Hola,
Wij zijn in stad Puno, hier hebben we terug wifi. Ik probeer mijn achterstand met verslagjes iets in te halen.
Eergisteren zijn we opgestaan in Arequipa. We waren nog de ganse voormiddag vrij in deze mooie stad.
We hebben de kathedraal bezocht, op zaterdagochtend was die vrij te bezoeken. Een grote en mooie binnenruimte.
Daarna zijn we naar een rooftopterras gegaan, grenzend aan de Plaza de Armas. Wat hadden we hier een mooi uitzicht over het plein, de kathedraal en de vulkanen rond de stad. Meer dan een uur genoten we onder een parasol. We zagen een betoging op het plein van het zorgpersoneel van het plaatselijke ziekenhuis. Een paar honderd mensen in blauwe ziekenhuis tenues scandeerden eisen en uiten hun verontwaardiging. Ook in Nazca waren we getuige van een protestactie. Hier was het tegen de corruptie en voor meer rechtvaardigheid. Volgens onze reisleider is betogen iets wat hier heel veel voorkomt. De volgende plaats die wij bezochten was een supermarkt waar we wat inkopen deden. Opmerkelijk hoeveel zaken we hier zien die wij niet kennen en hoe ordelijk alles gestapeld is in de rekken. Je durft bijna niets weg nemen uit schrik de orde te verbreken.
Na nog een broodje gegeten te hebben op de trappen van de kathedraal spoeden we ons terug naar het hotel. Om 13 u vertrekt de bus richting Chivay, aan het begin van de Colca Canyon.
Het verkeer is zeer druk in de buitenwijken van Arequipa. Nu zien we dat ook hier de stad omgeven is door uitgebreide sloppenwijken.
Na 30 km begint de weg te stijgen. We genieten van de uitzichten.
Op een hoogte van ongeveer 4000 m stoppen we voor het drinken van een Inka thee. Deze thee bevat naast coca bladeren nog een reeks andere kruiden en helpt tegen de hoogteziekte. In de buurt zien we een lama- en alpacaboerderij. Enkele kindjes poseren graag voor een fooi. Het is zonnig, maar fris hier hoog in de bergen.
We reizen verder. We zien ongelooflijke landschappen, vicunas (een wild hertachtig dier met zeer kostbare wol).
Op het hoogste punt van de pas (4910 m - zo hoog raak je niet in West-Europa) wordt niet gestopt. Dit om de kans op hoogteziekte te minimaliseren. Het wordt 18 u en snel donker als we naar Chivay afdalen. In de verte en veel lager zien we de lichtjes van de stad. We moeten echter nog een extra pauze inlassen. Naud geeft veel last van de hoogteziekte en moet overgeven. Een deel van de smurrie komt op de gids terecht. De reisleider vertelt dat er op elke Djoserreis naar Peru minimum een persoon erg last heeft van de ziekte. Daarnaast heeft Laurens een aanval van een vliegend buikprobleem. Hij vlucht de bus uit en hurkt ergens in de donkerte. Uiteindelijk belanden we rond 19 in ons hotel. Chivay is een stad met 7000 inwoners op 3600 m hoogte. Hier zijn de nachten koud (meestal onder het vriespunt) maar overdag brandt de zon en wordt het zeker 25 graden. In het hotel is er geen chauffage en is het dus koud. We tellen 4 dekens op ons bed. Er wordt gevraagd 's avonds te douchen. s' Morgens kunnen de leidingen bevroren zijn en is en soms geen water.
Tot het volgende verslag.
Geschreven door AenPopreis