Een week geleden verruilden we Buenos Aires voor Ushuaia, de zuidelijkste stad van de wereld; ook wel liefkozend "Fin del mundo" oftewel het einde van de wereld. Maar dan moesten we wel eerst onze vlucht halen. En dat bleek aangekomen op het vliegveld van Buenos Aires niet vanzelfsprekend. Een bijzondere logistieke ervaring volgde: er stond een weergaloze rij terwijl het vliegtuig over 50 minuten zou vertrekken en er slechts 3 balies open waren. Ietwat geschrokken vroegen we in ons beste Spaans aan een grondstewardess of het goed ging komen. Stonden we wel in de goede rij? Dit gaat hopelijk niet elke dag zo? Zij vond het de normaalste zaak van de wereld en zou de mensen voor de vlucht naar Ushuaia wel uit de rij plukken als dat nodig was. En warempel: zo geschiedde het en zaten we op tijd in het vliegtuig.
Ushuaia, Vuurland. Vernoemd naar alle vuurtjes die de zeelieden zagen wanneer ze Kaap Hoorn passeerden. Vuurtjes die de indianen gebruikten om zichzelf warm te houden. De temperatuur op Vuurland is namelijk in de winter gemiddeld 0 en in de zomer 10 graden. Zelden meer of minder. Dus ook al bezochten we Vuurland in de zomer, een jas, sjaal en handschoenen behoorde tot de standaarduitrusting (Nienke bedankt Miek voor de jastip 😉).
We bezochten Tierra del Fuego, zoals het gebied maar ook het national park vlakbij Ushuaia heet. Een prachtig gebied. Ushuaia zelf was ook bijzonder; een rauwe uithoek vanwaar boten naar Antarctica vertrekken. Een havenstadje vol met outdoorwinkels en vriendelijke locals.
Vanuit Ushuaia vlogen we naar El Calafate, een woestijnstadje op de oever van een azuurblauw gletsjermeer. Het ruikt er naar gas (geen idee waarom?) en lavendel. Maar goed, ondanks de droge pampa's ligt er verderop de Andes met sneeuwtoppen en gletsjers, waaronder de indrukwekkendste van allemaal: Perito Moreno. 70 meter hoog en 5 kilometer breed. Deze gletsjer groeit bovenaan 2 meter per dag en onderaan breken enorme stukken ijs weer af. Het geweld waarmee deze enorme stukken ijs loskomen is spectaculair! Behalve dat het een indrukwekkend gezicht is, maakt de gletsjer ook een kabaal vanjewelste, alsof het onweert en er grote bomen omvallen. Het ding leeft. Ongelooflijk wat een natuurgeweld. Niet onbelangrijk om te vermelden is dat je ook relatief dichtbij de gletsjer kunt komen.
Op dit moment dachten we dat Perito Moreno wel het hoogtepunt van Patagonië zou moeten zijn, dus we hielden onze adem in onderweg naar Torres del Paine Natural Park in Chili. Met een comfortabele busrit van 5,30 uur over de uitgestrektste pampa's met in de verte besneeuwde bergtoppen staken we de grens over naar Chili en kwamen aan in Puerto Natales.
Puerto Natales was een slaperig vissersdorpje waar je zo ongeveer je jas uitwaait omdat het aan een gletsjermeer ligt. Het is echter inmiddels toeristischer geworden en veel van de huisjes van golfplaten zijn inmiddels tot schattige b&b's en kleine hostels omgetoverd. Het is de centrale toegangspoort tot Torres del Paine wat sinds enkele jaren op de Unesco World Heritage lijst staat. Dit trekt natuurliefhebbers en wandelaars van over de hele wereld aan, waaronder wij.
Eenmaal afgezet bij de entree van het park, moesten we met onze rugzakjes te voet verder, en we struikelden bijna direct over onze eerste lama!
Als volleerde berggeiten hebben we al klauterend bergtoppen bedwongen, uit beekjes gedronken en ons laten fotograferen voor een gletsjermeertje op 2000 meter hoogte. We zijn met knikkende knietjes touwbruggen overgestoken en hebben ontspannen grindstranden en bloemenvelden bewonderd. We kampeerden bij refugio's - met full board en 'made bed' (lees tent met matje en slaapzak), dat dan weer wel - en wandelden gemiddeld 15 km per dag (ong 8 uur). Het ene landschap nog diverser en bergachtiger dan het ander. Een fantastische workout dus! Verder was het bijzonder om alle seizoenen in 1 dag mee te maken; meestal droogde de zon en de wind je kleren sneller dan dat de regen ze nat kon maken (1 dag ging dat alleen helaas niet op...). Onze trektocht eindigde met het bewonderen van de enorme Grey glacier (gletsjer).
Verder hebben we bijna alle grote beestjes gespot; vossen, lama's, herten, Andes arenden, condors en tientallen andere vogels. Behalve de puma. Ook hebben we onderweg over de pampa's een mooi beeld gekregen van het leven van de Gauchos. Die zijn hele dagen in de weer met hun criollo paardjes.
Maar goed, de foto's spreken voor zich. Wat een ervaring!!!
Na 6 dagen zonder telefoon/internet en met wat stempels in het paspoort rijker zitten we nu klaar in El Calafate om terug te vliegen naar Buenos Aires.
Saludos,
Nienke & Ives
Ps. Dank voor jullie leuke (en ook hartverwarmende) reacties!
Geschreven door Ives.en.Nien