Relaxed opgestaan en ontbeten. Vandaag ook geen lange kilometers. We starten om 08:00 en nemen de makkelijke weg. Die bergen komen morgen wel. We lopen zo’n 4 km en zien langs de snelweg waar we moeten oversteken een file staan. Als we aan de overkant lopen ligt er een grote vrachtwagen op zijn kant over de weg en blokkeerde het wandelpad. Aan de andere kant tegen de vangrail staat een sportwagen BMW. We hadden wel een flinke knal gehoord, maar niet geassocieerd met een ongeluk. Toen we nog dichterbij kwamen was de vrachtwagenchauffeur al uit zijn cabine en een vrouw was al naar de bestuurder van de BMW gelopen. Gelukkig was hij aanspreekbaar, maar zat waarschijnlijk bekneld. Nu we geen eerste hulp hoefden te bieden zijn we om de vrachtwagen heen gelopen. Dan kon nog net. De politie was al onderweg en zou de weg afsluiten.
Na ongeveer 300 meter zat er een medepelgrim op een bankje. Hij bleek langs de snelweg te hebben gelopen op het moment van het ongeluk en alles zien gebeuren. Hij was nog een beetje bibberig. We vroegen of we nog iets voor hem konden doen, maar dat was niet nodig.
In het volgende dorpje namen we een kopje koffie en even later kwam ook diezelfde pelgrim voorbij. Het ging goed met hem. We spraken nog even met pelgrims uit Schotland. Een van hen had in Nederland gezeten in zijn diensttijd (Laarbeek). Daarna liepen we verder.
We kwamen door Astorga en aten er een broodje. Helaas was de kathedraal gesloten. Weer Nederlanders gesproken die op de fiets op weg waren naar Santiago.
Na nog een kilometer of 4 lopen, waren we bij onze Albergue. Een kort dagje dus. Zo zijn we morgen fit voor het beklimmen van de bergen. We nemen een drankje en praten met de medepelgrims die druppelsgewijs ook binnenkomen. Na nog een broodje gegeten te hebben gaan we lekker rusten.
We kunnen om 19:00 eten.
Het was weer een waar pelgrimsmenu. Heel lekker. Er kwam een vrouw (Taiwan)naast mij aan tafel zitten en ik herkende haar van het helpen met haar “verloren” rugzak. Ze was weer blij ons te zien. Als je haar naam verengelst dan heet ze Rose. Verder zaten er een Amerikaan, Italiaan, Canadees en nog een Nederlander. Na het eten gingen we allemaal naar ons bed.
Morgen gaan we de bergen in naar Foncebadon
Geschreven door Langenweg