El Puerto de Santa Maria, een plaatsje tegenover Cadiz. Het is alweer 5 jaar geleden dat we hier voor het laatst waren. Het wordt zonnig weer de komende week, dus wij blijven. En er is hier genoeg te doen. Strand op loopafstand, fietsmogleijkheden en leuke steden om te bezoeken.
De 1e dag is het 27 graden en ☀️☀️, een heerlijke stranddag.
De dag erna maken we een fietstocht van 54 km over 2 Via Verdes naar San Fernando. Een deel gaat door een natuurpark de ander is iets minder goed onderhouden maar het leuke tapastentje waar we uitkomen maakt het weer goed. Inmiddels is het flink gaan waaien, blij dat we terug wind mee hebben. Ook de twee dagen erna staat er een flinke wind, wel zonnig en 26 graden. Wij mopperen niet en onze was is in no time droog. Vrijdag is de wind een stuk afgenomen, een prima dag om naar Jerez de la Frontera te fietsen. Een wat avontuurlijke weg over grotendeels grindpaden. We bezoeken hier het Alcázar, een van oorsprong Moors bouwwerk dat in de eeuwen erna is verbouwd met eigentijdse invloeden. Daarna vinden we weer een oergezellig en heérlijk tapas tentje die vol met spanjaarden zit.
Zaterdag nemen we de veerboot naar Cadiz. Geen rustig zeetje, de boot gaat aardig tekeer. Fijn dat we geen last van zeeziekte hebben 😉. In Cadiz starten we met een begeleide rondwandeling. Erg leuk, zo horen we wat meer over deze oeroude stad. Feniciërs stichtten de stad in 1100 VC. Daarna is deze stad door Carthagers, Romeinen en Moren bezet. Ieder liet zijn sporen in de stad achter. Na de ontdekking van Zuid en Midden Amerika beleefde de stad een bloeitijd.
We horen diverse leuke weetjes. De bouwstenen van huizen en muren bestaan voor een groot deel uit schelpen en zand. Dat zie je pas als je erop gaat letten. Op hoeken van de oude smalle straatjes staan oude kanonnen die Napoleon achterliet na een aanval op Cadiz die hij niet kon winnen. De kanonnen beschermen de hoeken van de huizen. Grappig is ook dat de straten in de oude stad zijn gemaakt van keien die zeilschepen mee terugnamen uit Amerika om het schip ballast te geven.
Daarna bezoeken we het Museum. Bijzonder hier zijn de 2 gave sarcofagen uit de Fenicische tijd. De man gevonden in 1878 en de vrouw 100 jaar later. Je vraagt je af wat hier nog meer onder de stad ligt?
Als het tijd wordt om terug te gaan valt er af en toe een buitje. Gelukkig hebben we onze regenjasjes meegenomen. De boot vaart ook niet meer, te harde wind. Dus nemen we de bus terug.
Zondag schijnt de zon weer. Vandaag een opruim en poetsdag, morgen beginnen we aan de terugreis.
Geschreven door Jacqueline-en-joops.made