De dag van vertrek naar Nederland. Ik heb er weken over gedaan om hier te komen en ga in één dag met de bus weer terug.
Ik ga pas om 21:30 weg volgens de planning. Als je dan al vroeg wakker bent rijst de vraag wat deze dag te doen ?
Beetje opruimen, beetje inpakken en wachten ?
De Duitse buurman heeft al gevraagd of we kunnen blijven vandaag. Dat mag.
Ik ga ook eerst maar uitchecken, dan is dat maar gedaan. Ik lever mijn (te korte) elektrakabel weer in en vraag toch ook maar even of ík ook mag blijven.
“No problem, take your time”.
De camping (Village Punta Navaccia) zelf is niet helemaal mijn ding, maar het personeel is allervriendelijkst. Dat was bij de ontvangst al zo en nu weer. Je voelt je hier echt gast en deze klantvriendelijkheid zouden meer bedrijven moeten toepassen. Dan ziet de wereld er een stuk aardiger uit.
Bij de ingang van het haventje, wat grotendeels droog staat, staat een bord met ‘andare adagio’ erop. Go slowly. Ik denk dat we dat maar eens gaan doen. En waarom alleen vandaag ?
Vaker, naar wij dachten.
Ik fiets nog even langs de opstapplaats om te kijken of de bus er staat. Hij is er net. Een paar uur te laat.
Ik fiets verder het dorp Tuoro in. Ik kan beter zeggen: op, want het ligt op een heuvel.
Daar neem ik een pizza. Volgens mij maakt het niet uit welke je kiest, want overal zit nagenoeg hetzelfde op.
Ik kijk nog een straatje verderop. Daar zit de Tourist Info. Ik vraag of ze een stempel hebben van de plaats. Ik was al eerder in de kerk geweest, maar daar was niemand.
De man van het kantoor zoekt naarstig naar een fatsoenlijke stempel. Die kan hij niet vinden en hij gaat telefoneren. Eerst met de burgemeester. Hij krijgt die wel te spreken, maar die is niet in de buurt.
Dan naar de pastoor van de kerk. Die is er wel. Ik moet hem volgen. Hij laat het kantoor gewoon open en we lopen een paar honderd meter naar de kerk waar de pastoor vlakbij woont. In vloeiend Italiaans legt hij nogmaals aan hem uit wat ik kom doen. Een pastoor in een Juventus shirt en een korte broek. Hij heeft wel een stempel.
In het kantoor van de Tourist Info is een maquette van een slagveld. Het blijkt van gevechten van Hannibal te zijn tegen Romeinen in 217 voor Christus.
De man van het kantoor zegt:”ik zag je geïnteresseerd kijken”, en hij begint in het Engels ongeveer tien minuten het hele verhaal van de gevechten, die hier hebben plaatsgevonden, uit te leggen. Het moet echt een groot gevecht geweest zijn. Hannibal met 50.000 en de Romeinen met 30.000 man. Hannibal heeft gewonnen, ook vanwege zijn tactiek.
Het wordt hier ‘the bloody valley’ genoemd. Er zijn ook allerlei restanten gevonden door archeologen. Nu begrijp ik ook waarom de ‘beelden’ bij het meer staan.
Dat ik zo maar op zo’n historische locatie ben beland !
Als hij zijn verhaal heeft gehouden realiseert hij zich dat het kantoor al die tijd onbeheerd is gebleven en zet hij een klein sprintje in om terug te komen.
Waarom stempelen ?
Daarom dus. Om de ontmoetingen, de bijzondere situaties, de plekken waar je anders niet komt, de verhalen en om later nog eens terug te kijken. Los van de foto’s, een tastbare herinnering van een mooie reis. Bij elke stempel hoort een verhaal.
Dat was bij de camino naar Santiago de Compostela het geval en ook nu weer.
Ik ga weer terug naar de camping en neem onderweg nog een laatste ijsje en een laatste Peroni.
De tent en tassen moeten nog worden ingepakt.
Ik krijg bericht dat we wat later vertrekken dan gepland. Er was vertraging en de chauffeurs hebben rusttijden waar ze zich aan moeten houden. Wel zo verstandig.
Ik eet nog wat bij het opstappunt.
Voor het inladen van de fiets moet het stuur gedraaid worden en de voordrager eraf. Dat laatste was wat lastig in het donker.
Om 22:30 vertrekken we uiteindelijk, één uur achter op het schema.
Geschreven door Op-fietse