laatste bushalte opeens ophouden en dan begint het gevaar weer. Klaas fietst met een hel geel vest achter me en probeert zo het verkeer te waarschuwen dat wij mede weggebruikers zijn.
Na een stop,aan het eind van een hele lange energievretende beklimming van een heuvel, kom ik er na een afdaling van 2 kilometer achter dat ik mijn geliefde jasje, tegen de regen, gekocht bij de Aldi, had laten liggen bij de bank van de laatste rustplaats. Nu was ik het die wat vergat, inplaats van Klaas die regelmatig zeg maar zijn spullen moet controleren op aanwezigheid..Maar direct de fiets de andere kant opgestuurd, hijgend terug en geen jasje te bekennen. Een oma en waarschijnlijk een kleinkind zaten dichtbij en ik benaderde ze met de vraag of zij ook een blauw tasje gezien hadden. Hoe doe je dat in het Pools..? Nee zij hadden niets gezien.!!
Gefrustreerd en kwaaig stond ik met Klaas daar een tijdje te kijken, niet wetend wat te doen. Dat jasje was op een of andere manier belangrijk voor me.
Oma en kleinkind waren inmiddels vertrokken en we stonden op het punt weer op de fiets te stappen toen oma en kleinkind de heuvel afdaalden. Oma had iets achter een doek en zij kwam regelrecht op mij af.met aan de hand haar kleinkind. Zonder iets te zeggen gaf zij mij het blauwe regenjasje als pakje en verdween met kind direct achter de eerste flat vlakbij. Dolblij en met gemengde gevoelens vervolgden wij onze fietstocht.
Geschreven door KlaasenHans