Na het ontbijt vertrekken we naar Rayagada ( 160 km) en bezoeken onderweg een aantal dorpen van de Kondh-stam.
In het eerste dorp vlakbij de weg zijn de huizen met zware planken opgebouwd en met leem bewerkt. Ieder woongebied wordt door meerdere generaties bewoond met een eigen stuk grond. Bij een huwelijk gaat het meisje inwonen bij de schoonouders. Meestal is de markt de plek waar men elkaar ontmoet en verdere afspraken maakt. Zij kiest haar partner en mag scheiden en hertrouwen. De grond buiten het dorp, voor de landbouw, is van de overheid en wordt door de bewoners gebruikt zonder pachtbetaling. Er wordt rijst, linzen, groenten, pompoenen en tumeric (geelpoederkruid voor de keuken) verbouwd. We zien ook een pluimplant die gedroogd geschikt is als huisbezem. Alle producten worden via de streekmarkten verkocht.
We komen een vrouw tegen met tattoos op haar gezicht. Kenmerkend van de Kondh. Badal maakt een praatje en wij mogen een foto van haar nemen.
We lopen langs de dorpsschool en kijken daar even rond. Een foto maken en laten zien is altijd leuk. Op de muur bij de school hangen twee educatieve afbeeldingen over hygiëne en composteren en hergebruik van producten. Dit soort beelden zie je overal in de dorpen.
Verderop lopen we langs een huis waar een man zit bij een huis met een fles palmwijn. Hij koopt wat palmwijn bij de huizen voor eigen gebruik in de middag.
Het vocht van de palmboom wordt bovenin de boom afgetapt in een stenen kruik die regelmatig wordt geleegd. De warmte zorgt voor de alcohol die tot 90% kan oplopen. De oogst is nu voorbij en er is nu even een rustige tijd voordat in het regenseizoen weer een nieuwe aanplant start.
De Kondh is de grootste stamgroep hier in Orisha. De getatoëerde gezichten zijn de uiterlijke kenmerken. De Kondh staat van oudsher bekend als een volk van jagers, bergbewoners, beheerders van grote stukken vruchtbare grond en levend van wat er groeit in de natuur. Vroeger animistisch, nu zijn de meesten hindoe of christen.
Na een tijdje stoppen we bij een Shivatempel bij de rivier tussen de rotsen: De Jaleswara Tempel. We steken via een smal bruggetje de rivier over. Er zitten veel grote vissen in de rivier. Bij de tempel mag niet worden gevist, maar wel worden gevoerd: heilig water. Venkai schept er wat uit en drinkt ervan. Het is een prachtige locatie. Rustig en vredig met aardige mensen.
We kijken verder op de route bij wat tenten langs de weg waar nomaden uit Rajasthan verblijven en werken. Zij trekken rond en smeden onderweg ijzeren gereedschap zoals messen en bijlen. Gloeiend heet vuur erbij met een vrouw aan de blaasbalg om het vuur goed heet te houden.
Onderweg lunchen we in een eenvoudig wegrestaurantje met de plaatselijke thali. We zien verder op de route katoenteelt en eucalyptusbomen voor de papierindustrie. We stoppen nog even bij velden met tabaksplanten en de drogerijen van het blad onder een stodak. De tabak is voor de dunne Indiaase sigaretjes.('beedi's').
De eigenaar van de tabaksdrogerij zit hoog in een tamarindeboom om de vruchten te plukken en naar beneden te gooien. Deze vruchten worden verkocht op de markt.
We arriveren rond 4 uur in hotel Sai International, buiten het centrum van Rayagada. Een wat oud maar degelijk hotel. Rond 6 uur gaan we met Venkai nog even naar het centrum. Bij een koffietentje in de winkelstraat ontmoeten we een groep jonge medewerkers van een NGO, een organisatie voor dorpsontwikkeling (landbouw, gezondheid, techniek, onderwijs, etc.). Zij doen de planning en organisatie. We hebben een leuk en informatief gesprek over hun werk in deze streek. En natuurlijk de onvermijdelijke fotosessie. We eten in het hotel een heerlijke chicken tandoori en een curry massala met naanbrood. Morgen blijven we in deze omgeving om wat dorpen en markten te bezoeken.
Geschreven door MarenP19.op.reis