Na aankomst in Bangkok staat de touringcar klaar voor de transfer naar het hotel waar we de eerste drie nachten doorbrengen. Bangkok, oftewel de ’Stad der Engelen’, zoals de Thaise bevolking haar hoofdstad ook wel noemt, is rijk aan historische en culturele bezienswaardigheden. Hier ontmoeten moderne, westerse invloeden en oosterse mystiek elkaar. Wolkenkrabbers en tempels bepalen het fascinerende decor van deze bruisende metropool.
Het leuke is dat we deze dag zoon Nick en zijn verloofde Amber nog gaan zien. Zij hebben vandaag hun laatste dag in Bangkok.
Als we in het hotel aankomen, laten we onze bagage dan ook op de kamer en nemen dadelijk een taxi richting Bangkok centrum. Een rit van 40 minuten voor 3,5Euro! Op de hoek van de Rambutri staan de recent verloofden ons op te wachten. In een zeer gezellig restaurant word er druk bijgepraat. Hun eerste reis door Azië smaakt naar meer. Nick en en ik nemen een brandende kip....zeer lekker. Daarna nog even door de druk bevolkte straten, winkeltjes, restaurants en barretjes, ze doen allemaal hun uiterste best om de mensen te lokken. Tegen 21u30 moeten de jongelui hun koffers gaan pakken en slenteren wij nog wat verder. Zeer gezellig , hier voelen we ons op onze plaats. Zeker met nog een afzakkertje bik Madame Musur. Gin tonic aan 3,5 Euro. Onze rondreis kan beginnen.
Vroeger woonden vrijwel alle Thai aan de rivieren. Het woord klong betekent dan ook ‘weg’ in de taal van de Mon, een etnische minderheid in Thailand. Langs de eeuwenoude kanalen bouwden veel mensen hun huizen van oudsher op vlotten. Ook paalwoningen gaven makkelijk toegang tot het kanaal om te kunnen wassen, baden en voor drinkwater, terwijl etenswaren per boot aan de deur werden bezorgd, vers uit het kanaal gevist of bij de drijvende markt gehaald.
Ook traditionele festivals vinden dikwijls hun oorsprong in de aanwezigheid van klongs en rivieren, zoals het Loy Krathongfestival tijdens volle maan in november. In deze maand staat het rivierwater hoog aan de oevers en danken de Thai de rivier en zijn heilige geesten omdat ze het hele jaar voor voedsel hebben gezorgd. Pas in 1862 kreeg Bangkok de eerste straat op het droge, voor die tijd ging al het transport via de rivier en de kanalen. Na 1950 werd een groot deel van de kanalen dichtgegooid om plaats te maken voor auto’s en werden huizen niet meer op palen gebouwd.
Koningsschepen
Er was lange tijd geen brug over de drukke Chao Phrayarivier, Bangkoks levenslijn die de stad verdeelt in het drukke gedeelte aan de rechteroever, en Thonburi aan de overzijde. In dit veel rustiger stadsdeel is het traditionele karakter beter bewaard en nog steeds steken veel inwoners per boot de rivier over. Er is ook nog altijd een uitgestrekt netwerk van kanalen dat tot ver buiten Bangkok reikt. Ze voeren naar allerlei interessante plekken als drijvende markten, orchideeënkwekerijen en doerianplantages en reiken zelfs helemaal tot Ayutthaya, de vroegere hoofdstad van het oude koninkrijk. De longtailboot, een lange, smalle motorboot, is een belangrijke schakel in het stadsvervoer, maar leent zich ook voor een toeristische tocht. De Chao Phrayarivier is een goed vertrekpunt.
Aan het beroemdste kanaal, de klong Bangkok Noi in het stadsdeel Thonburi, ligt het indrukwekkende museum van de Royal Barges, waar acht van de vijftig koninklijke schepen te zien zijn. In de zestiende eeuw waren er duizenden koningsschepen, maar door de tand des tijds en de oorlog met Japan zijn de meeste verloren gegaan. Omdat de overgebleven boten nu in staat van verval verkeren worden ze alleen maar met speciale gelegenheden te water gelaten.
Hongerige monstertjes
Het landschap van de klong Bangkok Noi is er een van houten huizen, waar mensen, vriendelijk groetend, uit ramen met bloempotten hangen of op steigers zitten. Omdat het dagelijks leven zich voor een groot deel afspeelt rond het water, zeker in de vroege ochtend en in de schemering, is de achterkant van het huis, dat uitkijkt op het water, het belangrijkste deel van de woning. Ook de kanalen buiten de Bangkok Noi zijn interessant om te zien. Ze zijn veelal erg nauw met teakhouten paalwoningen, eetwarenstalletjes, winkeltjes en tempels met aan de waterkant mediterende en rustende monniken. De oevers lenen zich ook voor drukke gesprekken, vissen voeren of vangen en voor simpelweg rustig naar de voorbijkomende boten kijken, van kleine kano’s tot grote rijstsloepen. Vanaf de bruggen springen jongens in het diepe, mannen staan zich aan de kant te wassen. Verkopers prijzen miesoep, vis en gegrild vlees aan vanuit hun boot, of frisdrank, souvenirs en Singha, het lokale bier. In sommige kanalen kun je meervallen voeren: enorme vissen die als hongerige monstertjes uit het water omhoog springen. Of je ziet klongduikers, die de bodem afzoeken naar schatten uit lang vervlogen tijden. Ze halen emmers vol drek naar boven, die ze met blote handen doorwerken op zoek naar voorwerpen van vroeger, zoals munten. Kom je op straat dus een verkoper tegen met modderige spullen, dan heb je grote kans dat ze uit de klong komen.
Na de relaxte tocht over de kanalen word je op de Chao Phrayarivier weer geconfronteerd met de drukte van de duizelingwekkende stad. Naast de rivier, die het water voor de klongs aanvoert, staat Wat Arun, een tempel die als een imposante religieuze heer uitkijkt en waakt over de rivier. Klauter je via de witte mozaïekachtige stenen omhoog, dan kijk je uit over het labyrint van wateren en begrijp je waarom Bangkok de bijnaam ‘Venetië van het Oosten’ draagt.
https://www.youtube.com/watch?v=sTx9w377EPg Geschreven door RobertB