Het lijkt een mooie dag te gaan worden, maar ik trek voor alle zekerheid een lange broek aan, een hemd, gympen en een lang shirt. Ondanks de blauwe lucht krijgen we toch een paar spetters onderweg, maar we rijden gewoon door de bergen in. Via Gata de Gorgos rijden we eerst naar Xalo, daar is een rommelmarkt langs de rivier en het is best leuk om te kijken wat men allemaal te koop durft aan te bieden. Soms zitten er prachtige stukken tussen, maar ook plastic poppen zonder armen worden hier nog verhandeld. Het stikt hier op de markt van de Nederlanders, maar dat is altijd zo. Ze staan hier ook met kramen met boeken of sierraden of ze proberen hier leuke dingen te scoren voor hun tweede huis in Spanje.
Wanneer we de markt helemaal gehad hebben steken we over om een broodje met koffie te bestellen. Na de eerste slok koffie heb ik twijfels, maar daarna weet ik het zeker; deze koffie is wel heel erg slap. Ik loop ermee naar binnen en probeer het uit te leggen.
'U wilt zelf café Americano, die zit altijd in zo'n grote kop.'
Ik ben verbaasd en probeer nog eens te vertellen dat de bonen waarschijnlijk op zijn.
'Tja, als u sterke koffie wilt...'
'Het moet nog wel naar koffie smaken, ja', antwoord ik.
Ze neemt mijn kopje aan en loopt ermee naar de bar, dan komt ze terug om te vertellen dat ik weer aan tafel moet gaan zitten. Ik weet wel dat ze nu misschien in mijn koffie gaan tuffen, maar zo'n slappe bak drink ik echt niet op. Even later komt de nieuwe koffie en die smaakt prima, met of zonder tuf.
We rijden door naar Murla. Dit gebied staat bekend om de vele muggen (wielrenners), maar ook om de vele verkeersdrempels merken we al snel. In Benigembla stoppen we even voor een kop café solo én voor de vele muurschilderingen. Zodra we stoppen, kleed ik me eerst om in de auto. Mijn winteroutfit moet toch weer plaats maken voor een zomerjurkje en sandalen. We lopen een rondje door het dorp en langs de picknickplaats en komen dan weer bij het café uit. De koffie smaakt goed en we vermaken ons met de brutale mussen, die aan het tafeltje naast ons de pinda's van de tafel pikken. Daarna lopen we nog langs de muurschilderingen die op de gevels langs de doorgaande weg te zien zijn.
Na deze pauze vervolgen we onze weg richting Castell de Castells en vandaar naar Famorca, Facheca, Tollos en Beniaia via de cv 713. Er zijn hier hellingen van wel 12-13%, dus de fietsers moeten flink doortrappen. Langs de weg bloeien de klaprozen uitbundig, geflankeerd door een soort gele margrieten. Je wordt er helemaal vrolijk van.
We slaan nu rechtsaf naar de cv 712 en rijden door Vall de Ebo. De zwartgeblakerde bomen zijn de stille getuigen van de ernstige bosbranden die hier zijn geweest en veel bomen zijn inmiddels gekapt. Ze liggen op stapels langs de weg, tussen de rode en gele bloemen.
We komen langs Cova del Rul, maar die grot hebben we al eens gezien en het is nu juist lekker om buiten te zijn. In dit gebied groeit veel venkel, die geel bloeit.
We houden nu richting Pego aan en hier voert juist de gele brem weer de boventoon. Het is leuk om te zien hoe dit per gebied wisselt.
Wanneer we thuis zijn proberen we eerst de appeltaart die ik gisteren gebakken heb. Het resultaat valt reuze mee, maar er had iets meer suiker in het deeg gekund. Ik heb nog appels over, dus misschien probeer ik het nog een keer.
In het zonnetje bij het zwembad lezen we nog wat, maar wel met de parasol erbij anders is het wel erg warm.
Om zes uur kijken we naar de sprintrace, die dramatisch is. De regen komt met bakken uit de lucht en de coureurs zien helemaal niets. Na twee ronden achter de safety car wordt de race uitgesteld. Ze proberen het later nog een keer en nu gaat het beter. Voor LeClerc maakt dat niet meer uit; die heeft zijn auto vóór de race al in de muur geparkeerd. Kimi Antonelli kan niet op tegen de ervaren coureurs achter hem, wanneer hij later ook nog aangereden wordt door Verstappen wordt hem ook voor hem een uiterst teleurstellende race. Schouders eronder en op naar de volgende uitdaging.
Vanavond eten we varkensvlees. Ik heb het eergisteren al gemaakt van cebaza de cerdo, wat 'varkenshoofd' betekent. Ik vertaal het liever als varkenswangen, dat klinkt lekkerder. Ik heb ze goed gekruid met peper, zout, uienpoeder, paprikapoeder, kaneel, tijm en oregano. Na het aanbraden (in de roomboter) heb ik ze in een ovenschaal gedaan. In de resterende boter heb ik twee grof gesnipperde uien gebakken met een beetje suiker en wat balsamico, dat ging daarna bij het vlees in de schaal. Een klein restje paprika, wat gedroogde pruimen, een scheutje wijn en water erbij en toen een uur (of anderhalf uur) in de oven op 140 graden. Het resultaat mag er wezen. Ik neem vanavond de helft van het varkensvlees, meng het met een beetje tomatensaus en serveer het met orzo en een salade. De salade bestaat uit krulsla, granaatappelpitten, gedroogde tomaat en zachte witte kaas. Met twee gaspitjes, een mini oven, een koekenpan en een steelpan kun je toch een heel eind komen :).
Om half negen lopen we naar Arena om even naar de live muziek te luisteren. Het is niet zo leuk als donderdag, want vandaag speelt er een ander trio en die zingen Engelstalige muziek (The Beatles, Roy Orbison, Bob Dylan). Jan vindt dit beter dan die Spaanse 'rommel', maar toch hebben we het na één drankje wel weer gezien.
Thuis zoeken we de (gemeenschappelijke) veranda weer op, om daar naar de kwalificatie van de F1 te kijken. De buurman (de mensen van het telefoonverhaal) komt bij ons staan voor een praatje. Hij vertelt dat hij geen F1 meer kijkt nu er geen echte Duitsers meer meerijden. Hij roemt de tijd van Michael Schumacher, maar hij vindt Verstappen ook heel goed. Voorzichtig vraagt hij of wij handig zijn met de tablet, want hij heeft een probleempje. Hij heeft een programma gedeactiveerd en krijgt hem niet meer aan de praat. Nu kan hij maandag geen voetballen kijken. We beloven er morgen naar te kijken.
Na de kwalificatie gaan we naar bed en morgen zien we wel weer verder.
Geschreven door Hazenreizen