Dat je op een strak aangeharkte camping waar elk grassprietje in de juiste richting staat, het toilet zich kennelijk zelf schoonmaakt en elk bloemen- en struikenensemble op de Floriade een triple A status oploopt gebeurt wel iets waar de toon een valse noot slaat. Uur of 11, 2 Soprano’s uitgekeken en als slotakkoord tanden poetsen. Rumoer in de douches. Een klein mannetje, ontbloot bovenlijf, een joggingbroek die inmiddels 3 kringlopen heeft gezien en omhoog gehouden wordt door een enorme buik en onderbuik staat zich heen en weer zwaaiend af te drogen. Katjelam. Ik denk eerst, gezien de drank, aan een Brit of een Ier, na wat tekst (nou ja tekst) een Duitser en dan, waarom weet ik niet, een Pool. Verder niemand in de buurt, dus ik moet maar even assisteren, vind ik. Geen normaal woord mee te wisselen. Na mijn hulp aangeboden te hebben, ik vraag onder meer waar zijn camper is of zijn mobile home van 40 meter getrokken door een Hummer-achtig iets (rijden al die Britten in). Murmel, murmel, onverstaanbaar, loopt de poort uit en ik denk: Daar ben ik mooi vanaf.
Die is minstens 2 dagen kotsziek. Dat had je gedacht. Wat schetst mijn verbazing, ontbijt (baguette en croissants, we zijn wel in Frankrijk he!), loopt het mannetje fris als een hoentje voorbij. Ik weet het zeker een Ier, alleen Ieren kunnen dat. Inmiddels zijn we bij Valenciennes in de buurt. Morgen de dames tegen Kameroen. Winnen!!!!!!
Geschreven door Bouke.blogt