Na het vertrek van Richard en Frieda blijven we maar lekker een weekje liggen aan de kade; wat klussen, wat wassen, wat chillen en wat lezen. De tijd vliegt voorbij!
En dan is het alweer de dertiende mei. Els wordt op de kade afgeleverd door de taxichauffeur. Het is al rond half negen.
Els verwachtte wél dat de rode loper voor haar uit zou liggen en met een rood deurmatje voor de passerelle kunnen we aan haar wens voldoen. We vinden nog een fles bubbels, overgebleven van mijn verjaardag. De kurk maakt nog nét geen gat in de Bimini. Voor wie denkt: Wie is Els dan? Els was een halve eeuw geleden mijn klasgenootje en “spijbelmaatje” op de HAVO in Apeldoorn. We beleefden samen de “legendarische tijden” die zo bij het scholierenbestaan horen en verloren elkaar vervolgens uit het oog. Na 49 jaar vonden wij elkaar bij toeval terug op Facebook.
Els heeft ook zeilervaring op IJsselmeer, Noordzee en Friese meren, dus die kun je er wel bij hebben.
Na een dagje bijkomen en shoppen vertrekken we richting Nidri, waar we bij taverna Ola Kala gaan eten in het gezelschap van onze vriend John.
De volgende stop is de Abelikebaai op Meganisi, waar we ankeren achter de “Nota Bene” van Jonno, (Jonathan) een Britse solozeiler, die we al enige jaren kennen via Louis en Mirjam. De meisjes ondernemen een wandeling naar het dorpje (klein)Vathi, achter gindse heuvel, maar ik blijf liever even in de buurt van Keros in verband met de wat spannende windverwachting. Ik breng hen met de bijboot naar de wat wrakke steiger van de Mina’s taverna en ga daarna, met een oogje op Keros bij Jonno aan boord de huidige (bedroevende) politieke situatie in ons beider landen doornemen onder het genot van een Mythosbiertje. Er zijn ook drijvende mancaves.
Via Kalamos, waar George’s Taverna inmiddels wél geopend is zeilen we door naar Atokos, waar we deze keer in One House Bay ankeren, met een kudde wilde zwijnen op het strand! Els geniet met volle teugen en wij ook! Ook hier weer: geen lichtvervuiling, dus een aardedonkere nacht op die duizenden sterren na.
Zeilend door naar (groot)Vathi op het eiland Ithaka. Het is nog rustig als we aankomen, maar in de loop van de middag loopt de kade helemaal vol met achterwaarts geankerde jachten. In Vathi blijven we twee nachten. Hier openbaart zich een nieuw probleem: de pomp van het electrische toilet pompt niet meer naar behoren; dat is écht wel letterlijk shit! Gelukkig liggen we pal tegenover een gelegenheid om te douchen, waar je ook van het toilet gebruik kunt maken.
Voor de wind zeilen we langs de oostkust van Ithaka met een mooi gangetje noordwaarts. Op de noordpunt van het eiland ontdekken we een grote baai met mooie strandjes, waar we nog niet eerder waren, Ormos Afales; toch maar eens verkennen.
Voor een strandje laten we het anker zakken, maar de boot wordt bij het ingraven van het anker met een zodanige kracht afgestopt dat we weten dat er iets niet goed zit. Normaal heeft een anker een paar meter achteruit varen nodig om zich in te graven, maar dit gebeurt echt met een klap, die de boeg wel 10 centimeter omlaag trekt. Het ankerbeslag komt zelfs omhoog van de boeg. Foute boel in water van 10 meter diep, zo helder dat je de rotsblokken kan zien grijnzen. Het anker ligt in het zand, maar de ketting heeft zich rond een paar rotsblokken vastgewerkt. Dat gebeurt niet vaak.
Goede raad is - zoals altijd- duur! We zien ons genoodzaakt om een duikteam in te schakelen. Gelukkig ligt Fiskardo op het volgende eiland Kefalonia maar een paar mijl verderop en we weten dat daar een duikschool zit. Met een snelle RIB meldt de duikploeg zich binnen een uur. De ankerplek is prachtig, maar je wilt er ook wel weer eens weg.
De Franse divemaster slaagt erin om met behulp van opdrijvende luchtzakken de ketting los te borduren van de rotsen en wij kunnen, na het voldoen van de gepeperde rekening, onze weg naar Fiskardo vervolgen. Ja, zeilen blijft toch de allerduurste manier om voor niks van A naar B te komen….
Eenmaal in de haven van Fiskardo vinden wij nog nét een plekje, prominent voor de terrassen. Een unicum, zo laat in de middag! Fiskardo wordt ook wel het Griekse Saint Tropez genoemd. In het seizoen is er rond de middag vaak al geen ligplaats meer te vinden. Iedereen wil er “gezien worden”.
We slenteren wat door het stadje en ondertussen monteer ik een revisiesetje in de toiletpomp, dat ik uit voorzorg ooit gekocht heb. Hierna doet ie het zowaar helemaal niet meer. De plaatselijke chandler heeft zowaar een complete motor van het juiste type in het schap liggen, dus die wordt geconfisceerd. Voorlopig behelpen we ons nog maar met emmer en horecatoiletten. Er moet meer gedemonteerd worden dan de motor alleen om erbij te komen.
Van Fiskardo zeilen we tussen Kefalonia en Ithaka door naar het zuiden met een lopend half windje. De gennaker gaat omhoog; die moesten we ook nog eens aan Els showen, natuurlijk. Na een heerlijke tocht, waarbij de wind stevig aanwakkert, komen wij in Eufimia aan, op de oostkust van Kefalonia. Achterwaarts aanleggen met forse zijwind is altijd weer een hachelijke onderneming, maar we slagen erin om redelijk elegant aan de kade te geraken. We gaan maar eens lekker uit eten; het is voor Els alweer de laatste dag aan boord. We huren op het ons bekende adres een auto, waarmee we Els de volgende dag naar het vliegtuig brengen, na nog een kort bezoekje met koffiestop aan de hoofdstad Argostoli, omdat het vliegtuig vertraging heeft. Hier spotten we gelukkig nog een paar careta-careta’s (zeeschildpadden) langs de kade. Helaas blijft ook deze reis voor ons dolfijnloos.
Maar het was een heerlijke reis met ons drietjes.
De reactie van Els:
Lieve Paul en Marijke.
Wat heb ik het fijn gehad! 10 dagen mocht ik zomaar meevaren. En hoe! Een warm welkom met een soort van geimproviseerde loper was het begin van een verblijf bij jullie op de prachtige boot. Ik voelde me direct op mijn gemak en dat is ook zo gebleven. Na 50 jaar geen contact hadden we wel het een en ander bij te kletsen. Hadden we elkaar nog wel wat te vertellen? Klikte het nog wel? En zou ik ook goed overweg kunnen met Marijke? 10 dagen lang hebben we gepraat, gelachen, gegeten , gedronken en heel veel gezeild. En ja, het klikte en ik heb me geen moment ongemakkelijk gevoeld. Zelfs niet toen we pleeproblemen kregen, of toen we vast zaten met het anker. Alles ervaarde ik als onderdeel van dit leuke avontuur. Griekenland met de vriendelijke, gastvrije bevolking was een extra cadeautje. Onze zeiltochten waren elke keer weer anders. Zelfs een keer met ruime wind gezeild met de gen- aker. Prachtig. Elk eiland dat we aandeden was weer verrassend anders. Genoten en nog eens genoten. En dat allemaal dankzij jullie! Nu, een weekje later weer mopperen over het slechte weer in Nederland natuurlijk. Ik hoop jullie gauw weer te zien en dan houden we een Griekse avond! Ik wens jullie nog een fijne terugreis.
Op de terugweg van Argostoli komen we in Sami bij een nautisch museum terecht. Dat moet bezocht worden, natuurlijk.
Een gepensioneerde Griekse zeeman heeft hier in 24 jaar tijd een enorme collectie van scheepsmodellen opgebouwd. Allemaal van hout en zelfgebouwd. Schepen van ver voor onze jaartelling zoals triremes en galeien tot galjoten en klippers uit recenter eeuwen. Zelfs een schaalmodel van de Titanic ontbreekt niet! Een prachtige collectie!
Eenmaal terug in Eufimia monteer ik de nieuwe pleepomp, die het inderdaad even doet, maar daarna zwijgt terwijl er wél spanning op de kabels staat. Hier houdt mijn -toch al gebrekkige- kennis van elektriek het voor gezien. De havenmeester trommelt een monteur op met de hier gebruikelijke naam Gerasimos, die drie uur nodig heeft om de zaak met zijn speciaalgereedschap te fiksen. Oorzaak: een gedeeltelijk gebroken voedingskabel tussen instrumentenpaneel en verbruiker. De multimeter geeft inderdaad keurig 13.5 Volt aan, maar zodra je de 18 Ampère van die pomp aan die kabel hangt geeft ie het op. (Dit in Jip en Janneketaal uitgelegd) Een verse kabel lost het probleem op.
Conclusie: We hebben een nieuwe werkende toiletpomp en een oude met een revisiesetje erin, die vermoedelijk ook nog operationeel is met een ongebroken voedingskabel. Voor dit soort zaken van hygiëne is het altijd goed om een back up te hebben. Gelukkig is Els wel wat gewend op het gebied van hygiëne; zij woonde en werkte 35 jaar in diverse Afrikaanse landen.
Geen omgeving voor mensen met smetvrees of anderssoortige fobieën. Maar hoe dan ook: dit soort storingen wil je geen enkele gast aandoen.
Van Eufimia zeilen wij met winden uit wisselende richtingen oostwaarts om de zuidkaap van Ithaka heen. In de Idyllische Pera Pighadi baai liggen al diverse jachten geankerd, dus zeilen wij door naar de Ormos Kaminia, die helemaal verlaten op ons ligt te wachten. Aan het strand is in de laatste weken sinds wij er met Richard en Frieda lagen inmiddels een complete beach bar naar Caraïbisch model verrezen; het seizoen is duidelijk aan het beginnen.
Na een stukje zwemmen roeien we met de bijboot naar de wal en geven we ons over aan “the beach life” met een biertje en een Aperol Spritz, zoals het heurt in vakantieland.
Na een rustige nacht steken we over naar het vasteland. We vinden alweer een verlaten baai, de Ormos Marathias. Bij het strand staan alleen een paar kampeerbusjes.
Vanaf deze baai is het maar drie mijl naar het plaatsje Astakos. Ook hier weer sterke zijwind, die aan het anker en de meerlijnen rukt.
Aan de oostzijde van het eiland Kastos vinden we na een kalme oversteek van zo’n 11 mijl een beschut plekje in een prachtig baaitje net iets ten noorden van het hoofdplaatsje, dat luistert naar dezelfde naam. Hier gaan we zwemmen, snorkelen, wat wandelen en we varen met het bijbootje naar het plaatsje voor een late lunch. We blijven twee nachten liggen in dit paradijsje; en o ja, er lopen ook geiten rond, dus we zorgen ervoor dat we met onze landlijnen niet weer in een geitenrodeo verzeild raken; laag houden is het devies! Al wandelend ontmoeten we ook nog een overstekende landschildpad.
We zijn nu alweer in Nidri, waar de camper gestald staat. We rijden deze tot in de buurt van de steiger en de gebruikelijke verhuizing kan weer een aanvang nemen.
De huurder van onze woning in Renkum berichtte ons dat hij een woning heeft gekocht; hij gaat per 26 juni het huis uit. Omdat wij al langer het plan hadden om weer in ons huis te gaan wonen, besluiten we om de maanden juli en augustus, als het in Griekenland sowieso te heet en te druk is, te gebruiken om ons weer in onze woning te installeren.
In september en oktober gaan we weer terug naar Griekenland om al zeilend te genieten van het rustiger en minder hete naseizoen.
Geschreven door Paulenmarijkeoppad