Ontbijt is er in de bar aan de overkant van de straat. In de albergue is een grote kast die tot 14 u op slot gaat, daar gaat mijn kar in met mijn stokken, bij de rugzak van Pierre, vandaag wordt een lightweight dag. Pierre vertrekt om te tekenen, ik ga eerst naar de kathedraal. Het regent, maar het is vlakbij en snel wip ik langs de hoofdingang binnen. Het is een totaal ander concept dan in de meeste kathedralen. In plaats van één grote open ruimte is deze opgedeeld in allemaal afzonderlijke kapellen, wel 23. Slechts twee kapellen bij de hoofdingang zijn vrij toegankelijk voor kerkdiensten, toeristen zijn er niet welkom. Ik ga er binnen en zet me op de laatste rij, er zijn nog 2 mannen, verder niemand. Een zuster met grijs gewaad en blauwe kap komt voorbij. Zoals in de meeste Spaanse kerken is het ook hier rijkelijk met bladgoud versierd. De verschillende heiligen zie je amper staan in al die schittering, die een overweldigend effect heeft. Stiekem maak ik toch een foto. Dan ga ik langs buiten om want voor de rest van de kathedraal moet je toegang betalen ( voor pelgrims halve prijs) en uiteraard krijg ik er een stempel bij in mijn credential. De kapellen hebben ieder een ander karakter en etaleren de enorme rijkdom. Het is al middag wanneer ik buiten kom en ik zie dat het flink heeft geregend, een donkere lucht geeft nog meer van dat aan. Aan de andere oever van de Arlanzón ligt het Museo de la Evolución Humana, mijn volgende stop. In dit ruim open museum is een volledige etage gewijd aan de opgravingen van Atapuerca. Als senior pelgrim mag ik er gratis binnen ( meevallertje). Op het grote glazen dak hoor ik weer de gutsende regen, lekker droog begin ik aan de rondgang. Eerst krijg je een overzicht van de evolutie van de Siërra de Atapuerca en hoe de eerste ontdekkingen gedaan werden met de uitgravingen voor de spoorweg. Het belang van de site is te danken aan het lange gebruik van de grotten door de mens. De oudste vondsten van de Homo antecessor dateren 850.000 jaar oud. Niet alleen de originele vondsten zijn er te zien, ( waar je jammer genoeg geen foto’s mocht maken) maar ook het volledige archeologische proces, het is erg boeiend. Een kwartiertje voor sluiting moet ik de 3 anderen etages nog snel doen, niet zo erg want ik kwam voor Atapuerca. De volgende etage is gewijd aan de biologische evolutie startend bij Darwin. Er staat een gedeeltelijke replica en een miniatuur van de HSM Beagle de boot waarmee de jonge Darwin van 1831 tot 1836 rond de wereld reisde en zijn evolutie theorie neerpende. Daarna volgt de evolutie van de gebruiksvoorwerpen en het brein en tenslotte de ecosystemen. Als laatste gast verlaat ik het museum. Het is half 3, ik heb honger en ga op zoek naar een nieuw onderkomen voor vannacht. In een restaurantje bieden ze churos aan, niet echt eten, maar wel heel lekker. Op Booking.com vind ik een kamer biet ver van de albergue. Het is een automatisch hotel, zonder receptie, met overal toegang met een code. Ik haal mijn kar op en installeer me. Het is er in ieder geval lekker warm. Zonder bagage ga ik weer op pad, deze keer naar het Cartuja de Miraflores, 4 km buiten de stad. Zo zonder bagage wandelt het erg vlot. De weg volgt de alternatieve route langs de Arlanzón, door het lang gerekte park. Vlak voor ik in het klooster aankom begint het weer te regenen, ik rep me naar binnen. In het klooster leven monniken nog steeds een verborgen leven. Met een klein boekje als gids mag je binnen. Het is ongelofelijk hoe een klein klooster toch zoveel kunstschatten bezit. Boven de ingang van de kerk prijkt het wapenschild van Koning Juan II van het koninkrijk Castillië en Leon. Voor het altaar prijkt het mausoleum waarin hij en zijn 2 de echtgenote Isabella begraven liggen. Aan de zijwand hangt een Vlaams triptiek uit de 2 de helft van de 15e eeuw. Het is niet het enige Vlaamse werk, er is ook een glasraam met de graflegging van Jezus, van Niclaes Rombouts gesigneerd Claes Romb. Uit het klooster werden veel werken geconfisqueerd met daaronder nog een Vlaams werk dat in vijf delen verspreid over de wereld terecht kwam. Eén daarvan bevindt zich in Antwerpen in het museum Mayer van den Berg. Dit waren drie hoogtepunten in Burgos, er zijn er nog meer, maar mijn dag was meer dan vol. In de stad zie ik Pierre weer en ik bestel in een bar enkele pincho’s om de dag lekker af te sluiten. Een douche in een warme badkamer ( in de albergue was het koud) doet deugd.
Geschreven door Vera.op.pelgrimstocht