Hoi lieve allemaal,
Hier ben ik dan eindelijk. Inmiddels al bijna 3 maanden in Ethiopië en nog geen letter op papier gezet. Ik had mij voorgenomen om iedere dag voor mezelf op te schrijven wat ik heb meegemaakt en met regelmaat mijn belevenissen met jullie te delen via deze blog.
Helaas nog niet gedaan, maar het wordt tijd hier verandering in te brengen! Onder het mom van ‘Beter laat dan nooit’ ;-)
Ik weet dat velen van jullie erg met mij mee leven en benieuwd zijn naar mijn verhalen. Ik deel dan ook graag mijn ervaringen. In deze drie maanden heb ik al veel bijzondere dingen gezien en meegemaakt. Tijd om jullie daar meer deelgenoot van te maken! Ik zal het in fases posten, anders wordt het wel een heeeeel lange tekst in één keer ;-). Al zal dat bij deze post toch het geval zijn... Dus neem er een lekker kopje koffie of borrel bij ;-) Ik wens jullie veel leesplezier!
Vertrek en Aankomst: Van Hollandse stress naar Afrikaanse drukte
Vrijdag 24 juni vertrok ik dan naar het bijzondere land Ethiopië om een sprong in het diepe te nemen. Mijn avontuur voor het komende jaar zou gaan beginnen. Het moment om daadwerkelijk mijn droom na te jagen... Heel veel zin in!
Veel tijd om erbij stil te staan, had ik niet. Tot op de laatste minuut voor vertrek nog druk in de weer met van alles regelen om alles een jaar lang in goede staat achter te laten. Drie uur voor vertrek ging de rits van de koffer stuk. Als een gek nog naar de winkels gereden om een koffer te scoren. Dit was gelukkig gelukt en hoopte alles makkelijk over te hemelen, maar dit werd toch een probleem. Koffer en tas konden niet meer dicht en het gewicht was ongelijk... Grote stress. Een uur voor vertrek alles opnieuw herindelen... Taxi gebeld of deze een half uur later op de stoep kon staan... Gelukt, hals over kop in de taxi gestapt. Mijn eerste rustmoment. Alhoewel het was hoogste tijd om nog even de vele succeswens-appies bij te werken. Check-in verliep soepel. Nog even een drankje doen en afscheid nemen. Eenmaal de douane door begon het dan echt... Eerlijk gezegd, voelde ik me op dat moment alles behalve uitgerust. Ik keek uit naar een lange vlucht om even al mijn gedachtes te ordenen en mijn ogen dicht te doen.
Mijn eerste vlucht ging naar Frankfurt. Er was wat vertraging. Ik hoorde een stewardess tegen een meid die naast mij aan de andere kant van het gangpad zat, zeggen dat de vlucht naar Addis op Frankfurt net gehaald zou kunnen worden... Zo sprak ik haar aan, Robyn. Een Amerikaanse meid uit Californië die al even bezig was met haar drie maanden lange reis. Nu stond Ethiopië op de planning. We raakten gezellig aan de praat. Zij had nog geen verblijfplaats en ik nodigde haar uit om met mij mee te gaan naar het Guesthouse, waar ik het komende jaar zal verblijven, als ze dat wilde.
Na een uur aangekomen op Frankfurt zijn we als een gek gaan rennen om de volgende vlucht te halen. Het vliegveld daar is best groot. Het bleek toch minder ver weg dan gedacht en waren uiteindelijk ruimschoots op tijd bij de Gate.
Ik was heel moe en kon niet wachten om in het vliegtuig te zitten voor de lange vlucht. In eerste instantie probeerde ik nog wat te lezen, maar kon mijn ogen amper openhouden. De rest van de vlucht heb ik dan ook alleen maar mijn ogen dicht gehad. Echt slapen lukte niet.
En toen was het moment daar. Landen op Ethiopische bodem. Ik stapte het vliegtuig uit en rook meteen zo’n typische geur. Het deed me denken aan toen ik in Thailand was. Ik genoot ervan. Ondertussen kwam ik Robyn weer tegen tussen de menigte. Zij moest nog in de rij voor een visum. Ik kon vrijwel direct doorlopen naar de koffers. Ik moest lang wachten op mijn koffer en Robyn was nergens meer te bekennen. Ik wist niet of ze nog mee naar het Guesthouse wilde, maar ik dacht dat ze al vertrokken was. In de tussentijd ben ik geld gaan inwisselen. Dit was al een ervaring op zich. Ik kreeg een stapel geld terug. Allemaal vieze, kapotte en verrotte papieren. En de geur is verschrikkelijk. Dat ‘geld stinkt’ is hier geen verkeerde opmerking. Ik durfde het amper aan te raken en ik wist niet hoe snel ik mijn potje handgel erbij moest pakken. De munteenheid hier is
birr. € 1,- is ca. 24 birr. Vele honderden briefjes had ik dus in mijn handen.
Later kwam Robyn naar mij toegerend of ze het adres van het Guesthouse mocht hebben. Dat had ze nodig om haar visum te krijgen. Al die tijd stond zij dus nog in de rij... Ik heb op haar gewacht en zijn naar buiten gegaan.
Sheme (spreek je uit als Sjimmie), de coördinator van het Guesthouse, zou me van het vliegveld halen en met “mijn naam” in zijn handen staan. Het duurde even voordat ik hem zag. Hij stond al 2 uur op het vliegveld te wachten...
We stapten in de auto en het voelde direct goed. Ook genoot ik van het straatbeeld. De vele mensen, de handel op straat. Ik had een glimlach en maakte me even bewust van het feit dat ik daadwerkelijk in Afrika ben. Iets wat ik mijn hele leven al wenste om dit continent met eigen ogen te zien. Ik voelde me trots.
In het Guesthouse ontmoette ik Jos weer, de oprichter van de reisorganisatie TEX. Robyn kreeg een kamer toegewezen en een ontbijtje stond voor ons klaar. Lange tijd met elkaar zitten te kletsen en verhalen over Ethiopië aangehoord. Na 2,5 uur besloot ik even op bed te gaan liggen. Later zouden we de stad in gaan.
Eerste ervaringen
Toen we naar buiten gingen, liepen we langs een drukke autoweg richting Megenagna. Een plaats met een enorm bus- en taxistation en winkelcentrum.
Het eerste wat me opviel en tegelijkertijd tegenviel, waren de enorme vieze en gitzwarte uitlaatgassen van de auto’s. De geur was verschrikkelijk en het sloeg op mijn keel. Met regelmaat drukte ik dan ook mijn neus en mond in mijn jas.
Megenagna is heel hectisch. Het krioelt er van de mensen, veel bedelende mensen met of zonder ziektes midden op de stoep. Hetzelfde geldt voor kooplieden die met een tas vol koopwaar hun spullen proberen te verkopen aan iedere voorbijganger. Ze zitten en staan op de gekste plekken, op de stoep, de weg, tussen de bussen, onder het viaduct enz. Het meeste is illegaal. Als er politie aan komt lopen, weten sommigen niet hoe snel ze hun handel bij elkaar moeten rapen en wegrennen Alle taxilui schreeuwen door elkaar aan één stuk door de namen van de gebieden waar ze naartoe gaan. Auto’s, minibusjes en bussen rijden door elkaar. Af en toe loopt er een verdwaalde ezel midden op de weg tegen het verkeer in. Er lijken geen regels te bestaan...
Onderweg zag ik jongens hand in hand op straat lopen. In Nederland associëren we dat al gauw met homo zijn. Jos legde uit dat homo zijn in Ethiopië ten strengste verboden is, maar dat het heel normaal is dat vrienden hand in hand lopen, elkaar een zoen geven en de hand over elkaars been leggen als ze ergens wat zitten te eten of te drinken. Mijn eerste opmerking was meteen dat het gunstig is mocht je toch “per ongeluk” homo zijn, omdat het niet zo snel zou opvallen dan. Die opmerking had ik later een keer ook gemaakt naar een Ethiopiër, maar dat begrepen ze niet helemaal. Homo zijn is not done. In latere gesprekken die ik met verschillende collega’s erover heb gevoerd, probeerde ik uit te leggen dat iedereen mag zijn zoals hij of zij is, zolang je niemand schaadt. Dit konden ze niet begrijpen. Alleen de combinatie man en vrouw is mogelijk, want je dient het leven voort te zetten. Dat er in Nederland veel gescheiden wordt of dat er stelletjes zijn die er bewust voor kiezen om geen kinderen te krijgen, kan er bij hen echt niet in.
EthioTelecomWe zijn onderweg naar een telecomwinkel, want ik wil graag een Ethiopische simkaart en een dongel voor internet. Jos wijst me de winkel aan en loopt met Robyn verder naar een winkel om vliegtickets te kopen. Robyn is namelijk van plan naar andere delen van het land te reizen.
Ik nader de ingang van de winkel en loop direct op vier beveiligers op. Eén van hen is een vrouw en stapt direct naar voren om me te fouilleren en ik moet mijn tas openmaken. Een beetje ongemakkelijk doe ik mijn tas open, omdat ik me afvraag wat dit allemaal betekent, en ze graait in één keer vol in mijn tas. Ik kijk haar aan en trek mijn tas terug. Ik schrok, maar ze weet me direct gerust te stellen met een hand op mijn schouder en een lieve glimlach en laat me naar binnen. Eerste nieuwe ervaring om vervolgens weer in de nieuwe te stappen... Ik loop tegen een bank aan vol met mensen en een bewaker wijst me aan waar te gaan zitten. Vervolgens dienen we steeds als er een klant geholpen is een stukje op te schuiven, totdat je aan de beurt bent. Nog terugdenkend aan de vrouw en mijn tas, zit ik me alweer af te vragen waarom dit zitsysteem zo bedacht is... Ik moet eerlijk zeggen dat ik me wat ongemakkelijk voel, maar probeer maar met een open blik alles te ervaren. Na ruim een uur zitten wachten, ben ik dan eindelijk aan de beurt. Ik word geholpen door een ietwat chagrijnige vrouw. Simkaart met beltegoed gevraagd en vervolgens moet ik mijn paspoort laten zien, worden alle gegevens ingevuld, moet ik voor de camera staan voor een foto en een handtekening zetten... Wat een overdreven gedoe voor een simkaart dacht ik. Ik had nog amper de tijd om te zeggen dat ik ook nog een dongel wilde hebben en ze laat de volgende klant al komen. Met veel moeite probeer ik duidelijk te maken dat ik nog iets anders wil. De prijs voor een dongel met 3 of 4G was een enorm verschil en was een ander bedrag dan Jos me had verteld. Ik had dus besloten dit even te laten gaan... Een Ethiopische jongen op het bankje sprak me aan en vroeg uit interesse waarom het zo lang duurde. Met enigszins wat verbazing van alle indrukken reageerde ik dat er niets was en verliet ik de winkel.
Aangezien ik zo lang in die winkel was geweest, had ik verwacht Jos en Robyn al buiten te zien, maar die waren niet te bekennen. Ik ging met een boekje op een stoepje zitten. Ik werd veel aangekeken, maar aangesproken nauwelijks. Dat viel me wel op. In Afrika had ik anders verwacht. Ik was daar ook de enige blanke. Wel heel prettig.
Na enige tijd kwam Jos me halen. Het was niet gelukt met de tickets en overal duurde het eeuwen. We liepen het winkelcentrum binnen en vervolgens werden weer onze tassen gecontroleerd. Jos legde uit dat ze dit overal doen. Toen besefte ik me dat dit eigenlijk best veilig is. Omdat ik niets wist van deze regels, schrok ik de eerste keer en realiseerde ik me dat ik in eerste instantie van het negatieve uitging. Leermoment om niet meteen te oordelen bij iets wat anders is... En ik keek wel terug op een grappige eerste ervaring en mijn reactie :-)
Jos nam ons mee naar een ander gebied van de stad om volgens hem de lekkerste
enjera te eten. We stapten in een opgepropt minibusje. Naast het feit dat het niet voller kan zijn, verbaasde ik me ook over de staat van het busje. Alles wat je maar kan bedenken, was stuk. In Nederland zou zo’n auto absoluut niet meer mogen rijden.
We stapten uit en liepen een smal straatje gevuld met marktkraampjes. Je kon amper lopen en iedereen probeert je wat te verkopen. Jos besloot om snel even een paraplu te kopen bij een jongen die met vele paraplu’s stond. Ik wist amper waar ik allemaal moest kijken. Uiteindelijk arriveerden we bij het restaurantje voor de enjera.
Injera is een zuur pannenkoek-achtig brood gemaakt van ijzerhoudend teff-meel dat traditioneel dagelijks wordt gegeten in Ethiopië. De enjera dient drie dagen te gisten en wordt vervolgens gebakken op een grote, zwarte kleiplaat (mogogo) boven een vuur. Deze opstelling heet mitad. Injera wordt met de rechterhand gegeten en je scheurt kleine stukken af om met dit hetgeen op de enjera ligt vast te pakken. Dit kan vegetarisch zijn, verschillende manieren van bereid vlees, vis, spaghetti enz. Na afloop heeft de injera een deel van het vocht en de smaak van het voedsel geabsorbeerd en wordt ook opgegeten. De injera fungeert dus als bestek, bord en voedsel tegelijkertijd. Over het algemeen eten ze gezamenlijk van een schaal. Als een Ethiopiërs je erg graag mag, dan geven ze je een ‘bursha’, wat inhoudt dat ze jouw een stukje enjera voeren. Het is onbeleefd om dit te weigeren.
Zoals ik door de Ethiopische restaurants in Nederland gewend was, wilde Robyn en ik enjera met verschillende vullingen, zogenoemde
Bejehaynet of
Beyeyenty. Jos bestelde
Tegabino, een mengsel van kikkererwten, ui, knoflook, tomaat, boter en chilipepers. Het lijkt op een soort saus.
Het is een leuk restaurantje met lage stoeltjes. In het midden van de winkel zat een vrouw op een laag krukje de koffie te bereiden; de
traditionele koffieceremonie.
_Ethiopië is het land waar de koffie, genaamd
buna, is ontdekt. In de 9e eeuw begon men daar met het drinken ervan en door de eeuwen heen is het onderdeel geworden van hun cultuur. Nergens ter wereld wordt dit drankje met zoveel respect en traditie benaderd als in Ethiopië.
Voor koffiedrinken maak je tijd. Het is een sociaal en cultureel proces met ceremoniële waarde. Bij de koffieceremonie is de vloer bedekt met gras en bloemen. De vrouw is gekleed in een traditioneel wit gewaad en zit op een '
bermuche' (traditioneel krukje). De gasten zitten erom heen. De rouwe koffiebonen worden eerst gewassen en vervolgens in een pannetje, genaamd '
menkeshkes', op houtvuur geroosterd. Wanneer de koffiebonen kleur krijgen, loopt de gastvrouw langs alle gasten om de heerlijke geur van de koffie te laten ruiken. Tijdens de ceremonie wordt er wierook en mirre gebrand. Na het roosteren worden de bonen vermalen met een vijzel en toegevoegd aan het kokende water in de '
jebena' (koffiepotje van klei) dat op de hete kooltjes wordt gezet. Als de koffie klaar is, wordt dit in kleine kopjes '
finjal' geschonken die op een soort van dienblad met pootjes staan.
Vaak doen ze er een groen blaadje in. Genaamd '
tjen adam'. Adam van Adam en Eva. Tjen betekent ‘gezond’.
Gezamenlijk drinken de gasten niet één kopje koffie maar drie. Het eerste kopje koffie (
awol) is super sterk, het tweede kopje (
tona) is heerlijk en het derde kopje koffie (
baraka) is een slap aftreksel en niet echt lekker. Waar we in Nederland gewend zijn om bij de koffie een koekje of chocolade te eten, is het in Ethiopië gebruikelijk om popcorn en gekruid brood te nuttigen. De ambachtelijke koffieceremonie kan in totaal wel twee uren duren. Het vroegtijdig verlaten van de koffieceremonie wordt als een belediging ervaren._
Het is gebruikelijk om na het eten een traditioneel kopje koffie te nemen. De vrouw kwam het aan tafel inschenken tot aan de rand vol, waardoor mijn schoteltje een sloot koffie werd. Voordat ze inschonk, deed ze een flinke schep suiker in het kleine kopje. Aangezien ik al jaren geen suiker meer in mijn koffie drink, was ik hier niet zo blij mee. De koffie was dan ook erg zoet. Ik merkte wel dat de koffie aardig sterk is en dat dan een beetje suiker wel wenselijk is. Bij het serveren wordt de wierook ook bij je op tafel gezet.
Het heilige gras op de grond is om God te danken. Op feestdagen kom je het overal tegen; in de winkels, in de huiskamers, in de bussen en taxi’s enz.
We waren van plan het restaurantje te verlaten totdat er een flinke hoosbui naar beneden kwam en besloten maar even te wachten. Het begin van het regenseizoen dat tot half september duurt. Ik heb dus wel de beste periode om te vertrekken uitgekozen ;-) Ik had wel een regenjas aangeschaft, maar die zojuist gekochte paraplu van Jos was geen overbodige luxe. Denk dat ik die binnenkort ook maar moet aanschaffen. Snel renden we naar een oude blauw/witte privétaxi en stapten in.
Een goed moment om het (openbaar)vervoersysteem hier uit te leggen.
Op de nummerborden zie je de nummers 1, 2, 3 of 4. 1 betekent dat het een taxi is, 2 betekent een auto van een individu/privé, auto’s met een nummerbord met een 3 erop is voor zakelijk gebruik en met een 4 zijn auto’s van de overheid.
Voor de taxi kan je kiezen tussen een privétaxi of een minibusje. De
privétaxi herken je aan de blauw/witte kleur en dat de auto’s al 50 jaar oud zijn. De meeste zijn lada’s. Vaak lijken ze toch echt bijna uit elkaar te vallen, maar de taxi is de trots van de taxichauffeur. Ongeacht of de auto met draadjes aan elkaar gestart dient te worden, de deur amper dicht kan, de lampen of de ruitenwissers het niet doen, de passagiersstoel los zit, de gordels het niet doen enz. enz. Het rijdt en ze kunnen er centjes mee verdienen. Voor een taxiritje betaal je minimaal 100 birr, dat ca. € 4,- is.
Minibusjes zijn busjes waar ongeveer 12 personen mee vervoerd kunnen worden. Soms meer, want dan kan je op de “wiel” van de auto zitten bijvoorbeeld. Ook hier geldt dat de busjes vaak van ellende bijna uit elkaar vallen. Ik heb al een paar keer meegemaakt dat het busje niet wilde starten en dat er een groepje jongens, die in de buurt staan, zo aardig zijn om een handje te helpen en de bus vooruit te duwen totdat het busje weer start. We rijden dan gewoon weer vrolijk verder alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Ja... voor hen wel natuurlijk.
In het busje heb je de chauffeur en een mannetje dat de hele rit met zijn hoofd uit het raampje hangt en continu de plaats van waar de taxi naartoe gaat roept. Ondertussen verzamelt hij ook het geld van de passagiers. Afhankelijk van de grootte van de rit, betaal je tussen de 1 en 3,5 birr. Soms moet je overstappen op een ander busje en dan betaal je weer zoiets. Vergeleken met de privétaxi is deze manier van transport veel goedkoper, maar afhankelijk vanwaar je heen moet en de bereikbaarheid niet altijd even snel, makkelijk of - voor zover je de privétaxi al comfortabel kan noemen - comfortabel. De jongen die het geld verzamelt, staat de hele dag door met het geld in zijn handen. Nu begrijp ik ook waarom die briefjes zo ontzettend ranzig en kapot zijn en stinken.
Als je eruit moet, dan roep je ‘waratch’ wat betekent dat je eruit wilt en het taxibusje stopt.
Daarnaast heb je ook de
lokale bussen. Beetje crème-/groenachtige kleur. Die zijn een slag groter, maar daar zit je niet graag in. Mega opgepropt zie je de mensen daar in staan. Ik heb het wel een keer gedaan, maar toen was het niet zo druk. Je betaalt ongeveer hetzelfde als in het minibusje.
Ook is er de
lijnbus. Een geel/rode lange bus, zoals wij die ook kennen van de gele NS bus van 20 jaar geleden. Hoe deze precies werkt, durf ik niet te zeggen.
Sinds vorig jaar loopt er ook een gloednieuwe
metrolijn door de stad. Aangelegd door de Chinezen. Een makkelijke manier van vervoer, want deze lijn komt over het algemeen langs de meest populaire plaatsen. Dit vinden er wel meer blijkbaar, want ook hier kan je niet fatsoenlijk staan en loop je de kans om iets van je lichaamsdelen te breken. Ook deze manier van vervoer is goedkoop. Tussen de 2 en 8 birr. In de buurt van de opstapplaatsen staat er ergens langs de weg een grijs/oranje huisje waar je je ticket kan kopen. In de metro hangen wel elektronische kastjes om met je chipkaart in te checken, maar Ethiopië is nog niet zo ver...
Terug naar dag 1De taxi zette ons af bij een hotel. Jos is gaan sporten. Toen ik hoorde dat je daar ook een massage kon nemen, ben ik dat gelijk gaan doen. Door alle drukte voorafgaand aan de reis en de verhuizing en dergelijke voelde het in mijn rug totaal niet lekker. Ook hier ging het een beetje apart, omdat meerdere vrouwtjes mij hielpen en ik ergens moest wachten en ik niet wist wie me nou eigenlijk zou gaan masseren. Enfin.. het zal de onwennigheid en het nieuwe wel zijn. Ik heb een heerlijke massage gehad.
Daarna even in de lobby op de wifi gegaan om even wat familieleden en vrienden te informeren. Ik had dan wel een simkaart gekocht, maar ik kreeg met geen mogelijkheid een netwerk, terwijl naar mijns inziens alle instellingen goed stonden.
s ‘Avonds zijn we teruggelopen naar het Guesthouse. Het wordt hier elke dag om 19.00 uur donker (in de zomertijd 1 uur later dan in Nederland). Je kan hier prima in het donker en als blanke over straat lopen. Na 22.00 uur is het niet meer aan te raden, omdat ook de politie stopt met werken en de kans groter is dat er dan berovingen e.d. plaatsvinden. Ook is de kans groter dat rijders dronken achter het stuur zitten en van veel auto’s werken niet alle lampen.
Aangekomen in het Guesthouse ben ik direct naar bed gegaan. Dag 1 zit erop. Een interessante dag met veel nieuwe indrukken. Ik heb ervan genoten.
Dag 2
Het idee was om eens even lekker uit te slapen, want dat was al lang geleden. Helaas bleek dat niet zo’n succes te zijn, aangezien de straathonden me wakker hadden gehouden en vanaf een uur of 4 de 'call to prayer' begon tot een uurtje of 8 in de ochtend. Ben ik blij dat ik een doosje oordoppen heb meegenomen...
Samen met Robyn ging ik de stad een beetje verkennen. Het Guesthouse is gesitueerd op een heuvel. Iedere dag de heuvel op en af is wel bevorderlijk voor de conditie en de bilspieren.
Langs de grote weg zijn er allemaal stalletjes die van alles verkopen, zoals enjera, rijst, pasta, eieren, schoonmaakmiddelen, zeep, telefoonkaarten, water, tomatensaus enz. Eigenlijk een supermarkt/drogist in één. Er staat iemand achter de toonbank en daar kan je aan vertellen wat je nodig hebt. Zoals wij gewend zijn dat we netjes op ons beurt wachten en als je aan de beurt bent dat je dan ook volledig geholpen wordt, is hier niet aan de orde. Als ik iets probeer te bestellen en er komt iemand anders aangelopen, zegt diegene meteen wat ie wil en wordt geholpen. Als je niets zegt, laten ze je daar gewoon staan...
Op de stoep zitten vrouwtjes met kooltjes maiskolven te roosteren in de hoop wat te verkopen. Om de paar meter zie je bankjes met gasten die vragen om je schoenen schoon te maken. Ook al glimmen je schoenen nog zo mooi, dan nog durven ze het aan je te vragen :-). Zij zitten op een krukje met emmertjes gevuld met zwart water en sponsjes en borsteltjes. Het verbaast me hoe super mooi strak je schoenen weer worden. Ik heb nog niet zelf van deze dienst gebruik gemaakt, maar ik zie het de gehele dag door. Het is een dikke business denk ik zo. Sowieso is het nu regenseizoen en zijn veel wegen en straatjes niet geasfalteerd, dus je schoenen worden mega snel vies. Daarnaast is me snel duidelijk dat de Ethiopiërs ontzettend ijdel zijn. Vooral hun kapsel en schoenen zijn hun trots. Verder zijn ze ook goed gekleed. Ook de dames hebben hun haar altijd mooi gedaan en dragen allemaal nagellak. Om de zoveel meter zie je dan ook stalletjes wat een kapsalon blijkt te zijn.
Met enige regelmaat hoor ik een heel irritant geluidje. Later werd me duidelijk dat je daar de mogelijkheid hebt om jezelf midden op straat te wegen, aangezien iemand random een weegschaal heeft neergezet. Handig, maar ik sla toch even over.
We liepen langs een stalletje waar allemaal fruit hangt en ligt. We begonnen de dag met een verse fruitjuice. We liepen naar binnen en daar stonden allemaal kleine bankjes en tafeltjes. De muren en plafond versierd met nep groente en fruit. Degene die aan het werk was, verdween achter een laag deurtje. Daarachter stond dus een vrouw die de juice voor ons maakte. Het was heerlijk! Hier kan ik wel aan wennen :-) Mijn favoriete juice is ‘sprize’, wat niets anders betekent dan een mixed juice. Hier zag ik voor het eerst ook een juice van avocado. Dat vond ik apart, want dat zie je in Nederland niet, maar het smaakt erg goed. De juices zijn erg vullend, dus al een maaltijd op zich.
Wat ik ook wel grappig vind om mee te maken is dat, als je fruit wilt kopen, ze je het niet willen verkopen als het nog niet rijp is. Zorgvuldig kiezen ze de stukken voor je uit.
Na de juice trokken we weer verder. Robyn heeft allemaal vlechtjes in haar haren en een aantal waren wat uitgegroeid. Ze wilden dit weer opnieuw laten doen. Aangezien we voldoende kappers tegenkwamen, besloten we om er bij één naar binnen te gaan.
Het oogt niet heel professioneel. Klein en hier en daar zie je wat kammen liggen op een vol bureau met allemaal spullen. In het midden wordt een stoel neergezet en je kan gaan zitten. Ik denk dat het de bedoeling is dat mensen hun eigen shampoo e.d. meenemen, aangezien ik een vrouw daarmee zag aankomen en weer weggaan.
Ik heb nog nooit gezien dat mensen zo snel vlechtjes maken. Het gaat mega snel en ze kijken niet eens. Meerdere vrouwen werken aan je haar en staan ondertussen gezellig te kletsen. Het is waarschijnlijk ook niet zo gek, aangezien ze honderden vlechtjes per dag in de haren leggen.
We kwamen aan bij Megenagna en zondag of niet, de kleine stalletjes zijn gewoon open. Zo heb je ook tig Techno Mobile shops naast elkaar waar je telefoons en toebehoren kunt kopen. Tweedehands en namaak weliswaar. Goed moment om mijn simkaart na te laten kijken, aangezien ik nog steeds geen netwerk had. Zij hadden het binnen een minuut geregekd en ik kon 50 birr (€ 2,-) betalen. Ongetwijfeld een ‘Ferenji’ prijs.
Ferenji betekent ‘buitenlander’ en dat wordt dan ook veelvuldig naar je geroepen als je op straat loopt. Het is niet zozeer negatief bedoeld. Ze vinden het eerder leuk dat er een buitenlander loopt.
_Ethiopië is namelijk, als enige Afrikaanse land, nooit gekoloniseerd geweest. Tijdens de 1e Italiaans-Ethiopische Oorlog hebben ze de Italianen tijdens de
Slag bij Adwa, die van zeer korte duur was, tijdens het keizerrijk van Menelik II in 1896, verslagen. Later, in 1935/1936 is het land 7 maanden bezet geweest door de Italianen, maar verder is het niet gekomen.
Je ziet door deze geschiedenis wel veel Italiaanse invloeden. Het oudste gedeelte van Addis Ababa heet ook Piazza en bij het weggaan wordt altijd 'ciao' geroepen. Omdat Ethiopië nooit verslagen is geweest, zijn zij heel erg trots op het feit dat ze Ethiopiër/Habesha zijn. Vroeger heette Ethiopië namelijk Abessinië. Een blanke zien ze dan ook niet als een bedreiging, wat erg fijn is._
Terugkomend op de prijs, hanteren zij een prijs voor Ethiopiërs en voor Ferenji’s. Zelfs als je met een Ethiopiër bent, proberen ze je de Ferenji prijs te laten betalen. Gelukkig heb ik al meerdere malen meegemaakt dat die persoon niet akkoord ging en heel duidelijk heeft gemaakt dat het belachelijk is om dat onderscheid te maken.
Sowieso moet je hier altijd afdingen. Er zijn geen vaste prijzen. Niet mijn sterkste punt, dus mooi om daar de komende tijd mee te gaan oefenen...
De hele middag zijn we wat gaan lopen en genieten van wat er te zien is. Na enige tijd zagen we weer een vrouwtje een maiskolfje roosteren en hebben we deze genuttigd. Direct stormde er een jongen op ons af, die allerlei vragen had waar we vandaan komen en zo. Hij bleef de hele tijd met ons meelopen en liet ons op een gegeven moment een orthodoxe kerk zien naast het paleis. In de tuin liepen schildpadden. Binnen werd ik rondgeleid door een priester. Hij nam de tijd om alles over de geschiedenis uit te leggen. Vaak knikte ik begrijpelijk, maar ik had nog veel moeite om het Ethiopische Engels te begrijpen. Aan het einde van de rondleiding werd me gevraagd een donatie te doen. De jongen legde uit dat ze met dat geld op de zondagen eten bereiden voor de armen die op de weg richting de kerk iedere dag op straat bedelen.
Met foto’s maken, dien je hier een beetje op te letten. Mensen vinden het over het algemeen niet fijn als je ze op de foto zet, wat ik ergens wel kan begrijpen. Als je het doet zonder het te vragen, vragen ze vaak om geld. Van overheidsgebouwen- en parken, ambassades, het vliegveld enz. is het verboden om foto’s te maken. Zelfs naar een ambassade kijken als je langsloopt of er voor stilstaan, kan al problemen geven. Als je toch een foto maakt en de bewakers zien het, dan zullen ze zonder pardon alle foto’s van je camera verwijderen.
Na de bezichtiging is de jongen met ons meegegaan met de minibus om ons weer terug naar Megenagna te brengen, aangezien we geen idee hadden waar we in de stad waren.
Uiteraard vroeg hij aan het einde van de rit geld, waarvan ik al vermoedde dat dit zou gaan gebeuren. Ik heb er weliswaar niet om gevraagd, maar zij zien overal kansen in om geld te verdienen.
Onderweg naar het Guesthouse zijn we een enjera gaan eten en vervolgens ons mandje ingedoken.
Dag 3
Het is maandag en ik ga mee naar het kantoor van
Dires for Development. De NGO waar ik mee zal werken.
Emiliee en ik worden met de Landrover opgehaald. Emiliee komt uit Engeland en is een dag eerder dan ik gearriveerd in het Guesthouse en zal tot eind augustus blijven. Het is haar 4e keer in Addis Ababa. De vorige zomers werkten zij bij een weeshuis dat door Zwitsers is opgericht. Dit jaar waren onverwachts de regels aangepast en mochten er geen vrijwilligers van buitenaf komen werken. Zij was dus op zoek naar een andere verblijfplaats, kwam bij het Guesthouse uit en kwam in contact met Jos en hij gaf haar de mogelijkheid om sportactiviteiten voor doven te organiseren. In het bijzonder Netball dat zij al jaren speelt. Een sport die erg bekend is in o.a. Engeland en Australië. Ik kende het niet en in Ethiopië is het ook niet bekend, maar des te leuker om de jongeren dat te leren.
Het is nu zomervakantie en normaliter werden er door Dires sportactiviteiten voor de jongeren met een handicap georganiseerd, zodat zij toch sociale contacten hebben buiten de schoolperiode om. In Ethiopië wordt er nog weinig omgekeken naar mensen met een handicap, dus deze jongeren kunnen zich in de vakantieperiode erg eenzaam gaan voelen. Aangezien Dires voor dit jaar geen budget had voor deze activiteiten, was het dus een uitkomst dat Emiliee Netball kon gaan leren aan dove jongeren met een toernooi als afsluiting.
OrganisatiesVoordat ik verder ga, lijkt het me een goed idee om even uit te leggen voor welke organisaties ik actief ben en wat zij doen.
Dires for DevelopmentDires for Development is een NGO in Ethiopië en zet zich in voor mensen, met name kinderen, met een beperking. Middels sportactiviteiten, onderwijs en ondernemerschap worden de kinderen geleerd zelfvertrouwen te krijgen en hun talenten te ontdekken en te ontwikkelen. Hierdoor kunnen zij een volwaardige plek binnen de maatschappij bemachtigen. Over het algemeen belanden de mensen met een handicap namelijk bedelend op straat en wordt er niet naar hen omgekeken.
Dires is een initiatief van de Nederlandse stichting
Respo International en bestaat sinds 2005. Respo International zorgt ervoor dat mensen met een handicap in ontwikkelingslanden niet meer aan de zijlijn staan, maar midden in het speelveld, midden in de samenleving. Mee doen, mee tellen, herkend en erkend worden. Sport, plezier en beweging als aanjager voor ontwikkeling.
http://www.respo.org/. De sportactiviteiten vallen onder Dires House of Sport en worden georganiseerd en uitgevoerd door zogenoemde
SPAT-trainers. SPAT staat voor 'Sport and Physical Activitiy Trainer' en hebben hiervoor een tweejarige opleiding gevolgd. Zij hebben zelf ook een handicap. Op deze manier zijn zij een perfect voorbeeld voor de kinderen en zien zij wat de toekomstmogelijkheden voor hen kunnen zijn.
StartUp4Kids Foundation Het educatieprogramma wordt mogelijk gemaakt door StartUp4Kids. StartUp4kids gelooft in een wereld waarin alle kinderen zich optimaal kunnen ontplooien en op eigen kracht hun geluk nastreven.
http://www.startup4kids.nl/. StartUp4Kids is een Nederlandse stichting en biedt het educatieprogramma
Aflatoun aan in de landen Peru, Guatemala, Nepal, Oeganda, Nederland en Ethiopië. Aflatoun is een financieel en sociaal onderwijsprogramma en leert/empowert kinderen om in hunzelf te geloven, hun rechten en verantwoordelijkheden te kennen, hoe met geld om te gaan, zoals sparen en uitgeven en hoe ze hun eigen onderneming kunnen starten. Ze zetten bijvoorbeeld sociale campagnes op, spaarsystemen en kleine ondernemingen. Door dit onderwijsprogramma zijn zij in staat om een positieve verandering in hun leven en dat van hun (directe) omgeving teweeg te brengen en op die manier de cirkel van armoede te doorbreken.
Aflatoun biedt de programma’s 'Aflatot', 'Aflatoun' en 'Aflateen' in 116 landen via 192 partnerorganisaties waar StartUp4Kids er één van is. Jaarlijks worden er wereldwijd 4 miljoen kinderen bereikt, waarvan 60% geldt spaart.
http://www.aflatoun.org. TEX (The Ethiopia Xperience)Dires ontving in het begin goede subsidie van Respo. Sinds vorig jaar is een groot deel van de subsidie gestopt en is Dires in financiële problemen geraakt. Het was noodzakelijk om, naast donoren, ook inkomstgenererende activiteiten op te zetten. Zo is TEX ontstaan. Een reis- en projectorganisatie die reizen organiseert in nauwe samenwerking met de lokale bevolking en bijdraagt aan sociale activiteiten.
Het doel is verbindingen leggen tussen Ethiopië en de rest van de wereld door het organiseren van reizen en evenementen. Het kan gaan om vakantie-/themareizen, maar ook projectreizen voor onderwijsinstellingen en professionals.
Het sociaal - maatschappelijke karakter bestaat uit het feit dat TEX actief een bijdrage wil leveren aan maatschappelijke ontwikkelingen in Ethiopië. TEX organiseert reizen in nauwe samenwerking met de verschillende communities. Dit zorgt voor werkgelegenheid en inkomsten, maar ook voor unieke reiservaringen. Het zijn projecten waarmee iedereen voordeel behaalt. Een deel van de inkomsten voor de reizen komen ten goede aan Dires. Daarnaast worden in de reisprogramma’s bezoeken aan de activiteiten van Dires opgenomen.
TEX is een startup-organisatie en opgericht door Jos Wesemann. Jos is opgegroeid in een dovenfamilie. Samen met zijn broer is hij de enige die kan horen. Gebarentaal is dan ook zijn eerste taal. Een aantal jaren geleden heeft hij ook een reisorganisatie voor en door doven, genaamd Wesemann Travel, opgericht. Hij was o.a. bezig met een doventraject in Ethiopië en is zo in contact gekomen met Dires, die ook kansen biedt voor doven en slechthorenden.
http://www.ethiopia-xperience.com/nl/. Orange Lion GuesthouseOrange Lion Guesthouse is ook één van de inkomstgenererende projecten van Dires. Het Guesthouse biedt een verblijfsplaats voor stagiaires, vrijwilligers die zich inzetten voor Dires en voor de reizigers van TEX. Daarnaast biedt het werkgelegenheid voor doven en vinden er diverse activiteiten plaats.
Zoals jullie kunnen lezen, is Dires de overkoepelende organisatie in deze. In het komende jaar zal ik mij hoofdzakelijk inzetten voor TEX, om TEX op de kaart te zetten; acquisitie, marketing en communicatie-activiteiten, reisprogramma’s samenstellen, project management en de reizen coördineren.
Voor het Orange Lion Guesthouse ben ik bezig met het schrijven van een plan en manual inclusief opstellen van formats, werksheets- en procedures, huisregels, taken en verantwoordelijkheden enz. Er staat namelijk geen ene letter op papier, dus het is onduidelijk hoe dingen gebeuren en wie waar verantwoordelijk voor is.
Dires en StartUp4Kids help ik voornamelijk in het opstellen van duidelijke en volledige rapportages, budgetten en evaluaties en bied ik support in de communicatie tussen Ethiopië en Nederland. Verder draag ik bij aan het creëren en verzamelen van (beeld)materiaal en succesverhalen.
Genoeg werk, dus ik zal me zeker niet vervelen :-). Met alles is het de bedoeling dat ik het niet allemaal alleen ga zitten doen, maar dat ik dit zo veel mogelijk samen met het personeel oppak, zodat zij hiervan leren en het in de toekomst zelf kunnen doen om op een optimale manier met hun (Europese) partners te kunnen blijven samenwerken.
In alles heb ik veel plezier en ligt mijn hart bij de doelen van iedere organisatie. Mijn visie voor het leven is namelijk dat ik >een samenleving wil creëren waarin iedereen in zijn/haar eigen kracht durft te staan en de vrijheid ervaart om zijn/haar eigen keuzes te maken middels empowerment, inspiratie, partnership en plezier.
Het mooie is dat ik door deze keuze gemaakt te hebben mijn eigen visie ook daadwerkelijk zelf leef.
Terug naar dag 3We staan dus te wachten om te worden opgehaald om naar kantoor te gaan. Zoals wij in onze westerse cultuur gewend zijn, staan wij al strak om 08.30 uur klaar zoals afgesproken. Helaas duurt het iets langer. Dit zou goed de Afrikaanse mentaliteit kunnen zijn :) Een grote Landrover komt de tuin binnengereden. De staat van de wagen is niet al te best. De helft van de achterbank zit los, de gordels zitten muurvast, de zitgedeeltes van de bankjes achterin liggen los, de bekleding is stuk, de ramen zitten met tape vastgeplakt, het dak lekt, de draadjes onder het stuur steken uit, het hele dashboard ligt half uit elkaar, de rechter ruitenwisser heeft het begeven en zo kan ik nog wel even doorgaan. Dit is de wagen die stagiaires, vrijwilligers en trainers dagelijks van A naar B moet brengen... Ik ben benieuwd of we het kantoor van Dires gaan halen. We zullen het gaan zien, maar het is me duidelijk dat ik mijn Nederlandse referentiekader uit het toch al open raampje moet gaan gooien.
Om bij het Guesthouse vandaan te komen, is al een onderneming. De heuvel en de weg is ontzettend slecht. We schudden heen en weer en ik probeer me hier en daar maar een beetje vast te houden.
Onderweg word ik vergast door de gitzwarte uitlaatgassen van zowel de Landrover als alle andere auto’s op de weg. Ik hou mijn arm voor mijn mond en ik weet dat ik één dezer dagen een sjaal ga aanschaffen.
We hebben het gehaald en lopen het kantoor van Dires binnen. Bij binnenkomst kom je in een gezamenlijke ruimte met een grote tafel. Verder door is een gang met een aantal kantoortjes. Het is er koud en donker, maar het heeft iets. De mensen die er zouden zijn, zijn er nog niet. Het lijkt of iedereen komt wanneer hij of zij wil.
Schuin tegenover het kantoor is een stalletje. De vrouw verkoopt verse 'sambusa’s'. Heerlijk! Deze is gevuld met linzen en ui. 'Sambusa' of 'Samoosa' is gefrituurd deeg met vulling. In dit geval linzen, maar je hebt het o.a. ook met vlees of aardappel.
Inmiddels zijn de anderen gearriveerd. Een vrouw van kantoor probeert de beamer aan te sluiten. Een oude beamer en een oud kapotte lap stof hangt tegen de muur wat als een projectiescherm moet dienen. Wat er op het “scherm” geprojecteerd wordt, is niet echt leesbaar met alle vouwen erin. Het is even iets anders dan dat ik met mijn vorige werk gewend was... ;-)
Mulugeta en Abayneh zitten aan tafel. Mulugeta is een Ethiopiër en woont al meer dan 20 jaar in Nederland. In de jaren 80 is hij gevlucht naar Nederland, tijdens de 'Derg Regime' die van 1974 – 1991 duurde.
_
Communistisch Derg Regime – Rode TerreurIn januari 1974 pleegden militairen een staatsgreep en installeerden een militaire raad, de Dergue of Derg. De meeste militairen binnen de Dergue waren aanhangers van een democratische monarchie en beschouwden de keizer Haile Selassie (later hierover meer) nog steeds als staatshoofd. Kolonel Mengistu ontketende een "Rode Terreur" tegen de tegenstanders van het regime. Hij onderdrukte de monarchistische beweging en vervolgde de aanhangers van de socialistische Ethiopische Volksrevolutionaire Partij en de eveneens socialistische MEISON-beweging.
Mengistu voerde een communistisch bewind en werd gesteund door de Sovjet-Unie. Tegenstanders van links en rechts werden opgepakt, opgesloten of gedood.
In de jaren tachtig was er tevens sprake van een zeer ernstige hongersnood, waarbij enorm veel mensen om het leven kwamen._
Ondanks de vreselijke dingen die er toen hebben plaatsgevonden en hij prima is gesetteld met zijn gezin in Nederland, is hij zijn hart niet verloren aan dit land. De laatste tien jaar komt hij heel veel in Ethiopië en heeft hij Dires for Development opgericht in samenwerking met Respo. Sinds begin dit jaar is hij nog nauw bij de organisatie betrokken als adviseur en heeft Abaynheh de leiding overgenomen.
Emiliee en ik krijgen een introductie over Dires en we spreken over het opzetten van een Netball training en competitie voor doven scholieren tijdens de grote schoolvakantie.
Netball is een sport dat enigszins vergeleken kan worden met basketbal, echter de regels, middelen en aantal spelers verschillen; elk team bestaat uit 7 spelers, er mag niet met de bal gedribbeld en gerend worden, de bal moet binnen 3 seconden naar een ander gepaast worden, de bal en het net zijn kleiner en de spelers hebben een vaste plaats/gebied in het veld.Het idee is om de SPAT-trainers netball te leren, zodat zij, ook na vertrek van Emiliee, netball kunnen blijven geven. Samen met de SPAT-trainers zal netball de komende weken aan de kinderen worden geleerd. Yirgasew, één van de dove trainers, zal het in de zomer begeleiden en zal kinderen verzamelen en teams samenstellen.
In deze week was er een nationaal dovenhandbaltoernooi gaande, waarvan Yirga het team van Addis Ababa coachte. We worden uitgenodigd om hier bij te komen kijken de volgende dag. Verder is afgesproken dat we een (trainings)plan maken en dat Dires kan kijken hoeveel geld het gaat kosten.
Vanaf dag 4...
De volgende dag gaan we mee naar de handbalwedstrijden. Shiuala, de driver, haalt ons op. Dires heeft momenteel twee chauffeurs in dienst; Sammie en Shiuala. Beiden zijn schatjes, heel sociaal, dienstbaar en bescheiden. Bij Shiuala moet ik altijd meteen lachen, omdat hij altijd een grote glimlach op zijn gezicht heeft en een aanstekelijke lach. Zijn Engels is nog niet zo goed, maar wil het heel graag leren en probeert het. Ook heeft hij veel gevoel voor humor.
We komen aan op het sportcomplex. Een heel mooi complex, ooit aangelegd door de overheid, maar er worden eigenlijk maar weinig activiteiten georganiseerd. Zonde...
We naderen het veld en worden direct hartelijk onthaald door de dove spelers. Begroet en aangewezen om tussen hen in op de tribune te gaan zitten. Beetje ongemakkelijk omdat we geen gebarentaal kennen, maar zij zijn heel enthousiast om je een aantal basics te leren. We worden er zo bij betrokken alsof het lijkt dat we er al jaren komen en of we onderdeel van het geheel zijn. Heel bijzonder en mooi om te ervaren. Dat is niet alleen bij dit team, maar geldt bijna voor elke Ethiopiër. Je hoort er direct bij.
We genieten van het spel, we worden continu voorgesteld aan allerlei mensen, voeren interessante gesprekken en ondertussen probeer ik gebarentaal en 'Amhaars' te leren.
Feiten & Cijfers_
Amhaars is de officiële taal in Ethiopië. Er worden meer dan 80 talen gesproken met meer dan 200 dialicten. Naast Amhaars zijn Tigrinya, Afar, Somali en Oromya ook de meest gesproken talen. Het wordt geschreven in 'Ge’ez'-schrift, dat bestaat uit 33 tekens met van elk teken 7 varianten.
Het land is 27 keer groter dan Nederland en kent meer dan 100 miljoen inwoners. De levensverwachting is ca. 60 jaar. De helft van de inwoners is onder de 18 jaar.
Ethiopië kent vele bevolkingsgroepen, waarvan Oromo de grootste is, gevolgd door Amhara.
Ethiopië is een sterk religieus land. Bijna elke Ethiopiër gelooft in God. Meer dan de helft van de Ethiopiërs is orthodox christelijk, ca. 35% is moslim is en verder zijn er enkele joodse falasha’s, protestanten of katholieken. Atheïsten zijn zeer zeldzaam._
Amhaars is (nog) niet te volgen als je het hoort. Inmiddels ken ik al vele woorden. Ik heb een boek ‘Amharic for Visitors’ gekocht, maar dat is niet te leren alleen. Ik heb iemand nodig die mij de uitspraak laat horen. Ze kennen een paar klanken die ik, en misschien wel iedereen buiten Ethiopië of die een ander alfabet kent, met geen mogelijkheid kan uitspreken. Ik heb echt mijn best gedaan, maar het lukt niet ;-(. Ik maak er gewoon een t- en een k-klank van en dan verstaan ze me ook. Ik vind het leuk om te leren en de Ethiopiërs vinden het geweldig om te horen als je hun taal een beetje kent. Dan zie je weer hun trots. Ze laten je sowieso graag kennis maken met hun tradities.
Yirga heeft ons in deze week ook een beetje gebarentaal geleerd. Ik kan al groeten, mijn naam zeggen en ken de letters van het alfabet. Het is interessant en wil het graag verder leren. Ook omdat ik het komende jaar met doven samenwerk.
Op de zondag is er de finale en zijn we uitgenodigd. Yirga komt ons in het Guesthouse ophalen en nemen een minibusje naar het sportveld. Emiliee en ik gaan zitten op de tribune, maar worden daar al gauw weggehaald. We worden gevraagd aan de andere kant van het veld bij de puntenteller en de tafel met beker en medailles te gaan zitten. We voelen ons een beetje ongemakkelijk en in het zicht, maar wij zijn ‘gasten’ en krijgen deze “ereplaats”. Emiliee en ik kijken elkaar aan en moeten er ook wel om lachen. De teams gaan staan en wij worden gevraagd langs de spelers te lopen om hun een hand te geven. Vervolgens kunnen we weer gaan zitten en begint de wedstrijd. We hopen dat we niet de telling hoeven bij te houden, maar gelukkig merken we dat dit door iemand anders wordt gedaan. Na de wedstrijden was er de bekeruitreiking en kreeg iedereen een medaille.
Het was erg leuk om te zien allemaal. De dovenspelers zijn ontzettend fanatiek en ik vraag me af of zij doofheid zelf ervaren als een beperking. Ze kunnen in wezen van alles en vooral in hun “eigen wereld” lijkt het ze aan niets te ontbreken. Ze zien er gelukkig uit. Maar ja, wellicht tijdens de sport, omdat dit ook iets is wat ze verbindt en waar ze een doel mee hebben. Ik had het al wel verwacht, maar nu heb ik het met eigen ogen gezien; sport is een uitstekend middel om mensen met een beperking vertrouwen en een doel te geven. Op een shirt zag ik de slogan
“Disability is not inability”. Ik ben het daar helemaal mee eens!
Terug naar Netball Die week zijn we meerdere malen naar het kantoor van Dires geweest. Eén van de ochtenden heeft Emiliee een aantal SPAT-trainers het spel met de regels uitgelegd. Allemaal zitten ze geïnteresseerd te luisteren en mee te schrijven. Het was de bedoeling om twee keer in de week training te geven en één dag naar het revalidatiecentrum 'Alemachen', dat “Onze Wereld” betekent.
_
Alemachen is opgericht in 1972 door de Nederlander Pater Jac Ermers en geleid tot 2009. Om gezondheidsredenen is hij toen naar Nederland teruggekeerd. Sindsdien is de Ethiopische Katholieke Aartsbisdom in Addis Ababa de eigenaar van het huis en het programma.
Alemachen is een tijdelijk ‘thuis’ voor gehandicapte kinderen die een medische behandeling moeten ondergaan in Addis Ababa, door aangeboren of verkregen afwijkingen, zoals klompvoeten, hazenlippen, huidziekten, vergroeiingen, oogafwijkingen, verwaarloosde fracturen enz.
De meeste kinderen (tussen 5 en 12 jaar oud en van verschillende geloofsgroepen) komen van het platteland van Ethiopië en hebben arme ouders. Het huis biedt onderdak aan 40 kinderen, 20 jongens en 20 meisjes._
Op vrijdag gingen we met een aantal SPAT-trainers naar Alemachen. Dit keer met een andere oude gele en kapotte busje. De benzine drong door de hele auto door en kreeg er hoofdpijn van. Het was weer een bewogen rit, maar uiteindelijk op de plaats van bestemming aangekomen. Toen we uitstapten, werden we van harte welkom geheten door een Nederlandse vrouw. Zij woont al jaren met haar man in Addis en werkt twee dagen in de week op het revalidatiecentrum als vrijwilliger. Verder geeft ze Nederlandse les aan kinderen die in Addis wonen. We bleven aan de praat en ze vroeg of ik even mee naar binnen ging voor een koffie. Met een speculaasje erbij. Dat was wel erg lekker :-). Na een tijdje hoorde ik mijn naam, want ze waren me kwijt. Nog snel heb ik een rondleiding gekregen door het gebouw. Het ziet er allemaal goed en verzorgd uit. De kindjes allemaal in het gips zagen er schattig uit. Daarna vertrokken we.
Een week later gingen we daar weer naartoe en deden we onder leiding van de trainers allemaal spelletjes. Het was erg leuk en ik vond het super om te zien hoe blij en actief die kinderen waren. Allemaal in het gips, maar ze weerhielden zich er echt niet van om actief mee te doen. Hoezo handicap...?!
Om een lang verhaal kort te houden, kwam Netball niet van de grond. Er was geen budget en aangezien Dires in een crisissituatie verkeert en daardoor ook in een reorganisatie, was het geen juist moment om deze activiteit te realiseren en te dragen. Emiliee moest door omstandigheden ook een paar weken eerder terug naar Engeland, maar is voornemens om volgend jaar zomer terug te komen en het op te pakken als Dires weer in gezonde staat verkeert. Heel jammer, maar wel een goede keuze.
Andere indrukken in de eerste drie weken...
Omdat Emiliee hier al voor de vierde keer was, kon ze mij aardig wegwijs maken in de stad. Ze kenden de taal aardig, wist de weg en kenden mensen. Dat was voor mij heel fijn.
InternetMet regelmaat gingen we even naar een hotel voor Wi-Fi. In Ethiopië heb je alleen in de goede hotels Wi-Fi. Het is niet overal even goed. Bij sommige hotels kan je gewoon gaan zitten en wordt er amper naar je omgekeken. Bij anderen krijg je niet eerder een wachtwoord voordat je iets bestelt. Zit wel wat in. Het gebeurt regelmatig dat er in bepaalde area's van de stad even geen Wi-Fi is. ‘Morgen’ wordt dan gezegd. Dat antwoord vond ik best gek, maar toen legde Emiliee mij uit dat de overheid met regelmaat voor een dag of langer het netwerk afsluit in een bepaald gebied. Hetzelfde gebeurt met stroom. Wat betreft stroom heeft het vaak te maken met geldbesparing. Voor Wi-Fi wil de overheid voorkomen dat ze daarmee te veel geld mislopen.
In Ethiopië heb je namelijk maar één netwerkprovider, genaamd EthioTelecom, waarvan de overheid eigenaar is. Zij hebben dus de macht en de mogelijkheid om het gehele internet eruit te gooien. Internet en telefonie zijn vrij prijzig. Met de komst van de social media apps, als WhatsApp, Facebook en Skype, zijn zij ook van mening dat dit ten koste gaat van hun omzet. Om die reden besluiten ze dan ook om deze sites regelmatig te blokkeren, met name van vrijdagmiddag tot maandagochtend. Heel slim ;-) Dit doen ze trouwens ook als er iets in het land gebeurt, waarvan ze niet willen dat het naar buiten gebracht wordt, zoals met de protesten die gaande zijn (hierover later meer).
Het Panoramic Hotel vinden we het fijnst en daar zaten we dan ook regelmatig. Af en toe valt de stroom uit en gaat later weer aan. Dat gebeurt overal met grote regelmaat. Ik kwam daar in contact met de Night Manager en toen hij hoorde dat ik hier een jaar verblijf, bood ie meteen aan om mij de stad te laten zien. Dit moet overigens nog gebeuren... ;)
Verder wilde ik nog steeds een dongel aanschaffen, maar EthioTelecom had geen 3G meer zeiden ze. Het kan heel goed dat ze die wel hadden, maar mij een 4G wilden aansmeren wat vele malen duurder is. Na een lange zoektocht hebben we ergens een dongel gevonden. Uiteindelijk bleek deze niet te willen werken op mijn laptop. We zijn weer teruggegaan en geholpen door heel aardige mensen. Ze waren het e.e.a. aan het uitproberen met hun dongel en simkaart en toen ik de winkel verliet, had ik het idee dat ik niet mijn eigen dongel terughad, aangezien deze al aardig vies was en ik een heel nieuwe had. Leermoment om toch goed op te letten wat er gebeurt, ook al zijn de mensen nog zo aardig.
Mijn dongel werkte trouwens nog steeds niet en had ik per ongeluk gesloopt, dus gingen we bij een andere EthioTelecom een nieuwe halen. Dit was onmogelijk, want ze verkochten alleen maar dongels met simkaart, maar die had ik al. Hele discussie in de winkel gehad en besloten weg te gaan. Die kromme logica, naar mijns inziens dan, zou ik hier nog wel vaker gaan tegenkomen...
Uiteindelijk had Abayneh nog een dongel over en die werkt gelukkig op mijn laptop. Problem solved.
ATMHet verbaasde me hoeveel ATM’s er in de stad te vinden zijn. Rond Megenagna zijn er wel tientallen. Echter is het nog maar de vraag of ze het doen. Of ze zijn out of order, of de stroom doet het niet of er zit geen geld in. Dit merkte ik toen ik voor mijn aankopen bij de EthioTelecom geld moest pinnen en het me ongeveer 2 uur gekost heeft om wat briefjes te krijgen.
Overal moet je namelijk contant betalen. Een pinautomaat kennen ze niet. Om de paar meter zijn dan ook banken te vinden, waar het vaak druk is.
VervoerDe ritjes met de Landrover bleven een belevenis. Iedere dag was de wagen stuk. Daarom stonden we vaak een lange tijd te wachten voordat we werden opgehaald of kapte de auto ermee midden op een drukke rotonde. Ik zou me meteen opgelaten voelen, maar hier kennen ze dat niet. Ze stappen rustig uit, halen het zitgedeelte van de rijderstoel omhoog en halen de batterij eruit, om daarmee vervolgens de auto weer te starten. Het kussen er weer op, instappen en gaan, alsof er niets aan de hand is. Een batterij onder de rijderstoel was voor mij toch wel weer nieuw... Als we ergens naartoe moesten, wordt er gerust onderweg nog even getankt, de auto tussendoor gerepareerd enz. Ik snap niet dat ze dat soort dingen niet ervoor regelen, want dan zouden we nog op tijd aankomen bij onze afspraken. Tja, dit zal wel weer te Nederlands van mij gedacht zijn...
Hoewel veel auto’s oud zijn en de taxi’s sowieso allemaal en stuk, vind ik het ook zeker wel weer wat hebben.
EtenHet eten vind ik over het algemeen lekker. Injera met shiro (mengsel van knoflook, ui, tomaat en olie) is echt mijn favoriet geworden. Toch hoef ik niet 3 keer per dag injera te eten. De menukaarten zijn overal nagenoeg hetzelfde. Het traditionele voedsel, pasta en rijst met de keuze tussen meat sauce, tuna of vegetables of burger met patat. Na een tijdje ken ik het allemaal wel en vind ik het steeds lastiger worden om te kiezen.
Net zoals suiker in de koffie, zijn ze hier ook erg gek op zout. Aangezien ik in Nederland al niet meer met zout kookte, moet ik dus weer erg wennen aan zo’n zoute hap. Later begon ik maar iedere keer erbij te zeggen dat ik zonder zout wil. Ze kijken me dan ontzettend raar aan, net zoals ik vraag om een nog onrijpe avocado, maar gelukkig werkt het af en toe.
Er zijn hier veel fuitbarretjes waar je heerlijke vers gemaakte salades kan bestellen, met sla, wortel, uit, pepers, aardappel, avocado en fruit zoals banaan, mango of papaya. Heerlijk! Met regelmaat ben ik dan ook hier te vinden.
Vlees vind ik hier niet te eten, dus dat bestel ik ook niet meer. Het lijkt wel of ze alles van het dier gebruiken. Stukjes pees, bot en kraakbeen kwam ik met grote regelmaat tegen. Daarnaast is het ontzettend taai. Ik krijg het niet weg gekauwd. Iedere keer haalde ik weer zo’n taai stuk uit mijn mond. Niet prettig. De Ethiopiërs zie ik er volop van genieten en alles gaat naar binnen. Ik snap er niets van. Aan meerdere Ethiopiërs heb ik gevraagd hoe het komt dat het vlees zo taai is. Er zijn waarschijnlijk meerdere factoren: 1) de dieren houden ze zo lang mogelijk voor werk en slachten ze op het moment dat ze niet meer goed genoeg zijn om te werken. Het beest is dan al relatief oud, 2) Omdat ze zoveel werken, bv. de koeien werken hard op de boerenvelden hier, zijn ze gespierd wat ook niet ten goede komt aan de malsheid, 3) Bij de slachting wordt de keel doorgesneden. Daarom verkrampt het dier sterk voordat het overlijdt, en 4) Ze snijden het vaak vlees verkeerd, niet in het verlengde.
Op straat zie ik veel stalletjes wat doorgaat voor slager. Het grote stuk koeienvlees hangt ongekoeld aan een rek. Ook die gedachte vind ik niet fijn. Wat zijn we in Nederland verwend... :-)
GezondheidNa twee dagen werd ik erg verkouden. Mijn longen zaten vol, mijn neus dicht, dus het was lekker snotteren. Het heeft wel een maand geduurd. Ik denk door het klimaat en dat de vieze uitlaatgassen hier ook debet aan zijn geweest.
Ook was ik erg moe, dus iedere avond ging ik al vroeg naar bed. Het zal vast een combinatie zijn van de drukke periode voor vertrek, een ander klimaat, de hoogte (2.500m) en alle nieuwe indrukken... Van het eten heb ik eigenlijk geen last gehad.
SalemEmiliee heeft in de vorige drie jaar gewerkt bij een weeshuis genaamd Salem. 'Salem' zeg je hier als je begroeting en betekent ‘vrede’. Op een ochtend zijn we hier langs geweest. Het was een groot gebied en zag er erg goed en verzorgd uit. Het is opgericht door een Ethiopische vrouw die als kind door een Zwitsers koppel is geadopteerd en in Zwitserland is opgegroeid.
Emiliee heeft nog veel contact met een aantal kinderen. Als je 18 bent, dien je het weeshuis te verlaten en op jezelf te gaan wonen. Zo gingen we op bezoek bij Yodit. Yodit is een meisje van 19 jaar en woont samen met een aantal anderen uit het weeshuis op een compound. Dat is hier trouwens heel gebruikelijk. Allemaal huisjes naast elkaar en ze delen gezamenlijk een douche en een toilet (wat meestal niet meer is dan een gat in de grond).
We gingen met een minibusje waar we heel lang op hebben staan wachten. Het was druk op straat. Veel mensen waren heel mooi gekleed. Ik begreep dat het Graduation Day was voor alle scholen.
Ondertussen werden we regelmatig aangesproken als Ferenji, probeerden sommige gasten een praatje te houden en een aantal vrouwtjes met kinderen bij ons te bedelen. De bedelende mensen vind ik wel vervelend eerlijk gezegd. Ik vind het naar voor die mensen, maar met die ene birr die ik zou geven, zal er nooit verandering in komen. Ook kinderen roepen vaak als eerste ‘money, money’ als ze je zien lopen. Kinderen horen in mijn optiek al helemaal niet te bedelen. Die hebben nog een hele toekomst in te vullen. Ouderen die niet meer in staat zijn om te werken, vind ik nog een ander verhaal. Later, uit een gesprek met een Ethiopiër, begreep ik ook dat er genoeg tussen zitten die maar net doen alsof. Die mensen hebben het gewoon goed, maar zien dit als extra inkomsten.
Door dit allemaal te zien, besef ik me wel heel goed hoe blij ik ben dat ik Nederland ben opgegroeid. We betalen veel, maar de zaken zijn wel goed geregeld. Als we werkloos raken, is er de WW, er is een pensioen en als we ziek worden, hebben wij de mogelijkheid om naar een arts te gaan. Hier bestaan dit soort systemen niet. Als je hier geen geld hebt, overlijd je dus gewoon al aan de meest simpele ziekte die prima met een kuurtje te behandelen zou zijn.
Yodit wachtte ons op bij de busstop. Een heel vrolijke en leuke ondeugende meid. Uiteraard was ze injera aan het maken. Het was heerlijk. Als je in dit land tijdens het eten even stopt met kauwen, wordt er al meteen ‘bi’ of 'bla' geroepen, wat betekent dat je moet eten :-)
Het huis is een klein hokje waar alles instaat, maar ze lopen allemaal bij elkaar naar binnen en hebben het erg naar hun zin.
Yodit leerde me wat Amhaarse worden, een Amhaars kerklied en ze was onder de indruk van mijn haar en maakte er vlechtjes in.
Kerk Ze zit in een kerkkoor en iedere zaterdagmiddag om 16.00 uur is er de kerkdienst tot 20.00 uur. We gingen mee. Ik verwachtte een kerk, maar die was nog in aanbouw. Ergens achterin was er een hok dat doorging voor de kerk. Ik leerde andere mensen uit het koor kennen en waren ook direct heel warm, vriendelijk en ze betrokken je gelijk overal bij.
De kerkdienst was in het Amhaars, dus ik heb er geen woord van verstaan, maar ik heb heel erg genoten. Er werd namelijk heel veel gezongen en het waren mooie nummers. De priester zelf dook zo nu en dan achter de keyboard of de gitaar en er werd flink gedanst.
Verder vond ik het mooi om te zien hoe vrij iedereen was om zichzelf te uiten. Die één zat stil voorover gebukt, de ander stond, de ander liep, huilde, schreeuwde of zong. En alles was gewoon goed. Tussendoor viel de stroom nog uit, maar dat mocht de pret niet drukken. Ook zonder muziek kennen ze alle liederen uit hun hoofd.
Ook vond ik het bijzonder om te zien hoe sterk hun geloof is. Als ik vertelde dat ik nooit meer in een kerk kom, vinden ze dat toch moeilijk te begrijpen. God maakt de wereld en door Hem blijven ze op het juiste pad.
Na lekker gedanst en gezongen te hebben en de dienst afgelopen was, begon iedereen elkaar te knuffelen en te bedanken of je elkaar nou kenden of niet. Ook Emiliee en ik werden hierin meegenomen. Ze vonden het geweldig dat wij als Ferenji er waren en vroegen of we volgende week weer zouden komen. Nou, als een dienst zo levendig is, waarom niet?!
De week erop gingen we weer bij Yodit lunchen en daarna naar de kerk. Meteen werden we weer gevraagd om de volgende dag mee te gaan naar de Internationale kerk. Deze dienst is in het Engels en zouden we dus normaal kunnen volgen.
Dat besloten we te doen. Het was een grote kerk en voor het eerst zag ik daar veel blanke mensen. De dienst was interessant met inspirerende verhalen en veel muziek met een groot scherm met tekst, zodat we makkelijk mee konden zingen. Een bijzondere ervaring.
Dit was deel 1. Veel tekst, maar ik hoop dat jullie ervan hebben genoten. Later meer.
Geschreven door Laura-hogervorst.op.pad