Zoals (gelukkig) gebruikelijk hebben we uitstekend geslapen. We zijn heel tevreden over de Froli’s onder onze matrassen.
We gaan straks kijken of de camper wil starten, nadat ik gisteren de lampen heb laten branden.
Na de koffie zet Theo hun camper naarst de onze. De startkabels heb ik al gepakt, de camper is van de blokken af.
Puur op de gok start ik de motor. Hij slaat direct aan! De kabels kunnen dus weer opgeborgen worden. We waren startklaar, dus we gaan naar de volgende CP, aan de andere kant van dit ‘uitsteeksel’. De Peloponnesos heeft drie ‘vingers’, die naar het zuiden wijzen. We zaten aan de westkant van de eerste ‘vinger’ en gaan nu naar de oostkant.
Het is bij een klein haventje, naast een verlaten camping, die te koop staat. We verkennen het terrein even. Jammer dat hier de voorzieningen die een camperaar nodig heeft niet intact gelaten zijn. Desnoods tegen een kleine bijdrage. De ligging is prachtig, met een groot eigen strand. Is er geen Nederlander die deze camping nieuw leven wil inblazen, en mee wil doen aan ‘Ik Vertrek?”.
Met Nellie en Sophia lopen we langs het haventje, en via een strandje naar een fiets-vriendelijk hotel. Via de weg weer terug.
We komen langs een bakkertje, waar we morgen wel even brood kunnen gaan halen. Terug bij de camper gaan we lezen.
Er komt een Duitser langs met een grote Mercedes Truck, met een camper opbouw.
Rond half zeven gaan we in restaurant Rio wat eten. Sophia en ik nemen pizza nummer 13, Nellie een aubergine schotel, en Theo een varkensspies met patat en tzatziki.
De koffie met kersenbonbon nemen we bij de camper. We hadden de stoelen al opgeborgen, maar we hebben ze weer tevoorschijn gehaald. Met een vest is het buiten nog goed te doen. Nellie leest, ik schrijf. Theo en Sophia doen iets op hun telefoon.
Morgen gaan we naar een camping in Kalamata.
Geschreven door Jan.en.nellie.zijn.onderweg