Zaterdag, 26 januari, Poindimié, noord-oost kust van NC
Over de autoweg, RT1, naar fort Teremba, waar een Franse strafgevangenis is gerestaureerd. Met Franse dwangarbeiders zijn wegen, havens, dorpen en plantages aangelegd. Tegen het einde van de 19e eeuw begonnen zelfs de Franse militairen zich te generen voor de erbarmelijke omstandigheden en werd de gevangenis gesloten. Vlak daarvoor hadden de lokale bewoners, de Kanaken, het fort met speren en pijl en boog aangevallen. Het werd een slachting, vooral toen de Fransen als straf veel Kanaken kinderen met hun guillotine onthoofden. Het is eigenlijk nooit meer goed gekomen tussen de Fransen en de stammen van New Caledonia.
Vanaf het moment dat je de weg over de bergen naar het oosten, naar de andere kant van het eiland, inslaat waan je je alleen op de wereld. Geen dorpjes meer, alleen om de 10 km een paar huizen met een houten naambordje met “tribu .....”, als aanduiding van weer een Kanaken stam of familie. Ook aan de oostkust kom je nauwelijks nederzettingen tegen. Onze bestemming, Poindimié, is veruit de grootste plaats aan de oostkust met een ziekenhuis, politiepost, een paar overheids diensten, een hotel, drie cafetaria’s en 2 benzinepompen. Er wonen 4500 mensen, voornamelijk Kanaken.
‘s Avonds was het erg druk in het restaurant, de laatste vakantie zaterdag. We moesten zelfs voor het buffetmenu een tijd reserveren.
De verrassing was een duo Spaanse flamengo gitaristen, die de sterren van de hemel speelden en zongen. Absolute topklasse die je zeker niet in Poindimié zou verwachten.
Zondag 27 januari
Zon, zee, strand en zwembad. Lekker lui op ons terras en op de ligstoelen aan het zwembad. Het park was bijna uitgestorven, alle vakantiegangers waren vertrokken.
De hele middag kregen we gezelschap van een magere zwerfhond. Die voelde natuurlijk dat Elly Mischka miste.
Het restaurant was ook bijna leeg, en we mochten a-la-carte bestellen. De prijzen van het eten en drinken zijn hoog, er is geen alternatief in de verre omtrek, en de kwaliteit is magertjes. De gitaristen waren vertrokken.
Maandag 28 januari
Heerlijk in de zee gezwommen om 7 uur ‘s morgens.
Met de auto naar Hiengène, 75 km naar het noorden, op aanraden van Jean-Claude van Tour du Monde. Je kunt daar van alles leren over de Kanaken, hun gewoonten en leefomstandigheden. Onderweg prachtige vergezichten met mooi aangelegde picknick plaatsen. Bij een binnenzee lazen we dat de Kanaken daar vleermuizen vingen en in hun geheel op de BBQ roosterden en opaten. Iets verderop is een prachtig uitzicht punt over Hiengėne en de grillige rotseilanden vlak voor de kust.
Op de marktplaats verkocht een mevrouw Nescafé met een krakeling en 20 meter verder een jongeman stokjes met kippenvlees en ui recht van de BBQ met stokbrood. Alles bij elkaar voor 5 euro 50 voor ons tweeën. We zijn nog even langs de rivier het binnenland in gereden voorbij een richtingaanwijzer met heel veel ’tribu” namen. Alleen veel kapotte auto’s langs de weg en voor de hutjes gezien. Na een paar km gravelweg omgedraaid en de vvv bezocht die nu wel open was. Er zijn veel B&Bs bij de stammen thuis, maar daarvoor moet je je minstens 24 uur van tevoren aanmelden. Ook als je een excursie wilt maken. In de regen (!) teruggereden naar ons hotel.
We wilden niet in het hotel dineren, maar in de pizzeria, 2 km verderop. Slecht plan; twee picknickbankjes onder een helderwitte TL buis en wegritselend ongedierte (kakkerlakken ?) op de grond. De nabijgelegen cafetaria, gerund door een Vietnamese dame, had wel tafeltjes en stoeltjes en er zaten wat mensen te eten. De gegrilde kip was op. De gekookte kip met champignons en rijst en frites smaakte niet en was erg duur. Jammer. In het hotel nog maar een desert met een drankje genomen.
Dinsdag 29 januari, van Poindimié naar Païta.
Op onze laatste dag in Poindimié opnieuw in zee gezwommen en daarna met nog 10 andere gasten ontbeten. Nu over de noordelijke route naar het westen gereden, naar Koné. Daar hebben we tot onze verrassing een modern appartementen complex gevonden met een mooi restaurant op de begane grond. Uitstekende koffie en bediening, duidelijk goed gemanaged door een Frans echtpaar. (Kaptain Kafé onder de Pacific Appartels).
De hoofdverbinding van noord naar zuid is een prima tweebaans autoweg. Opnieuw hebben we tevergeefs geprobeerd om ergens langs de kust een lunchplek te vinden. Iedere afslag naar een van de kustplaatsen, die er op de kaart goed uitzag, veranderde al snel in een dirt-road met gaten.
Ons laatste verblijf in Lezard Home was inclusief een diner en ontbijt. Midden in de jungle, aan het einde van een dirt-road in een overweldigende natuur. Opnieuw noeste zelfbouw; zo’n 5 losstaande bungalows en twee appartementen in de woning van de eigenaren, Sonia en Christophe, ook bevriend met Dan en Jean-Claude. Christophe heeft ook een restaurant in Nouméa en hij geeft er ook kooklessen. Daarvoor moest hij een paar dagen per week heel vroeg ’s morgens naar Nouméa rijden een afstand van 40 km door de bergen. De eigenaren zijn alleraardigst. Ze voelen zich ernstig gediscrimineerd door de regering, die de Kanaken alle mogelijke financiële- en woon-privileges geeft. Voor de van oorsprong Franse bewoners is het heel moeilijk om (iets) te ondernemen.
Het diner van Christophe was lekker.
Heerlijk geslapen en een prachtig ontbijt op het terras.
Hiermee sloten wij de indrukwekkende reis over Nieuw Caledonië af.
Geschreven door Australia2019