Udaipur, Eklingji, Kumbhalgarh, Ranakpur en slapen in een koninklijk paleis in Chanoud

India, Chanoud

13-11
Na een ontbijt op het dakterras van Kankarwa Haveli (een haveli is een oud huis) en wat geslapen te hebben hebben we een tuk tuk naar het Raj Bagh restaurant bij het Ram Pratap Hotel genomen. Daar ontmoetten we Sam die ons deze middag mee zou nemen naar de door hem opgezette jeugdcentra op het platteland rondom Udaipur. Dit zijn een soort van naschoolse opvangprojecten waar kinderen van 5 tot 15 jaar verschillende 'lessen' krijgen. Het onderwijs is hier vaak zo ingericht dag slechts een paar kinderen er echt wat van opsteken. De rest gaat jaren naar school maar leert daar niks. Sam probeert met zijn project de kinderen een basis te geven. Zo moeten ze elke dag leren hoe om te gaan met andere mensen/kinderen, schoonmaken en opruimen, huiswerk maken, tanden poetsen, handen wassen en meer van dat soort voor ons laagdrempelige dingen. Maar in India o zo belangrijk als het onderwijs ze dit niet leert. Ook thuis krijgen ze vaak weinig of geen opvoeding of les.

Bij het eerste centrum zitten er buiten een vijftal jongens te spelen. Het is een soort van snookeren op een dambord. Als ze een damschijf in de pocket schieten, moeten ze een vraag beantwoorden die op 1 van de kaarten staat. Het zijn veelal rekensommetjes. 3-3=.....
De kinderen hebben er lol in en verwelkomen ons met een een ingetogen "namaskar" wat hetzelfde betekent als 'namasté' oftewel 'goedendag'. Er is een bibliotheekje waar kinderboeken in zowel Hindi als Engels staan. In de huiswerkklas is een grote Mickey Mouse op de muur getekend. De kinderen worden door Sam bij elkaar geroepen en we gaan ze 'les' geven. Waar we vandaan komen, wat ons lievelingseten is, etc.. Sam speelt voor tolk voor de kinderen die het nog niet (helemaal) begrijpen en stelt ons als 'teachers' spelenderwijs vragen om dingen te verduidelijken aan de kinderen. Een jongetje begint ondertussen hard te hoesten. Hij heeft dit al een paar dagen en het klinkt alsof hij astmstische bronchitis heeft. Marlie geeft Sam wat tips wat ze daar aan kunnen doen en als het lukt geven welke Sam morgen een potje Vicks om de luchtwegen van het jongetje weer even te openen.

Na dit bezoek reden we naar het tweede centrum. Dit leek meer een school. De kinderen waren uitgelaten en wilden op de klassenfoto. Erg leuk! De kinderen klommen op ons om op de foto te komen en moesten hard lachen om het resultaat. Ik ga de foto's aan Sam mailen zodat hij ze hier op kan hangen.

Op de terugweg reden we met de spartaanse Mahindra jeep door de velden op zoek naar panters. Die worden hier blijkbaar regelmatig gezien door de bewoners. We maakten een tussenstop bij een van de begeleiders van Sam waar we een voor deze streek taditionele maaltijd kregen. Vanuit daar zou de man ons terugbrengen naar huis, omdat Sam met zijn jeep (met grote draaicirkel) niet in de smalle straatjes kon komen. Hij had een grote tuk tuk waar zijn hele gezin in pastte waarmee hij ons door de smalle straatjes manoeuvreerde om ons netjes bij onze haveli af te zetten.

Op het dakterras dronken we nog een paar pinten met uitzicht op het meer met daarin het hotel waar James Bond (Roger Moore) verbleef in de film Octopussy.

14-11
Deze ochtend zijn we, nadat we een luxe kamer kregen, naar het City Palace van Udaipur gelopen. Een immense drukte bij de ingang was het gevolg van de vakantie die Indiërs nu hebben vanwege Diwali. Het was zeker mooi van binnen maar de grote toeristenmassa zorgde er voor dat we het na 1,5uur voor gezien hielden. Bij het restaurant tegenover de ingang konden we lekker op het terras genieten van westerse kost en Australisch bier ;). Daar bleken we al gauw een attractie voor de nieuwsgierige Indiërs. Onopvallend probeerden ze stuk voor stuk foto's van ons te maken. De ene door een selfie met ons op de achtergrond, de andere 'onopvallend' door de camera te richten op de terrasdeuren (?!) van het restaurant. En zo gauw je laat merken dat je ze door hebt en glimlacht, maken ze het gebaar: "joe-mie-piktsjur?". Welja joh, kom er maar bij staan. Oma erbij, baby met kakbroek op schoot, het ene zusje, dan het andere zusje erbij, de homofiele broer erbij. Kijk maar joh... wat maakt ons het uit. Effe lachen, 3 woorden halfbakken Engels en daar kwam de volgende al weer aangestiefeld. De structuur van de rij leek zelfs beter te worden dan die bij de Phyton in de Efteling. Tot er zo'n 20 Indiërs om ons heen stonden en de ober het beu was. Hij stuurde ze weg zodat wij ons inmiddels bijna 27 keer omgestoten biertje op konden drinken. En dan te bedenken dat dit gewoon een toeristische plek is. Dat wordt nog wat als we straks verder naar het westen van India trekken. Dan kunnen we misschien beter een week bijboeken, omdat we onze tijd alleen maar sls fotomodel door hebben gebracht. Ach ja.... we vinden het wel grappig en lachen er telkens hard om.

In de middag zijn we wat door de stad gaan struinen. De voorraad zilver is weer aangevuld met wat sieraden en op het dakterras van een hotel, vlakbij dat van ons, hebben we van de zonsondergang genoten.

Morgen vertrekken we om 5uur naar Eklingji om daar het ochtendgebed in een Shivatempel mee te maken dus 's avonds lekker in het hotel gebleven en de tassen alvast ingepakt.

15-11
4.15u. Tuut Tuut Tuut... De wekker! Lalsingh, onze chauffeur voor de komende 9 dgn., stond om 5uur al buiten op ons te wachten, vergezeld door Anoup, de gids die ons wegwijs zou maken bij de Shiva Tempel en de gebruiken tijdens de aarti (het Hindoeïstisch gebed tijdens de ochtendceremonie). Met een ingepakt ontbijt konden we de richting de Eklingji tempel vertrekken.

Voor deze dienst togen Hindoes vanuit heel India op pelgrimstocht naar de tempel om daar het ochtendgebed te doen, donaties te geven en het beeld van de heilige koe hun wensen in te fluisteren. Aan de buitenkant zie je niet dat deze tempel binnen de muren meer dan 100 kleine tempels bevat. Elke tempel bevat een beeld van één van de Hindoeïstische goden. Udaipur en omgeving staan bekend om het witte marmer dus de beelden zijn van wit of zwart marmer gemaakt. Bij verschillende tempels staan mensen te bidden. Nog geen zonlicht te bekennen, want die komt pas rond 6.30u op.

Hindoes gaan meestal voor zonsopgang naar deze plek. Dan eten ze niet van tevoren. Dit, om met een zo'n zuiver mogelijk lichaam te gaan bidden. Het lichaam staat dan nl.nog in nachtmodus. De bloeddruk is laag, de bloedsuikerspiegel is laag en door blootvoets te tempel in te gaan stroomt de positieve energie van de heilige grond en van het gebed beter je lichaam in. Ze raken voordat ze de tempel in gaan al even de grond aan om positieve energie op te nemen. Voordat het gebed begint wordt er zo'n 3 minuten met flinke bellen geklingeld. Dit geluid zorgt er voor dat insecten van je lichaam af gaan. Zo wordt je dus nog reiner. De positieve energie wordt ook doorgegeven wanneer men een ander aanraakt. Ook koeien geven positieve energie af volgens hen. Elke dag een koe knuffelen geeft je dus energie! Ik zie al reclames op TV: "Knuffel elke dag even een koe, en positieve energie will come to you!".

Na het gebed en alle uitleg zijn we doorgereden naar het fort van Kumbhalgarh. Dat ligt zo'n 80 km van Udaipur. Het fort stamt uit het tijdperk van de Rajputs.
Rana Kumbha bouwde dit fort op 1.100 meter hoogte en het was het op 1 na belangrijkste fort voor Mewar waar de heersers zich terugtrokken bij naderend gevaar. Slechts 1 keer is het fort veroverd door een gezamenlijk leger van Marwar, Amer en Mughal keizer Akbar maar dat hield slechts 2 dagen stand. Na een flinke klim naar boven heb je een schitterend uitzicht over de bergen die tot aan Udaipur lopen.

Hierna zijn we naar de Jain tempels in Ranakpur gereden. Helaas waren we daar om 11.00uur en de tempels gaan voor toeristen pas om 12.00uur open. Mensen die het Jain heloof hebben mogen wel gewoon naar binnen voor 12.00uur. We zijn dus meteen doorgereden naar het Chanoud Garh Hotel in Chanoud. In dit koninklijke paleis slapen we 2 nachten.

Er zijn slechts 7 kamers in dit hotel. En wat is het gaaaaaf! Bij binnenkomst worden we verwelkomd met de bekende bloemenkrans en krijgen we vochtige handdoekjes aangeboden. Onze tassen worden door een van de jonge stafleden, netjes gekleed in legergroene kleding, naar ons kamer gebracht. Onze kamer, onze kamer.... Onze duplexkamer! Als we de trap oplopen, hebben de links een lees-/relaxkamer met gratis minibar. In het kanteel staat een laag opiumtafeltje omringd door kussens op de grond. Na een trapje kom je in een hal, voorzien van afbeeldingen van vroeger. Een verdieping hoger is aan de linkerkant onze slaapkamer met een bed van 7 bij 14 meter. Ook hier is in het kanteel een zitje gemaakt. Aan de rechterkant van het trappenhuis is de badkamer met een grote douche en alle verdere gemakken. Hier houden we het wel weer even uit! Niet normaal.

India kent vele koninklijke families. De Marahadja is de koning en de Marahani de koningin van een stad of streek. Na de onafhankelijkheid van het Britse rijk in 1947 werd er een democratie ingevoerd in India en werden de Marahadja's afgezet. In ruil daarvoor werden ze wel uitgenodigd om zich als politicus op te werpen voor de stad of streek waar ze al gevestigd waren. De Indiaase overheid dacht op deze manier wat makkelijker de democratie te kunnen invoeren. In een land met 27 deelstaten, die allemaal verschillend zijn en andere gebruiken en (sub)culturen kennen is het toch immers de koning die het beste zijn eigen volk kent? Sommigen Marahadja's stemden dus vrijwillig in maar anderen zeer zeker niet. Zoals bijvoorbeeld de Marahadja van het huidige Kashmir. Deze islamitische Marahadja wilde geen afstand doen van zijn status als koning en bevocht de democratie. Ook nu is Kashmir nog een onrustige deelstaat in India. Het ligt in het noorden tegen Pakistan aan wat vroeger deel uitmaakte van India. Indiërs noemden dit islamitisch India, terwijl de Pakistani Kashmir niet erkennen als Indiaase staat. Er vliegen nog steeds dagelijks straaljagers om de grenzen te bewaken in die regio.

De families die vandaag de dag afstammen van de Marahajda's zijn welgestelde mensen uit een hogere kaste en vaak nog steeda politiek betrokken bij de samenleving. Deze Singh familie heeft het paleis vanuit de familie gekregen. De opa van de familie was de Marahadja van deze regio. Zijn zoon (vader van de huidge familie dus en nu 75 jaar oud) kreeg 2 zonen en 2 dochters. Zij gingen na hun studie naar grote steden, zoals Mumbai, om te werken in de reclamebusiness, de bouwwereld en de kledingindustrie. Helaas zagen de kinderen het paleis in verval raken en wilden dit niet verloren laten gaan aan de tand des tijds. Ze besloten om allemaal hun baan op te zeggen, terug te komen naar dit dorp van 7000 inwoners en het paleis als hotel in te gaan richten.

Moeder treedt niet op de voorgrond en stuurt de jongens in de keuken aan. Daar wordt enkel gewerkt met verse producten van eigen grond. Zij geeft kooklessen aan gasten. Vader is gepensioneerd na zijn baan als dierenarts en een politieke carrière. Hij komt zo af en toe even kijken en showt de dieren die hij opvoedt, zoals een golden retriever, een Deense dog, een Duitse herder, pauwen, een schilpad, en ga zo maar door. Een wijs en sociaal man die zijn tijd vooruit was. In het dorp geniet hij nog steeds veel aanzien. Soms komen er dorpsbewoners aan de poort die even binnen willen kijken. Zij mogen altijd binnen en na een vriendelijke, respectvolle begroeting wisselen ze wat woorden. Hij kent ook veel mensen. Zijn volgende 'project' wordt om dorpsbewoners met medische problemen 4 keer per jaar tijdens een meerdaags kamp in het hotel te laten onderzoeken. De artsen die ingevlogen worden, krijgen gratis verblijf in het hotel. Mooi initiatief!

De oudste zoon, Jairaj, runt het hotel en zit ook in de politiek. Hij heeft een succesvolle carrière in de reclamewereld gehad maar kon zijn familiebanden en - geachiedenis niet verloren laten gaan en bedacgt het hotelconcept. Zijn vrouw helpt in de keuken mee en verzorgt hun kinderen. Zij studeerde in Engeland aan een universiteit en is ook goed op de hoogte van wat er in deze wereld speelt. De zus van Jairaj helpt ook mee en zorgt voor de winkel met traditionele kleding. De jongste zoon van 32 verzorgt jeepsafari's, dorpswandelingen en is burgemeester van een dorp even verderop. Hij is meer degene die naar buiten toe optreedt en, misschien door zijn leeftijd, de tradities wat meer loslaat. Hij begeeft zich het liefste tussen de dorpsbewoners.

Samen runnen ze dus dit hotel. Een omgekeerde wereld, want ook tijdens het eten helpen ze, naast hun personeel, zelf in de bediening. Uitleg over het eten, uitleg over de producten en zelfs over de Indiaase wijn!

Na een overheerlijke lunch kunnen we even relaxen. Eind van de middag gaan we per Mahindra jeep het landgoed van de familie op. We blijken, buiten de oudste zoon als gids, maar met drieën te gaan. Sally, een meisje uit Engeland, verblijft hier maar even omdat zij hotels moet bezoeken voor de reisorganisatie waar ze voor werkt. De oudste zoon legt uit dat de familie de bewoners van het dorp betrekt bij hun activiteiten. Hij kent bijna iedereen persoonlijk en maakt tijdens de rit met de mensen een praatje. Herders, soms wel 150km van huis met hun kudde, spreken hem aan zodat ze zijn telefoonnummer hebben voor als er eens een keer wat mis zou zijn op het landgoed. Foto's maken mag als we ze maar laten zien aan de mensen. Morgen tijdens de dorpswandelingen zal iedereen op de foto willen zegt hij. Bij thuiskomst sturen de gasten de foto's per e-mail of post toe aan het hotel en zij geven andere gasten weer de gelegenheid om deze uit te delen tijdens andere dorpswandelingen. Wij maken die morgenochtend. Op die manier krijgen de bewoners gratis 'familiefoto's', aangezien ze allemaal wel een mobiele telefoon met camera hebben maar een echte camera te duur is. Daarbij ontstaat er op deze manier interactie tussen de bewoners en de toeristen.

We begroeten de mensen met "Namasté" of "Ram ram" (dat betekent hetzelfde maar is het dialect van hier), waardoor ze meteen denken: "Die mensen spreken onze taal en zijn te vertrouwen". Dat schept een band tussen de bewoners en de 'gasten van de familie'. De mensen zelf zijn hier niet bezig met toerisme omdat ze zelf voldoende werk hebben.De familie heeft een hoop grond van het landgoed aan boeren in bruikleen gegeven. Op die manier kunnen zij de vruchtbare grond benutten voor hun gewassen en vee.

Aangekomen bij de zoutvlakte gaan Marlie en ik uit de jeep om een stukje te lopen. 20 minuten later schuiven we aan bij de high tea. Vouwstoeltjes, ondergaande zon, cupcakes en koffie/thee.... soms hoeft een mooie belevenis helemaal niet zo moeilijk te zijn :).

In de avond hebben we op het dakterras wederom heerlijk gegeten met de nodige Gin Tonics om vervolgens tevreden het megabed in te duiken.

16-11
Na het ontbijt zijn we de dorpswandeling gaan maken. En was dit in Alipura al leuk, hier was het echt een belevenis. Het idee van het uitdelen van foto's werkte echt goed. Je zou denken; na een aantal jaren heeft iedereen in het dorp dat trucje wel door. Maar de mensen zijn echt (nog steeds) nieuwsgierig naar ons, naar de foto's en onze uiterlijke kenmerken. Massatoersime bestaat hier niet gelukkig. In het dorp zelf heeft de tijd stil gestaan. Met financiële steun van de overheid en de familie is er nu in 90% van de huizen een fatsoenlijke badkamer. De huizen zijn inderdaad schoon en opgeruimd. Mensen lopen in schone kleren en er heerst echt samenhorigheid tussen de bewoners. Je merkt dat ze voor de familie erg veel respect hebben Ondanks onze vrolijke "Ram ram" blijven de meeste mannen na een ingetogen "ram ram" en diepe knik (met de handen tegen elkaar aan) wachten tot hij het gesprek opent. Respectvolle omgaan met elkaar staat hier hoog in het vaandel.

We bezoeken een bewoner met een kruidenierswinkeltje in zijn huis. Hij heeft ook een grote verzameling van buitenlands geld. Je kunt het opsturen naar het hotel en zij zorgen er voor dat het aankomt. Thuis maar eens kijken wat ik nog heb liggen. De meeste ondernemers hebben kleine winkeltjes en werken op ambachtelijke wijze aan hun producten. Pottenbakkers, schoenmakers, electriciëns en kleermakers. Een van de kleermakers in het dorp wordt door een Engelse man uit onze groep gevraagd of hij een overhemd op maat kan laten maken. De kleermaker durft er niet goed aan te beginnen, bang dat de Engelsman de kleur of het model niet mooi vindt en hij met een overhemd op maat blijft zitten. De Engelsman zou het sowieso afnemen maar dat bood de kleermaker blijkbaar toch onvoldoende zekerheid. Dit zou immers de eerste (!!) toerist worden waar hij kleding voor moest maken. De jongste zoon moet lachen en praat vrolijk verder met de kleermaker. Er wordt afgesproken dat als de Engelsman zelf stof vindt, hij die af kan geven om er dezelfde middag nog een overhemd van te laten maken. Kijk, dat is nog eens service! Even verderop komen we langs de plaatselijke BOP. De BOP? Jazeker, de BejaardenOntmoetingsPlek. Hier komen de oude mannen, zonder tanden, bij elkaar om te bidden, te praten, bidi's (sigaretten van bladeren en tabak) te roken. We wonen het gebed bij. Er wordt een soort drumstel in de vorm van een koelkast aangezet en de bellen worden geluid. Na het gebed bieden de mannen een offer van Shiva aan aan ons. Een wit drapje en witte snoepjes. Woppa, laten glijden maar in die keel. En het smaakte nog goed ook. Daarna nog even een bidi met een dove oude man gerookt. Als jullie thuis de foto's bekijken, zul je zien dat hij echt de pretletter van de dorp was. Flink hijsend aan de witte Marlboro die ik hem aangeboden heb, hoest hij de longen uit zijn lijf. En ondertussen lacht hij maar door.

De wandeltocht liep wat uit doordat de groep wat groter was en er met elk toestel zo'n 300 foto's van kinderen en andere bewoners geknipt moesten worden. De mensen zijn oprecht nieusgierig, komen kijken en proberen met behulp van de zoon met ons te communiceren. Met ons liep een gepensioneerde onderwijzer uit het dorp mee. Ook hij geniet veel respect van de mensen. Hij is de enige in het dorp die nog Sanskriet kan spreken en schrijven. Deze kennis gaat verloren, omdat niemand het wil leren. Engels is de taal van nu, dus dat moet onderwezen worden volgens de overheid.

Na de lunch hebben we weinig actiefs meer gedaan. Boekje lezen, drankje drinken en 's avonds met Moti en Mauree uit Tel Aviv gegeten. Een gepensioneerd stel uit Israël waar je wel mee kon lachen.

17-11
Na de lunch was het helaas tijd om het hotel te verlaten. Chanoud Garh Hotel: Een echte aanrader om een paar dagen in luxe te verblijven na al het stadsgeweld. Rajastan bevalt goed! We gaan nu met de auto naar Jodphur. Een rit van zo'n 2 uur. Vanuit daar waarschijnlijk de volgende update voor jullie!

Groetjes,

Paul en Marlie

Geschreven door

Al 3 reacties bij dit reisverslag

Hoi Paul en Marlie. Alles verloopt nog steeds voorspoedig en jullie genieten nog steeds van al het nieuws dat op je afkomt. Geniet ervan en tot het volgende verslag.

Kees 2015-11-17 13:51:59

Leuk en interessant om te lezen, zeker met de achtergrondinformatie! Veel plezier nog!

Charlotte 2015-11-17 13:55:22

Kom maar gauw terug, dan kunnen we weer naar de Bar bar

Ram ram 2015-11-17 19:30:24
 

Over deze reis
Aantal reisverslagen:
GPS afstand deze dag:
GPS afstand totaal:
Aantal foto's:
Laatste verslag:
Reisduur:
Reisperiode:

Of schrijf je reisverhalen via de app

Met de Pindat App kun je offline reisverhalen schrijven en foto's toevoegen. Zodra je weer internet hebt kun je jouw verslagen uploaden. Ook via de app plaats je gratis onbeperkt foto's.



Klik op 1 van onderstaande knoppen om de app te installeren.