Nog een jungletocht…halen we het om de berg op te gaan?

Suriname, Sintiadam

21 febr. Maandag
Na nog een gebroken nacht, met veel naar de wc gaan (ik) en me weer 4 x in een hangmat met slaapzak te wurmen, stonden we om een uurtje of 7 op met bewolkt weer. We dachten dat het vandaag niet zo mooi zou worden, wat voor ons plan, om de Schildpadberg te beklimmen, niet zo gunstig was.
We hadden gisteren al een voorproefje gehad met een kleine jungletocht, en de heren vonden ons fit genoeg om vandaag in ieder geval te beginnen aan een grote wandeling, hakkend door het oerwoud, om na de eerste grote heuvel diep af te dalen en de berg te beklimmen. Wij moesten het nog maar eens zien, maar we gingen ervoor! De prachtige rotshaan is ons doel!

De zon brak door, en het feest kon beginnen. We voeren even terug naar voorbij de laatste stroomversnelling. Je kon zien dat het al een paar dagen nauwelijks geregend heeft, want de waterstand is iets lager dan toen we kwamen. We zagen direct al een visarend, en wat kraagpapegaaien.
Waar we aan land gingen stegen we direct heel steil. De gladde natte klei is een glibberige, met dode bladeren en grote opstappen, en losse of vaste wortels. We waren blij dat we onze bergschoenen en bergstokken bij ons hadden, want je even aan een boompje optrekken is meestal geen optie: of er zitten stekels aan, of er loopt een steekmieren spoor, of misschien zelfs een slangetje die je niet had gezien. Of ander ongedierte. Niet doen dus. De hele tocht zijn we wel een paar keer uitgegleden, ik zelf in een gemene stekelvaren die dunne lange stekels achterliet, waarvan C en Jerry me bevrijdden.
Ik had geleerd van de vorige tocht, dat ik mijn broekspijpen in m’n sokken deed, tegen de mieren. Waar ik niet aan gedacht had, was dat ik ook mijn shirt in mijn broek had moeten stoppen, omdat er nare beesten op de bladeren zitten, die in je shirt kruipen, en me op wel honderd plekken gestoken hebben. Niet erg dramatisch, maar dat had het kunnen zijn. Het ziet er niet uit! Alsof ik mazelen heb.
Een ander mooi kikkertje kruiste ons pad, en nog een keer een blauw geel kikkertje. Ara’s vlogen over, we zagen kraagpapegaaien, whitebreast tucans, wel een stuk of 3 in totaal. We konden ze niet allemaal fotograferen, je bent tenslotte in het oerwoud, waar je af en toe wat kan zien tussen het gebladerte door, maar ze moeten wel lang poseren om ze op de kiek te krijgen.
Ineens schoot er een prachtige slang over het pad, we konden hem even volgen`: de koraalslang. We halen een foto van het net over een paar dagen, want ik was te traag met het fototoestel! ;( . Hij was schitterend, net zo mooie kleuren als de kikkertjes, waar we ook weer een paar varianten van zagen. Een mooie grote vlinder poseerde voor ons, maar helaas, toen hij na een klein tikje begon weg te vliegen was hij niet mooi gekleurd. Maar wel mooi! Later zag ik de koningsvlinder, een prachtige onrustige vlinder, die niet op de kiek wilde.
We waren halverwege, en Sensi kondigde aan dat we op de helft waren van de toer. Dus eigenlijk op een kwart, want we moesten ook nog terug. Op een natte verrotte boomstam mochten we zitten, maar niet voor er bladeren gehakt waren en voor ons op de stam werden uitgespreid, zodat we geen natte billetjes kregen (of opgevroten werden door vreetgrage insecten).
We aten wat en dronken van ons water. De keus was aan ons:. Gaan we door, of gaan we terug? Wij keken elkaar aan, we zijn bezweet en verliezen een hoop vocht. Maar moe? Nee dat niet. “ we gaan ervoor” is ons oordeel.
De tweede helft begon redelijk, maar ineens ging het pad steil naar beneden. En dan bedoel ik STEIL, niet die slappe hap die we in onze bergen kennen, maar echt bijna verticaal en modderig. De stokken waren nauwelijks genoeg om op te vertrouwen, en zo werden we verwacht 100 m naar beneden te gaan. Bij ons in Europa maken ze dan zigzag weggetjes, om het iets gemakkelijker te maken, maar hier ging het recht op het doel af: naar onderen! Toen we deze uitdaging een poosje gedaan hadden, en wisten dat we na het dal pas aan de echte berg zouden beginnen, die misschien ook wel zo steil omhoog zou gaan, en dan terug, weer een daling en deze heuvel weer steil omhoog, zagen we het beiden ineens niet meer zo zitten. We zijn wel vogelaars maar om deze uitputtingsslag voor een Rotshaan over te hebben ging ons beiden te ver. We zijn geen 25 meer. En ook geen 45. Gelukkig begrepen de mannen het. We keerden om en met moeite beklommen we de helling die we met gevaar voor eigen leven hadden afgedaald. Op de lunchplek werd weer gerust, en zonder heel veel moeite liepen we het pad weer terug. Dwz we moesten weer enkele omgevallen bomen overklimmen (van zo’n 60 cm hoog en dik) en steeds op je hoede zijn voor uitglijden en vallen, wat wel eens gebeurde. Freddie, een stille Marron met een sikje, die arendsogen heeft (hij vond ook de anaconda) zag ineens heel hoog in een boom een brulaap. Een roodbruine brulaap, en nog een en nog een. Die wilden we nog graag zien, we hadden ze wel gehoord af en toe in de verte maar nog niet echt goed gezien. Hij wees, en wij keken, hij ging verder de helling af, met z’n machete sloeg hij takken, lianen en gebladerte weg, en wees steeds een beter plekje om ze te kunnen zien. Corine kon mooi foto’s maken, die niet allemaal even mooi gelukt waren, maar toch goed genoeg. Met blote oog kon ik ze niet vinden in de donkere bladerkroon, maar die jongen ziet echt alles.

Zonder ongelukken kwamen we bij het bootje aan. We voeren de stroomversnelling op (moesten er weer uit, en de mannen trokken de koninginnen met boot en al naar boven. Op de terugtocht werden we nog getrakteerd op een prachtige kaaiman, die lekker lag te liggen op de kant. Hij was schat ik, ongeveer 1,20 m.
Een fikse regenbui in de boot, die heerlijk verkoelend werkte, en daarna weer zon! Hier onze kleren gewassen in de rivier, en lekker gepoedeld. De stroom is sterk, en we durven niet echt te zwemmen. Ik deed het toch even, maar was blij dat C mij eruit kon trekken, want ik had het toch een beetje onderschat….

Vanmiddag nadat we samen een beetje gezwommen hadden en de was gedaan in de rivier tegen het decor van de mooiste stroomversnelling die ik me kan voorstellen, de was te drogen op de hete rotsen, liep Corine vast naar het “ vrouwenkamp”.
Ik kwam er talmend achteraan, nog even goed kijkend of we alles hadden, en hoorde ineens ons bekende fluitje. Ik dacht dat ze een mooie vogel had gezien dus ik snelde naar haar toe. Ze stond echter in de overdekte ruimte, vlak achter haar hangmat naar de grond te kijken. “Een slang!” Riep ze uit. Ik dacht dat dat wel zou meevallen, een schattig ringslangetje ouzo, maar toen ik terplekke kwam, zag ik een hele echte vrij grote slang liggen, in een hoekje van een van de palen van de overkapping. Vlak onder de hangmat van C. Ik schrok behoorlijk, niet wetend of deze gevaarlijk was of niet. Ik floot hard op mijn vingers, en onmiddellijk kwam Jerry met Freddy gewapend met machete naar ons toe. Een slang! Wat is het er voor een, en wat doen we? “ doodslaan” was het onmiddellijke antwoord.
Hij keek naar mij, omdat ik wat teerhartiger ben wat betreft het doden van dieren, maar dit is een gevaarlijk dier, en dan heb ik daar niet zo’n moeite mee. Corine zei ook: doen, ik knikte, en hij pakte zijn machete en sloeg hem in een klap dood. Ik merkte dat ik geen medelijden voelde. Wat moet, moet. Ik had niet zoveel zin om te slapen in een onderkomen met een slang die onder mijn slaapzak doorkroop. Of als ik naar de wc moest, wat dus regelmatig moet gebeuren de laatste dagen, ik op een slang zou stappen.

Nou, aan gevaarlijke beesten hebben we in dit oerwoudavontuur geen gebrek gehad: het begon met de vogelspin, een anaconda van 4,5 m., een kaaiman, en nu een giftige slang in onze hut….tja, je moet wat doorstaan in het oerwoud. En nou heb ik het nog niet over de mieren die mijn kleren steeds weten te vinden, de beestjes die mij de mazelen bezorgen, een enge decimeter grote rups die gisteren ineens op mijn blote buik onder mijn shirt kroop en die je vooral niet moet aanraken, etc, etc.
Op dit moment wordt Sensi behandeld door Freddie op zijn rug, waar een beest hem gestoken heeft. Freddy heeft een bossmeerseltje dat hij erop smeert. Hij is de meest pure Bosman van alle drie.

Geschreven door

Geen reacties bij dit reisverslag

 

Over deze reis
Aantal reisverslagen:
GPS afstand deze dag:
GPS afstand totaal:
Aantal foto's:
Laatste verslag:
Reisduur:
Reisperiode:

Of schrijf je reisverhalen via de app

Met de Pindat App kun je offline reisverhalen schrijven en foto's toevoegen. Zodra je weer internet hebt kun je jouw verslagen uploaden. Ook via de app plaats je gratis onbeperkt foto's.



Klik op 1 van onderstaande knoppen om de app te installeren.