Vanmorgen liep onze wekker al af om 6.15 uur! We hadden immers afgesproken met onze loop/brommer-vrienden uit Holsbeek die niet zo heel ver hiervandaan ook op vakantie zijn. We planden een dagtripje waarbij we elkaar na een uurtje rijden konden ontmoeten. Dat uurtje werd voor ons algauw een rit van anderhalf uur. We hadden de uiterst bochtige klim over de Col de Murs enigszins onderschat.
Eerst trokken we naar het dorpje Roussillon in de Luberon. Dat staat bekend voor zijn "Sentier des ocres". Een wandelpad tussen rotsen die een felrode/oranje kleur hebben. Dit gesteente werd vroeger gebruikt als kleurstof. De prachtige tinten van de rotsformaties contrasteren mooi met de groene omgeving en de staalblauwe lucht. Ja, het was hier ook vandaag weer mooi weer!
Na de wandeling door dit natuurfenomeen kuierden we nog even door het dorpje Roussillon. Dit is erg toeristisch, zeker vandaag op 'le quatorze juillet' waren er heel wat bezoekers.
We lieten de drukte al snel achter ons en reden naar onze 2de bestemming: de abdij van Sénanque, nabij Gordes. Dat mooie dorpje ligt op een heuvel en zou één van de mooiste van de streek zijn. Maar we vreesden dat het er vandaag ook erg dichtbevolkt zou zijn, dus komt het op ons to do-lijstje voor een volgend bezoek aan de Provence. We reden dus door naar de abdij in de vallei. Voor we die bezochten, picknickten we eerst samen onder de bomen bij de parking.
Sénanque is een cisterciënzerklooster en die liggen altijd afgelegen. Dat is geen toeval, het ligt zelfs aan de basis van de orde die in de elfde eeuw is opgericht. De orde was een reactie op de Benedictijnse kloosters die door hun succes zich steeds minder richtten op hun geestelijke taken. De cisterciënzers wezen alle luxe en welvaart af en leefden zoveel mogelijk in afzondering. Maar ook deze orde kende een stijgend aantal volgelingen met als gevolg dat de oorspronkelijke regels steeds minder strikt nageleefd werden. Door allerlei conflicten raakte de abdij in verval en in 1969 vertrokken de laatste 5 monniken omdat ze het gebouw niet meer konden onderhouden. Het complex werd verhuurd en stukje bij beetje gerestaureerd. Het kreeg een herbestemming als "cultureel centrum" waar o.a. concerten gegeven werden. In 1988 namen er weer monniken hun intrek en die wonen/werken/bidden er vandaag nog steeds.
Een deel van het klooster is voor het publiek toegankelijk. Met een tablet konden we in de mooi gerestaureerde gebouwen rondlopen en kregen we heel veel nuttige info over het leven van de kloosterlingen vroeger en nu. Rondom de abdij liggen er nu lavendelvelden wat mooie beelden oplevert. Na dit bezoek namen we afscheid van Els, Alain en Marthe en snakten we weer naar wat water... Neen, geen regen zoals in België maar naar een frisse duik in het zwembadwater!
PS: Sinds gisteren hebben we een "rammeltje" aan onze bus. Bij ons vertrek naar Voisin-la-Romaine gisteren, hoorden we een luide knal toen we achteruit de oprit afreden. We schrokken ons rot en dachten aan een klapband ofz. Maar de bus stond nog steeds mooi op zijn 4 banden. Onderweg hoorden we soms wel een vreemd geluid als we over een oneffen wegdek reden. Bij nader onderzoek bleek de stabilisatorstang afgebroken te zijn. Volgens Bart's VW shop hoeft dit geen probleem te zijn om terug thuis te geraken. Voorlopig lossen we het op met een "trekbandje"... Lang leve de eenvoudige techniek!
Geschreven door Zuid-Frankrijk2020