Na een paar fijne dagen op het strand was het tijd voor strand. Boracay is leuk, maar erg druk en toeristisch. Zó toeristisch, dat er meer keuze is in pizza, McDonalds en kebab dan in local food. Uiteraard probeerden we de lokale lekkernijen, die achteraf één voor één rare maaltijden bleken. Na een grondig en diepgaand onderzoek kwamen we tot de conclusie dat de 'national signature dishes' konden worden samengevat als: noedles met varkensreuzel, rijst met vieze bonen en vissenkoppen-ratatouille. Dus na 6 dagen en 6 kilo te zijn aangekomen door al het junkfood was het de hoogste tijd voor een verplaatsing naar...Donsol. Donsol ligt op een ander eiland, Lezgapi. Dat betekende vliegen, want de bootreizen zijn hier niet geheel veilig. Piraten (no kidding) doen hier nog steeds geregeld aan gekke en malle dingen als muiterij, ontvoeringen en bootjes tot zinken brengen. In een dergelijk rariteitenkabinet hadden wij weinig trek.
Vliegen dus. Op een haartje na onze vlucht gemist omdat ons eerste vliegtuig vertraging had...na veel ren -vlieg -en stuntwerk bereikten we nog nèt op tijd het tweede vliegtuig....dat ook vertraging had, waardoor we nog mee konden. De Filipino's die we hier overal tegenkomen zijn een erg traag volk. Hoe dan ook, we landden veilig en na een kleine anderhalf uur opgevouwen te hebben gezeten in de achterbak van een auto ontkreukelde ik mezelf en checkten we in in een verblijf dat gelegen was vlakbij de Whaleshark-bay. Het hele idee achter Donsol was namelijk...snorkelen met walvishaaien...u weet wel, die reusachtige vissen met een ovale mond zo groot dat je er als mens in de breedte in één keer in past...gelukkig is hun favoriete hapje plankton, en daar smaakt mijn deo over het algemeen niet naar.
Helaas voor de walvissen liepen Jay en ik een behoorlijke voedselvergiftiging op. Twee volle dagen en nachten gierden we het via alle mogelijke kanalen uit, vergezeld van echt hevige krampen en steken. Ook het schotsen (schijten&kotsen op hetzelfde moment, red.) bleef niet uit bij Jay. We vermoedden dat we limoen-limonade hebben gekregen dat bereid was met kraanwater ipv gezuiverd water...De aanhoudende regen hielp ook niet dus onverrichter zake pakten we een 12 uur durende ijskoude airco-touringcar terug naar Manila en vlogen vanaf daar naar vliegveld Tagbilaran, op het eiland Bohol.
Bohol staat bekend om zijn 'Chocolate hills', heuvels die enorm lang geleden zijn ontstaan door opgehoopt koraal. Nu is de boel kennelijk opgedroogd en das een verdraaid mooi gezicht (zie foto's). We bezochten ook de fabuleuze spookaapjes, die de grootte van een vuist hebben en schattig in takjes van bomen zitten. Met belachelijk grote ogen staarden we enkele minuten naar elkaar en nadat ook de spookaapjes genoeg foto's hadden gemaakt konden we verder.
De lunch werd verorberd op een varend restaurant, op een mooie, door veel groen omgeven rivier. Het eten was niet te knagen, maar het uitzicht maakte een hoop goed. Daarna over een gammele wiebelende hangende bamboebrug....doodeng, Jamie vermaakte zich kostelijk door wat extra op en neer te springen...loved it (not).
Een slangensanctuarium werd aangedaan waarbij Jamie zijn slangen-angst overwon na wat aandringen mijnerzijds...de reden: een uurtje ervoor hadden we geziplined (dat nogal hoog is#hoogtevrees) hangend op je buik in een harnas aan een kabel door de jungle gierend....dwars over een groot ravijn, op een hoogte van zo'n 150 meter.... WAANZINNIG gaaf weer en rete-eng, maar de adrenaline-rush achteraf was het allemaal waard. En dus moest die grote albino-python om zijn nek...
Overmorgen terug naar Boracay, aangezien we vanaf dat punt ook een volgende vlucht zullen moeten halen. We zullen zien waar de wind ons dit keer brengt...
Geschreven door Nils