Rivier en land noemt de route... van beide zie je genoeg is de toeristische info. Mochten er geen wegenwerken zijn naast de rivier... dus dan maar door het land de wegomlegging volgen.
We komen eerst aan kasteel Wijenburg. Dit is al bijna vijf eeuwen in bezit van de familie Van Wijhe. Bij het kasteel staat een koetshuis met een vierkante toren, de voormalige verdedigingstoren. Dit is het laatste restant van de laatmiddeleeuwse voorburcht. Onder Jasper van Wijhe, de achtste heer van Echteld, krijgt het kasteel zijn huidige vorm. Het was echter even zoeken naar het kasteel. Het lag verdoken tussen het groen.
De Willem Alexanderbrug is een mega brug over de Waal waar naast de autosnelweg een aangename fietsweg lag.
Fruitboomgaarden zijn er ook meer dan genoeg. Kilometers perenbomen.
De fruitige mascotte Flipje van de stad Tiel mocht niet ontbreken. Flipje was ooit het logo van de jamfabriek in de Betuwe. Toen de fabriek in 1993 sloot, was Flipje al zover ingeburgerd in de Betuwe dat het nu hét boegbeeld van de streek is.
Na Flipje komen we aan de Waterpoort.
In de Middeleeuwen was het Plein nog de haven van Tiel. In 1647 werd de haven drooggelegd. Het Plein dat daardoor ontstond, werd afgesloten met een nieuwe poort: de Waterpoort.
Op de plek waar nu de Sint Maartenskerk staat heeft in de 10e eeuw al een voorganger gestaan. Maar toen Tiel een stad van aanzien werd en er veel handel werd gedreven, werd in de Hanzetijd de kerk flink aangepakt. In 1431 kreeg de kerk een toren, maar doordat het fundament onvoldoende was werd hij al snel weer afgebroken en vervangen door een nieuwe toren met een hoge houten spits. Eind 17e eeuw raakt de kerk in verval, in de 18e eeuw doen de resten van het koor zelfs dienst als paardenstal. Ook de bevrijding in 1945 richt ernstige schade aan. Na een grondige renovatie in 1964 staat de Sint Maartenskerk er nu weer in volle glorie.
Ergens langs de omleiding komen we verdoken in het struikgewas een standbeeld van een roeier tegen . Het is een "Waalcrosser".
In de winter van 1944-1945 voeren deze mensen De Waal over. Zo konden ze contact hebben met de geallieerden in bevrijd gebied.
We nemen de overzet naar de Wijk bij Duurstede. Hier is het tijd voor een ijsje. We eten dit op met uitzicht op een oude (kaas)weegschaal.
Verder zien we het kasteel van Duurstede. In 1270 liet Zweder van Abcoude op de plek waar het oude plaatsje Dorestad gelegen had het eerste bakstenen bouwsel verrijzen. Dat was de donjon; een verdedigbare woontoren. Hij gaf het de naam Duurstede.
In het midden van de 15e eeuw ging de heerschappij van de Van Abcoudes over op de bisschop van Utrecht. David, een bastaardzoon van Philips de Goede, werd tot de nieuwe bisschop van Utrecht benoemd. Maar hij kon niet in Utrecht zelf terecht, omdat daar de door het volk gekozen Gijsbrecht van Brederode als bisschop resideerde. David vestigde zich daarom op Duurstede. Hij vond de enkele donjontoren te pover en liet in de kortste keren het hele eiland uitbouwen tot een kasteel, met de oorspronkelijk vierkante toren in het midden.
Daarna komen we aan een Molen Rijn en Lek. Deze unieke molen is gebouwd midden op een stadspoort. De korenmolen Rijn en Lek is oorspronkelijk in 1659-1660 gebouwd. Al heel lang is de molen als korenmolen met twee koppelmaalstenen ingericht.
Deze heerlijke zomerse zonnige dag sluiten we af met een vleesje op de BBQ.
Geschreven door Zomervakantie2022JDM