We gaan vandaag weer een busreisje maken van Vang Vieng naar Vientiane. De vorige twee busreizen waren niet helemaal je van het, drie keer is scheepsrecht zullen we maar zeggen. De rit zal ongeveer drie en half uur duren, dus dat zal wel een uurtje uitlopen met dat wegennet van hier. Het busje zit nu vol met alleen maar toeristen, dus waarschijnlijk gaan er nu geen plastic spuug zakjes te voorschijn komen. De rit gaat weer voor een groot gedeelte door de bergen met kronkelende wegen. Waar inhalen in blinde bochten meer gewoonte is dan uitzondering. Jammer dat de mooie uitzichten vaak bedorven worden door de vele afgravingen van de nieuwe spoorlijn, gesponsord door de Chinezen. Maar we hebben de reis weer overleefd en dit keer geen onaangename verrassingen gehad. We worden op een centrale plek uit de bus gegooid en daar staat het busje met 2 man sterk op ons te wachten om ons naar het hotel te brengen in de hoofdstad, let wel nog geen 5 minuten rijden. Dat merk je gelijk wel aan het verkeer en de drukte maar de sfeer is wel heel relaxed. De maag begint te knorren en we besluiten bij een soort Frans koffiebarretje te gaan eten. Een heerlijke baguette op met een ice koffie. We maken gelijk even een planning voor deze middag want stil zitten is er niet bij. Het eerste bezoek is aan Wat Si Saket een tempel gebouwd in 1818 met duizenden Boeddhabeelden. Beetje saai, een vierkant oud gebouw met op alle wanden dezelfde Boeddhabeelden. Het tweede bezoek is aan het Cope Vistor Center, dit is een klein museum waar je een beeld krijgt van clusterbommen en landmijnen die tijdens de Vietnamoorlog op Laos gegooid zijn door de VS. Laos bood de communistische soldaten uit Noord Vietnam onderdak en dit was de druppel voor de VS. Voor een periode van 9 jaar lang werd er elke dag gebombardeerd met maar liefs 270 miljoen clusterbommen op Laos waarvan 1/3 nooit is ontploft. Dit zijn meer bommen dan die gegooid zijn in de tweede wereldoorlog op Duitsland en Japan samen.Er vallen nu nog dagelijks slachtoffers door deze bommen en mijnen. Probeer eens 270 miljoen keer je been op te tillen of je vrouw of man uit te schelden dat lukt je niet. Het derde bezoek is aan een kopie van de Arc de Triomf, genaamd Patuxai. Laos is namelijk een Franse kolonie geweest en vandaar de vele Franse invloeden. Op de terug weg komen we nog langs het koninklijk paleis ook te zien vanaf de Patuxai maar deze is hermetisch afgesloten. Na al dat gewandeld is het tijd voor een koud drankje, gewoon ergens gaan zitten en het is gezellig. Terug bij het hotel even gezwommen en daarna onder de douche en weer de stad in om te eten. We komen uit bij een moderne pasta bar genaamd The State of Past. Erg lekker gegeten maar minder gezellig we waren namelijk de enige in dit restaurant maar wel 7 personeelsleden van de straat gehouden. Morgen nog geen planning, wat zeg je??? Ja soms hebben wij ook vakantie.
Geschreven door Gerard-Liane.travels